Woordsoorten
Soortnamen: met lidwoord, kan enkelvoud en meervoud, kan als verkleinwoord, vb: vogel
Eigennaam: specifieke personen, dieren, zaken, met hoofdletter, vb: Marie, Gent
Bijvoeglijk naamwoord: nieuw, dom,…
Werkwoorden
Zelfstandig werkwoord: kan alleen staan, heeft zelf een betekenis
Vb: werken, schijnen
Koppelwerkwoord: zegt iets meer over het o, krijgt betekenis via het naamwoordelijk deel
Tip: ZWOBBELS: zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen
Vb: Hij is ziek
Is: koppelwerkwoord
Ziek: naamwoordelijk deel
Hulpwerkwoord: wordt aangevuld met andere werkwoorden, helpt andere werkwoorden te
vervoegen
Vb: hebben, zullen, zijn, worden
Voornaamwoorden
Persoonlijk: ik, jij, hij, zij, wij, jullie, ze, …
Bezittelijk: hun, mijne,…
Wederkerend: me, mezelf, …
Aanwijzend: die, deze,…
Vragend: wie, waarom,…
Onbepaald: niemand, iedere,…
Betrekkelijk: de cd DIE je krijgt, het meisje DAT,…
Voegwoord
Omdat, en, of, maar, terwijl, daardoor, dat, zodat, als, nadien, want,…
Voorzetsel
In, op, onder, boven, aan, bij, door, naast, tussen, voor, tijdens, na kastwoordjes
Lidwoorden
De, het: bepaald lidwoord
Een: onbepaald lidwoord
Cijfers
Bepaald cijfer: precies
Onbepaald cijfer: een aantal,…
Hoofdtelwoord: zes
Rangtelwoord: zesde
Soortnamen: met lidwoord, kan enkelvoud en meervoud, kan als verkleinwoord, vb: vogel
Eigennaam: specifieke personen, dieren, zaken, met hoofdletter, vb: Marie, Gent
Bijvoeglijk naamwoord: nieuw, dom,…
Werkwoorden
Zelfstandig werkwoord: kan alleen staan, heeft zelf een betekenis
Vb: werken, schijnen
Koppelwerkwoord: zegt iets meer over het o, krijgt betekenis via het naamwoordelijk deel
Tip: ZWOBBELS: zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen
Vb: Hij is ziek
Is: koppelwerkwoord
Ziek: naamwoordelijk deel
Hulpwerkwoord: wordt aangevuld met andere werkwoorden, helpt andere werkwoorden te
vervoegen
Vb: hebben, zullen, zijn, worden
Voornaamwoorden
Persoonlijk: ik, jij, hij, zij, wij, jullie, ze, …
Bezittelijk: hun, mijne,…
Wederkerend: me, mezelf, …
Aanwijzend: die, deze,…
Vragend: wie, waarom,…
Onbepaald: niemand, iedere,…
Betrekkelijk: de cd DIE je krijgt, het meisje DAT,…
Voegwoord
Omdat, en, of, maar, terwijl, daardoor, dat, zodat, als, nadien, want,…
Voorzetsel
In, op, onder, boven, aan, bij, door, naast, tussen, voor, tijdens, na kastwoordjes
Lidwoorden
De, het: bepaald lidwoord
Een: onbepaald lidwoord
Cijfers
Bepaald cijfer: precies
Onbepaald cijfer: een aantal,…
Hoofdtelwoord: zes
Rangtelwoord: zesde