Samenvatting Inleiding Psychologie Leerjaar 1 Kwartiel 1
Hoofdstuk 1
De letterlijke betekenis van het woord Psychologie is: ‘De studie van de geest’. Tegenwoordig
hanteren we een bredere definitie: ‘Psychologie is de wetenschap van gedrag en geestelijke
processen’.
Psychiatrie-> Dit is geen psychologie. In de psychiatrie wordt er gekeken vanuit een medisch en
geneeskundig perspectief
Pseudopsychologie-> Ook dit is geen psychologie. Dit zijn niet-onderbouwde aannames die als
wetenschappelijke waarheid worden gepresenteerd.
De 6 verschillende psychologische perspectieven en hun stichters:
Wie Perspectief Idee/strekking
René Descartes Biologisch Het lichaam kan apart van de
geest worden bestudeerd
Wilhelm Wundt & William Cognitief Bestudering van de geest kan
James via de wetenschappelijke
methodes
John Watson & B.F Skinner Behavioristisch Psychologie moet de
wetenschap van gedrag zijn en
niet van mentale processen
Sigmund Freud Whole person Persoonlijke/psychische
(psychodynamisch) stoornissen ontstaan in het
onbewuste deel van de mens
Carl Rogers & Abraham Whole person (humanistisch) Psychologie legt de nadruk op
Maslow groei en potentie (ook wel
positieve psychologie
genoemd)
De Oude Grieken Whole person Begrijpen van individuen ligt in
(karakter/temperament) blijvende karaktertrekken en
het temperament (afhankelijk
van de 4 ‘humoren’)
Mary Ainsworth & Jean Piget Ontwikkeling Mensen veranderen als gevolg
et al. van combinatie van omgeving
en erfelijke eigenschappen
Stanley Milgram & Philip Socio-Cultureel Sociaal culturele invloeden
Zimbardo et al. kunnen de invloeden van alle
andere factoren, die gedrag
beïnvloeden, overstemmen
Psychologen vergaren hun kennis door:
- Empirisch onderzoek
- Door hun verzamelde feiten of observaties te toetsen aan theorie en
- Via de wetenschappelijke methode (zie hieronder de stappen)
Een hypothese ontwikkelen-> Een voorspelling doen over de uitkomst van een
wetenschappelijk onderzoek.
, Objectieve data verzamelen-> Wetenschappelijke gegevens verzamelen a.d.h.v.
bijvoorbeeld experimenten
Resultaten analyseren-> Hypothese van stap 1 bevestigen of verwerpen
Resultaten publiceren, bekritiseren en repliceren-> Mogelijk nieuw onderzoek uitvoeren
na ontvangen kritiek of aangewezen zwakke plekken in je onderzoek
Hoofdstuk 2
Er zijn meerdere verbindingen tussen genen en gedrag. Volgens de evolutie bezitten we van nature
eigenschappen die zich kunnen aanpassen bij verandering in onze omgeving, dit is nodig voor
overleving. Gedrag wordt vaak bepaald door een combinatie van nature en nurture.
In genetica wordt een verschil gemaakt tussen het genotype en het fenotype:
- Fenotype: Alle waarneembare verschillen aan de buitenkant (oogkleur, haarkleur)
- Genotype: Een soort ‘blauwdruk’ waarvan onderdelen afkomstig zijn van je ouders. Dit zijn
dus de eigenschappen die je hebt geërfd.
De volgorde van groot naar kleine onderdelen in je lichaam zijn
Genoom-> Cel-> Chromosoom-> Genen-> DNA
De interne communicatie van het lichaam wordt geregeld door twee systemen: het zenuwstelsel
(snelle route) en het endocriene stelsel (langzame route). Daarnaast bestaat het centrale
zenuwstelsel, deze ziet er als volgt uit:
Zenuwstelsel
Perifere Stelsel Centrale Zenuwstelsel
(Hersenen/ruggenmerg)
Autonome stelsel Somatische stelsel
(zelfregulerend) (Vrijwillig)
Sympathisch stelsel Parasympatisch
(stimulerend) (afremmend)
De hersenen zijn de besturing van het lichaam en is onderverdeeld in 4 kwabben met een eigen taak:
Frontaalkwab: Speelt een rol bij beweging, persoonlijkheid en het denken.
Pariëtaal kwab: Houdt zich bezig met tastzin en het waarnemen van ruimtelijke relaties
(waar zijn objecten in verhouding tot mijzelf?)
Occipitaal kwab: Is verantwoordelijk voor een deel van de visuele cortex
Temporaalkwab: Verwerkt geluid en taal en speelt waarschijnlijk (nog niet bewezen) ook
een rol in het opslaan van herinneringen.
Daarnaast bestaan de hersenen uit 3 lagen:
De hersenstam: Dit is het primitieve deel van de hersenen en verantwoordelijk voor
slapen, waken en ademen. Hierboven ligt de Thalamus, dit is het koppelstation voor
inkomende en uitgaande boodschappen. Het Cerebellum is verbonden met de
hersenstam en is verantwoordelijk voor gecoördineerde bewegingen.
Het limbisch systeem: Hier liggen de emoties en herinneringen en bestaat uit de
volgende delen. De amygdala, hier wordt voornamelijk angst en agressie geregeld. De
Hoofdstuk 1
De letterlijke betekenis van het woord Psychologie is: ‘De studie van de geest’. Tegenwoordig
hanteren we een bredere definitie: ‘Psychologie is de wetenschap van gedrag en geestelijke
processen’.
Psychiatrie-> Dit is geen psychologie. In de psychiatrie wordt er gekeken vanuit een medisch en
geneeskundig perspectief
Pseudopsychologie-> Ook dit is geen psychologie. Dit zijn niet-onderbouwde aannames die als
wetenschappelijke waarheid worden gepresenteerd.
De 6 verschillende psychologische perspectieven en hun stichters:
Wie Perspectief Idee/strekking
René Descartes Biologisch Het lichaam kan apart van de
geest worden bestudeerd
Wilhelm Wundt & William Cognitief Bestudering van de geest kan
James via de wetenschappelijke
methodes
John Watson & B.F Skinner Behavioristisch Psychologie moet de
wetenschap van gedrag zijn en
niet van mentale processen
Sigmund Freud Whole person Persoonlijke/psychische
(psychodynamisch) stoornissen ontstaan in het
onbewuste deel van de mens
Carl Rogers & Abraham Whole person (humanistisch) Psychologie legt de nadruk op
Maslow groei en potentie (ook wel
positieve psychologie
genoemd)
De Oude Grieken Whole person Begrijpen van individuen ligt in
(karakter/temperament) blijvende karaktertrekken en
het temperament (afhankelijk
van de 4 ‘humoren’)
Mary Ainsworth & Jean Piget Ontwikkeling Mensen veranderen als gevolg
et al. van combinatie van omgeving
en erfelijke eigenschappen
Stanley Milgram & Philip Socio-Cultureel Sociaal culturele invloeden
Zimbardo et al. kunnen de invloeden van alle
andere factoren, die gedrag
beïnvloeden, overstemmen
Psychologen vergaren hun kennis door:
- Empirisch onderzoek
- Door hun verzamelde feiten of observaties te toetsen aan theorie en
- Via de wetenschappelijke methode (zie hieronder de stappen)
Een hypothese ontwikkelen-> Een voorspelling doen over de uitkomst van een
wetenschappelijk onderzoek.
, Objectieve data verzamelen-> Wetenschappelijke gegevens verzamelen a.d.h.v.
bijvoorbeeld experimenten
Resultaten analyseren-> Hypothese van stap 1 bevestigen of verwerpen
Resultaten publiceren, bekritiseren en repliceren-> Mogelijk nieuw onderzoek uitvoeren
na ontvangen kritiek of aangewezen zwakke plekken in je onderzoek
Hoofdstuk 2
Er zijn meerdere verbindingen tussen genen en gedrag. Volgens de evolutie bezitten we van nature
eigenschappen die zich kunnen aanpassen bij verandering in onze omgeving, dit is nodig voor
overleving. Gedrag wordt vaak bepaald door een combinatie van nature en nurture.
In genetica wordt een verschil gemaakt tussen het genotype en het fenotype:
- Fenotype: Alle waarneembare verschillen aan de buitenkant (oogkleur, haarkleur)
- Genotype: Een soort ‘blauwdruk’ waarvan onderdelen afkomstig zijn van je ouders. Dit zijn
dus de eigenschappen die je hebt geërfd.
De volgorde van groot naar kleine onderdelen in je lichaam zijn
Genoom-> Cel-> Chromosoom-> Genen-> DNA
De interne communicatie van het lichaam wordt geregeld door twee systemen: het zenuwstelsel
(snelle route) en het endocriene stelsel (langzame route). Daarnaast bestaat het centrale
zenuwstelsel, deze ziet er als volgt uit:
Zenuwstelsel
Perifere Stelsel Centrale Zenuwstelsel
(Hersenen/ruggenmerg)
Autonome stelsel Somatische stelsel
(zelfregulerend) (Vrijwillig)
Sympathisch stelsel Parasympatisch
(stimulerend) (afremmend)
De hersenen zijn de besturing van het lichaam en is onderverdeeld in 4 kwabben met een eigen taak:
Frontaalkwab: Speelt een rol bij beweging, persoonlijkheid en het denken.
Pariëtaal kwab: Houdt zich bezig met tastzin en het waarnemen van ruimtelijke relaties
(waar zijn objecten in verhouding tot mijzelf?)
Occipitaal kwab: Is verantwoordelijk voor een deel van de visuele cortex
Temporaalkwab: Verwerkt geluid en taal en speelt waarschijnlijk (nog niet bewezen) ook
een rol in het opslaan van herinneringen.
Daarnaast bestaan de hersenen uit 3 lagen:
De hersenstam: Dit is het primitieve deel van de hersenen en verantwoordelijk voor
slapen, waken en ademen. Hierboven ligt de Thalamus, dit is het koppelstation voor
inkomende en uitgaande boodschappen. Het Cerebellum is verbonden met de
hersenstam en is verantwoordelijk voor gecoördineerde bewegingen.
Het limbisch systeem: Hier liggen de emoties en herinneringen en bestaat uit de
volgende delen. De amygdala, hier wordt voornamelijk angst en agressie geregeld. De