EXTRA SAMENVATTING
WEEK 1
Eigen beeld over psychiatrie
Psychiatrie: observaties/gevoelens/gedachten leiden tot bejegening/handelen/behandelen
van mensen.
Je vraagt je af wat er met deze mensen aan de hand is en waarom ze zo doen
- Psyche (geest) iatros (arts)
Somatische stoornissen -> psychiatrische stoornissen
Psychiatrische stoornissen -> somatische stoornissen
Maatschappelijke opvattingen en (voor)oordelen over psychiatrische patiënten
Mens met psychische problemen resultaat van:
- Eigenaardigheden, heden en verleden
- Meer of minder goed herkenbare verschijnselen
- Sociale, relationele en fysieke omgeving
- Houding behandelaar tegenover patiënt (visie/kennis/vaardigheden)
Oordelen:
- Uitzonderlijk
- Sociaal afwijkend
- Foute perceptie / interpretatie va de werkelijkheid
- Emotioneel lijden
- Ongepast gedrag
- Gevaar
- Anders
- Niet sociale rollen kunnen vervolgen
Gediscrimineerd en vermeden
Verder:
- Bagatelliseren
- Wantrouwen
- Boosheid
- Angst
Werkveld GGZ en rol verpleegkundige binnen multidisciplinair team
Psychiatrische intensieve thuiszorg (PIT): voor wie ambulante begeleiding alleen niet
voldoende steun biedt. Je wil opname voorkomen of verkorten.
Assertive community treatment (ACT): verlenen intensieve, outreachende, langdurige
behandeling, begeleiding en rehabilitatie bij ernstige problemen en gedragsproblemen
Moeilijkste groep
,Functie assertive community treatment (FACT): mensen met langdurige of blijvende
psychiatrische aandoeningen die niet in het ziekenhuis kunnen verblijven. Doel is
begeleiden, behandelen en ondersteunen.
Gehele groep
7 hoofdproducten FACT:
1. Cure (richtlijnconform behandelen)
2. Care (zorg, verpleging, rehabilitatie)
3. Crisisinterventie (opnamen voorkomen en verkorten, zorg en behandeling in
thuissituatie opschalen, 24- uursbereikbaarheid garanderen)
4. Community support (maatschappelijk steunsysteem bouwen en benutten, arbeid
mogelijk maken, deelname aan algemene wijkactiviteiten stimuleren, helpen
participeren in wijk)
5. Cliëntdeskundigheid ondersteunen (ervaringswerkers, empowerment, herstel)
6. Controle (uitvoeren BOPZ-maatregelen, veiligheid in wijk)
7. Check (evalueren van effecten van zorg op individueel en groepsniveau)
Begeleidende en beschermende woonvormen: zelfstandige instellingen. Alternatief voor
langdurig verblijf in psychiatrisch ziekenhuis.
Bemoeizorg: hulpverleners grijpen actief in, in het leven van mensen met psychische
problemen. Ze accepteren of vragen geen hulp of zorg.
Doel: gezondheid verbeteren, gezondheidsrisico’s beperken, praktische
levensomstandigheden verbeteren
Vakteams houden mensen in de gaten, wanneer bemoeizorg moet worden opgetreden.
Multidisciplinair team:
- Psychiater
- Psychologen
- Verpleegkundigen
- Maatschappelijk werkers/ sociaalpedagogische hulpverleners
- Vak therapeut
o Creatief therapeuten
o Psychomotorische therapeuten
- Sociaalpsychiatrisch verpleegkundige
- Verpleegkundig specialist
- Ergotherapeut
- Sociaaljuridische dienstverleners
- POH-GGZ
Verpleegkundige:
- Intramuraal/extramuraal
- Bewaken en uitvoeren
- Signaleren hulpvragen
- Bewijsmateriaal zoeken
- Diagnose/interventie opstellen
, - Zelfzorg/zelfmanagement ondersteunen
- Uitvoeren en evalueren behandelplan
Sociaalpsychiatrisch verpleegkundige:
- Specialisatie geestelijke gezondheidszorg
- Complexe psychosociale/psychiatrische problematiek
- Coördinerende rol
Therapeutisch model: georganiseerde behandeleenheid waarbinnen situatie gecreëerd
wordt waarin aan de cliënt relaties met een groep cliënten en met behandelaars wordt
aangeboden.
- Het supportive model: een ondersteunende, dragende behandeling
- Het reconstructieve model: een behandeling gericht op reconstructie van
afweermechanismen
- Sociaal-therapeutisch model: een behandeling gericht op constructieve aanpassing
aan omgeving in het hier en nu
Extramuralisering: patiënten in maatschappij
Sociale psychiatrie: bezighouden met zorg voor niet-opgenomen cliënten. Hier gaat
versterken van ZM het beste.
Ambulante psychiatrie: cliënt zien met omgeving.
- Thuiszorg
- Bemoeizorg
Klinische psychiatrie:
- Acute opname
- Dagbehandeling
- Langdurige opname
Verslavingszorg = dubbele diagnose
Algemene systeemtheorie
1. Lichamelijk niveau: lichamelijke constitutie en gesteldheid op bepaald moment
(o.a. beperkingen, ziekten, medicijngebruik, alcoholgebruik, drugsgebruik en invloed
op functioneren, voedingstoestand)
2. Individueel niveau: mentale processen en ontwikkelingen van een persoon
(intelligentie, copinggedrag, leergedrag, psychische functies, biografie, life events,
zelfbeeld, financiële situatie, zingeving/spiritualiteit)
3. Sociaal niveau: sociale netwerk en sociale steun
(o.a. sociaal functioneren, inschatten van steunbronnen, omgangsvormen, gezin van
herkomst, gezinsmythen, vrienden, wijk, directe woonomgeving)
4. Maatschappelijk niveau: maatschappelijke positie en maatschappelijk functioneren
(o.a. uitkering, arbeid, inbedding in maatschappelijke omgeving, culturele aspecten,
maatschappelijke positie)
, Praktijkvoorbeeld
- Door psychose tekort op veel zelfzorggebieden
o Ziekte-inzicht, voeding, slaap, rust, stressverwerking
o Verpleegkundige neemt zorg over –
- Na psychose werken aan zelfmanagement
o Psycho-educatie
o Training
o Aanpassing leefstijl
o Signaleringsplan
o Verpleegkundige is faciliterend, coachen, aanvullend en ondersteunend
- Nazorg, preventief
o Depotmedicatie
o Vinger aan de pols
o Terugval voorkomend
Verpleegkundigen zijn professionals die zich richten op ondersteunen van zelfmanagement
van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk, met als doel behouden of verbeteren van
dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid en ziekte en kwaliteit van leven.
Ze richten vooral op de gevolgen die de stoornis heeft op een persoon en zijn omgeving.
DSM wordt gebruikt om tot een zo goed mogelijk pakket te komen aan hulp voor de patiënt.
Wetenschappelijke methodieken (klinisch/diagnostisch redeneren).
Holistische benadering
Zorg -> inhoud, aanbod van zorg -> wat bieden op zorg
Samenwerking -> organisatie van zorg -> hoe bieden we zorg
Kenmerken verplegen:
1. Dient een specifiek doel
2. Omvat specifieke manier van interveniëren
3. Vindt plaats in specifiek domein
4. Gericht op persoon als geheel
5. Gebaseerd op ethische waarden
6. Betekent commitment aan partnerschap
Inleidende termen als psychiatrie, psychische stoornis en psychopathologie
Psychiatrie: klinisch vak waarin observaties/gevoelens/gedachten van verpleegkundigen
leiden tot een bepaalde bejegening, een bepaalde manier van handelen en behandelen
Klinische psychologie: tak van psychologie die zich bezighoudt met de
beschrijving/oorzaken/behandeling van psychische stoornissen
Psychische stoornis: afwijkende emoties/gedachten/gedragspatroon dat wordt gekenmerkt
door een storing in het dagelijks sociaal functioneren van een persoon.
WEEK 1
Eigen beeld over psychiatrie
Psychiatrie: observaties/gevoelens/gedachten leiden tot bejegening/handelen/behandelen
van mensen.
Je vraagt je af wat er met deze mensen aan de hand is en waarom ze zo doen
- Psyche (geest) iatros (arts)
Somatische stoornissen -> psychiatrische stoornissen
Psychiatrische stoornissen -> somatische stoornissen
Maatschappelijke opvattingen en (voor)oordelen over psychiatrische patiënten
Mens met psychische problemen resultaat van:
- Eigenaardigheden, heden en verleden
- Meer of minder goed herkenbare verschijnselen
- Sociale, relationele en fysieke omgeving
- Houding behandelaar tegenover patiënt (visie/kennis/vaardigheden)
Oordelen:
- Uitzonderlijk
- Sociaal afwijkend
- Foute perceptie / interpretatie va de werkelijkheid
- Emotioneel lijden
- Ongepast gedrag
- Gevaar
- Anders
- Niet sociale rollen kunnen vervolgen
Gediscrimineerd en vermeden
Verder:
- Bagatelliseren
- Wantrouwen
- Boosheid
- Angst
Werkveld GGZ en rol verpleegkundige binnen multidisciplinair team
Psychiatrische intensieve thuiszorg (PIT): voor wie ambulante begeleiding alleen niet
voldoende steun biedt. Je wil opname voorkomen of verkorten.
Assertive community treatment (ACT): verlenen intensieve, outreachende, langdurige
behandeling, begeleiding en rehabilitatie bij ernstige problemen en gedragsproblemen
Moeilijkste groep
,Functie assertive community treatment (FACT): mensen met langdurige of blijvende
psychiatrische aandoeningen die niet in het ziekenhuis kunnen verblijven. Doel is
begeleiden, behandelen en ondersteunen.
Gehele groep
7 hoofdproducten FACT:
1. Cure (richtlijnconform behandelen)
2. Care (zorg, verpleging, rehabilitatie)
3. Crisisinterventie (opnamen voorkomen en verkorten, zorg en behandeling in
thuissituatie opschalen, 24- uursbereikbaarheid garanderen)
4. Community support (maatschappelijk steunsysteem bouwen en benutten, arbeid
mogelijk maken, deelname aan algemene wijkactiviteiten stimuleren, helpen
participeren in wijk)
5. Cliëntdeskundigheid ondersteunen (ervaringswerkers, empowerment, herstel)
6. Controle (uitvoeren BOPZ-maatregelen, veiligheid in wijk)
7. Check (evalueren van effecten van zorg op individueel en groepsniveau)
Begeleidende en beschermende woonvormen: zelfstandige instellingen. Alternatief voor
langdurig verblijf in psychiatrisch ziekenhuis.
Bemoeizorg: hulpverleners grijpen actief in, in het leven van mensen met psychische
problemen. Ze accepteren of vragen geen hulp of zorg.
Doel: gezondheid verbeteren, gezondheidsrisico’s beperken, praktische
levensomstandigheden verbeteren
Vakteams houden mensen in de gaten, wanneer bemoeizorg moet worden opgetreden.
Multidisciplinair team:
- Psychiater
- Psychologen
- Verpleegkundigen
- Maatschappelijk werkers/ sociaalpedagogische hulpverleners
- Vak therapeut
o Creatief therapeuten
o Psychomotorische therapeuten
- Sociaalpsychiatrisch verpleegkundige
- Verpleegkundig specialist
- Ergotherapeut
- Sociaaljuridische dienstverleners
- POH-GGZ
Verpleegkundige:
- Intramuraal/extramuraal
- Bewaken en uitvoeren
- Signaleren hulpvragen
- Bewijsmateriaal zoeken
- Diagnose/interventie opstellen
, - Zelfzorg/zelfmanagement ondersteunen
- Uitvoeren en evalueren behandelplan
Sociaalpsychiatrisch verpleegkundige:
- Specialisatie geestelijke gezondheidszorg
- Complexe psychosociale/psychiatrische problematiek
- Coördinerende rol
Therapeutisch model: georganiseerde behandeleenheid waarbinnen situatie gecreëerd
wordt waarin aan de cliënt relaties met een groep cliënten en met behandelaars wordt
aangeboden.
- Het supportive model: een ondersteunende, dragende behandeling
- Het reconstructieve model: een behandeling gericht op reconstructie van
afweermechanismen
- Sociaal-therapeutisch model: een behandeling gericht op constructieve aanpassing
aan omgeving in het hier en nu
Extramuralisering: patiënten in maatschappij
Sociale psychiatrie: bezighouden met zorg voor niet-opgenomen cliënten. Hier gaat
versterken van ZM het beste.
Ambulante psychiatrie: cliënt zien met omgeving.
- Thuiszorg
- Bemoeizorg
Klinische psychiatrie:
- Acute opname
- Dagbehandeling
- Langdurige opname
Verslavingszorg = dubbele diagnose
Algemene systeemtheorie
1. Lichamelijk niveau: lichamelijke constitutie en gesteldheid op bepaald moment
(o.a. beperkingen, ziekten, medicijngebruik, alcoholgebruik, drugsgebruik en invloed
op functioneren, voedingstoestand)
2. Individueel niveau: mentale processen en ontwikkelingen van een persoon
(intelligentie, copinggedrag, leergedrag, psychische functies, biografie, life events,
zelfbeeld, financiële situatie, zingeving/spiritualiteit)
3. Sociaal niveau: sociale netwerk en sociale steun
(o.a. sociaal functioneren, inschatten van steunbronnen, omgangsvormen, gezin van
herkomst, gezinsmythen, vrienden, wijk, directe woonomgeving)
4. Maatschappelijk niveau: maatschappelijke positie en maatschappelijk functioneren
(o.a. uitkering, arbeid, inbedding in maatschappelijke omgeving, culturele aspecten,
maatschappelijke positie)
, Praktijkvoorbeeld
- Door psychose tekort op veel zelfzorggebieden
o Ziekte-inzicht, voeding, slaap, rust, stressverwerking
o Verpleegkundige neemt zorg over –
- Na psychose werken aan zelfmanagement
o Psycho-educatie
o Training
o Aanpassing leefstijl
o Signaleringsplan
o Verpleegkundige is faciliterend, coachen, aanvullend en ondersteunend
- Nazorg, preventief
o Depotmedicatie
o Vinger aan de pols
o Terugval voorkomend
Verpleegkundigen zijn professionals die zich richten op ondersteunen van zelfmanagement
van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk, met als doel behouden of verbeteren van
dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid en ziekte en kwaliteit van leven.
Ze richten vooral op de gevolgen die de stoornis heeft op een persoon en zijn omgeving.
DSM wordt gebruikt om tot een zo goed mogelijk pakket te komen aan hulp voor de patiënt.
Wetenschappelijke methodieken (klinisch/diagnostisch redeneren).
Holistische benadering
Zorg -> inhoud, aanbod van zorg -> wat bieden op zorg
Samenwerking -> organisatie van zorg -> hoe bieden we zorg
Kenmerken verplegen:
1. Dient een specifiek doel
2. Omvat specifieke manier van interveniëren
3. Vindt plaats in specifiek domein
4. Gericht op persoon als geheel
5. Gebaseerd op ethische waarden
6. Betekent commitment aan partnerschap
Inleidende termen als psychiatrie, psychische stoornis en psychopathologie
Psychiatrie: klinisch vak waarin observaties/gevoelens/gedachten van verpleegkundigen
leiden tot een bepaalde bejegening, een bepaalde manier van handelen en behandelen
Klinische psychologie: tak van psychologie die zich bezighoudt met de
beschrijving/oorzaken/behandeling van psychische stoornissen
Psychische stoornis: afwijkende emoties/gedachten/gedragspatroon dat wordt gekenmerkt
door een storing in het dagelijks sociaal functioneren van een persoon.
