2.2a Psychogeriatrie
Deze 3 D’s zijn in de praktijk vaak lastig om uit elkaar te houden:
- Dementie = een groep symptomen die het geheugen, het denken beïnvloeden en het
dagelijks leven verstoren.
- Delier = plotseling optredende verwardheid. Deze verwardheid is meestal tijdelijk en
ontstaat door het ernstig ziek zijn en deels ook door de medicatie die op de IC wordt
gebruikt.
- Depressie = een stemmingsstoornis die zich kenmerkt door een verlies van levenslust of
zware neerslachtigheid.
College
Psychogeriatrie gaat over aandoeningen die zich gedeeltelijk bij de psychiatrie horen en een deel tot
geriatrie. Dus het gaat om ziektebeelden die vooral bij ouderen voorkomen.
Een oudere met geheugenproblemen… -> verschil in korte en lange termijngeheugen
- Normale veroudering
- Dementie -> de korte termijngeheugen verdwijnt als eerst
- Delier
- Depressie
- Parkinson / parkinsonisme
- Psychose
Diagnostiek (huisarts)
Anamnese
- DSM uitvragen = een boekje met wat vragen waarop een diagnose gesteld kan worden
- MMSE (mini mental state examinering) ->
soort testje
- Klokkentest
Lichamelijk onderzoek
Aanvullend onderzoek
- Laboratoriumonderzoek (bloed/urine)
- Neuro psychologisch onderzoek
- Radiodiagnostiek? MRI of CT om andere
complicaties uit te sluiten; zoals bloedingen,
TIA.
Voorbeeld: in het ziekenhuis waar ik was heb ik eerst maar wat zitten lachen om sommetjes die ik
moest maken en dingen die ik moest aanwijzen. Maar het werd steeds ingewikkelder. Toen was het,
zeg maar, toch slechter dan het zou moeten zijn ~ Herman (77)
,Dementieel syndroom
= verzameling symptomen (DSM criteria) en verschillende ziektebeelden
Risicofactoren (predisponerende factoren)
- Hoge leeftijd (< 65 jaar = preseniele dementie)
- Hart en vaatziekten
- Ziekte van Parkinson
- Genetische factoren (bijv. syndroom van Down)
Aan de vasculaire dementie zou je wel iets aan kunnen doen.
DSM criteria:
1. Geheugen stoornissen (korte en lange termijngeheugen)
2. Ten minste één van deze stoornissen:
- afasie = taalstoornis; motorisch(= zelf niet kunnen praten) of sensorisch (= niet snappen wat iemand
zegt)
- apraxie = handelingsstoornis; niet meer weet hoe je iets moet doen
- agnosie = je herkent dingen niet meer; je weet niet waarvoor het voorwerp bedoelt is
- executief functioneren = problemen hebben met plannen maken
3. verslechtering t.o.v. vroeger functioneren
4. verstoring sociaal of beroepsmatig functioneren
5. niet uitsluitend tijdens delirante toestand of andere klinische ziekte
Dementie is een chronisch proces.
Vormen van dementia:
- ziekte van Alzheimer = meest voorkomende
- vasculaire dementia
- fronto-temporale dementie
- Lewy body dementie
- Parkinson dementie
- Ziekte van Creutzfeldt Jacob = gekke koeienziekte met
eiwitdeeltje
Ziekte van Alzheimer
= een type hersenaandoening die problemen veroorzaakt met geheugen, denken en gedrag
met een bepaald NG
onderzoek kun je de
amyloïde plaques opsporen.
Desoriëntatie van de tijd is
belangrijk is daarom is een
klokkentest belangrijk.
,Vasculaire dementie
Verschillende soorten:
- Infarcten in grote bloedvaten
- Infarct in waterscheidingsgebied
- Infarcten in kleine bloedvaten
- Infarcten in strategische gebieden
- Amyloïd angiopathie
De behandeling bestaat vaak uit antistolling om
verergering te voorkomen.
MRI geeft een indicatie maar het is heel moeilijk
te zien waar de grens zit tussen cognitieve
problemen en Alzheimer.
Therapie bij dementieel syndroom
Niet- farmacologisch
- Gericht op patiënt
- Gericht op zorgverlener/mantelzorger
Farmacologisch
- Invloed op dementie proces
- Invloed op gedrag
Delier = tijdelijk disfunctioneren van de hersenen door stoffen
Symptomen (DSM criteria)
- Verminderde aandacht, bewustzijn
- Desoriëntatie (tijd/plaats/persoon)
- Geheugenstoornis
- Wanen(= iets denken wat je kan of is), hallucinaties(= iets zien of horen wat er niet is)
De stoornis wordt vaak veroorzaakt door een of meer lichamelijke ziekten, geneesmiddelen
intoxicaties of onttrekking van medicatie of alcohol.
- Medicatie, drugs, alcohol, infectie, koorts, ontregeling glucose, ontregeling hormonen..
Gebruikelijke diagnostiek = kijken wat de oorzaak is
, Therapie
- Rust en veiligheid; bijv. dingen van thuis meenemen zodat het rustiger voelt
- Symptoombestrijding
- Onderliggende oorzaak
Depressie = stemmingsstoornis wat langer duurt dan je verwacht
Symptomen (DSM criteria)
- Sombere stemming en/of interesse/plezier verlies
- Gewichtsveranderingen
- Slaapproblemen
- Psychomotore agitatie/ remming
- Vermoeidheid
- Gevoel van waardeloosheid
- Suïcidale gedachten
Depressie komt ook regelmatig voor bij jonge mensen en de oorzaak is erg lastig. Maar vaak is er een
disbalans van de neurotransmitters waardoor de stemming negatief wordt beïnvloed.
Oorzaak:
- Aanleg
- Externe factoren zoals; verlies, persoonlijkheidsproblematiek, lichamelijke problemen
Diagnostiek
- Anamnese
- Lichamelijk onderzoek op indicatie
Therapie
- Voorlichting
- Dag structurering en activiteit planning
- Psychologische behandeling
- Antidepressiva
Ziekte van Parkinson
Atrofie en depigmentatie substantie nigra, tekort aan dopamine -> verstoring extrapiramidale
systeem = je systeem dat je motoriek coördineert.
symptomen:
- Tremor = trillen van lichaamsdeel
- Rigiditeit = stijfheid
- Hypokinesie of akinesie =
bewegingsarmoede
- Gestoorde houding en
houdingsreflexen