samenvatting verpleegkundige methodieken 3

1 Verpleegkundige methodieken 3




Verpleegkundige
methodieken en
vaardigheden 3




CATO MANNAERTS 1

,2 Verpleegkundige methodieken 3




Intravasculaire
zorgen/
Infuustherapie
1.Bepaling
 Een infuus is toedienen van hoeveelheden vocht, elektrolyten, voedingsstoffen en
geneesmiddelen via parenterale weg
 Wordt toegediend aan hand van 2 principes  zwaartekracht en luchtdruk, steriliteit en gesloten
systeem

2.Terminologie
Anafylaxie  Overgevoeligheidsreactie van het lichaam op een lichaamsvreemd
eiwit of geneesmiddel
Asepsis  Elimineren van contact met micro-organismes
Bolus  Directe intraveneuze injectie van een geneesmiddel om snel een hoge
concentratie in het bloedserum te bereiken
Diffusie  Passieve verplaatsing van moleculen van een plaats met een hoge
concentratie naar een plaats met een lage concentratie
Electrolyt  Stof die zich in electrisch geladen deeltjes splitst waneer deze in water
wordt opgelost
Hemolyse  Afbraak van rode bloedcellen
Homeostase  Vermogen van het lichaam om het interne milieu constant te houden
Hypertonisch  Oplossing met grotere hoeveelheid opgeloste stoffen dan in het
bloedplasma
Hypotonisch  Oplossing met kleinere hoeveelheid opgeloste stoffen dan in het
bloedplasma
Hypovolemie  Te weinig circulerend bloed in bloedsomloop
Intracellulair  In de cel
Isotonisch  Met dezelfde osmotische waarde als het plasma 240-340 mosm
Sepsis  In het bloed en in het kathetersegment wordt hetzelfde micro-
organisme aangetroffen, dit gepaard met klinische symptomen van
sepsis, terwijl andere infectiebronnen ontbreken
Osmolariteit  Concentratie van osmotisch actieve deeltjes per kg water
Osmose  Transport van water door een semi-permeabele membraan vanaf de
plaats met een lage concentratie opgeloste deeltjes naar een plaats met
een hogere concentratie opgeloste deeltjes
Osmotische druk  Druk die wordt uitgeoefend op een semi-permeabele membraan die de
scheidingswand vormt tussen een oplossing en een oplosmiddel; de
membraan is ondoorlaatbaar voor opgeloste stoffen in de oplossing
en uitsluitend doorlaatbaar voor het oplosmiddel
Sepsis  Infectie van de bloedstroom
Septisch  Besmet met pathogene micro-organismen


CATO MANNAERTS 2

,3 Verpleegkundige methodieken 3




CATO MANNAERTS 3

, 4 Verpleegkundige methodieken 3




3.Waterhuishouding
3.1. Handhaving vochtbalans
 Aangezien er vocht extra wordt toegediend
 Bewaken hoeveel vocht er per 24u in en uit gaat

Aandachtspunten bij vochtverlies

 Observatie symptomen dehydratatie en over hydratatie
 Extra vochttoevoer voorzien
 Via labotesten en hematocriet kan vocht opgevolgd worden
 Centrale veneuze druk meting

3.2. Handhaving waterhuishouding
 Volwassene is 60% vocht en 40% vaste stof
 Water en elektrolyten zijn niet van elkaar te scheiden  moet in evenwicht zijn
 Elektrolyten zijn intra als extracellulair
 In lichaam zijn anionen en kationen gelijk evenredig




4.Doel infuustherapie
4.1. Diagnostisch
Perifere toegangsweg: inspuiten van contraststof

Centrale toegangsweg: drukmetingen, nemen van biopten/stalen

4.2. Therapeutisch
Preventief

 Opstarten van waakinfuus  voor in toekomst meteen vocht of medicijnen toe te dienen
 Infuus is aanvullend of vervangend

Curatief

 Afwijkingen qua volume en samenstelling van bloed herstellen
 IV medicatie en voedingsweg




CATO MANNAERTS 4