H1: Oprichting bedrijf
Werknemer:
- arbeidsovereenkomst: arbeid in ruil voor loon
- WW-uitkering
- Pensioenverzekering
- Verantwoordelijk voor goed werk
Baas:
- Geen vast loon: hangt af van winst
- Krijgt niets bij werkloosheid werknemer
- Verantwoordelijk voor alles
- Veel belastingvoordelen
Stappen starten bedrijf:
1. Vergunningen
Omgevingsvergunningen, etc.
2. Inschrijven Handelsregister
Kamer van Koophandel
3. Administratie
Boekhouding (balans)
4. Vestigingsplaats
Pand
5. Investeringsbegroting
Financieringsbehoefte (hoeveel geld heb je nodig)
6. Resultaten- of exploitatiebegroting
Opbrengsten en kosten
7. Liquiditeitsbegroting
Uitgaven en ontvangsten
8. Rechtsvorm
Aansprakelijkheid
9. Verzekeringen
10. Financiering
Waar haal je het geld vandaag?
11. Diversen
Openen van bankrekening, zoeken leveranciers, inrichting, etc.
Eenmanszaak:
- Geen scheiding privé en zakelijk vermogen
- Ondernemer aansprakelijk, eigenaar = directeur
- Voordeel: snelle besluiten
- Nadeel: banken lenen niet vaak geld uit aan eenmanszaak
BTW = belasting op de toegevoegde waarde = omzetbelasting
- 9%-tarief: levensbehoeften
- 21%-tarief: luxegoederen
- 0%-tarief: geëxporteerde goederen en medicijnen
- Geen kosten! Heeft geen invloed op winst of verlies
, Ontvangen BTW (verkochte goederen) → afdragen aan belastingdienst
Betaalde BTW (gekochte goederen) → terugvorderen van belastingdienst
Toegevoegde waarde = waarde die ondernemer toevoegt aan ingekochte goederen
- Inkoop bank: 2200,-
Verkoop bank: 4000,-
Toegevoegde waarde: 1800,-
Soorten investeringen (debet):
Vaste activa
- Langer dan één jaar, vast kapitaal
- Vb. gebouw, auto
- Afschrijven = elk jaar moet er een gedeelte van de aanschaffingsprijs van de vaste
activa worden ‘gereserveerd’.
Afschrijvingskosten = bedrag in waardevermindering
Vlottende activa
- Niet langer dan één jaar, vlottend kapitaal
- Soorten:
A. Voorraden
B. Debiteuren
Nog geld tegoed van klant → leverancierskrediet
C. Nog te ontvangen bedragen
Nog geld tegoed van anderen dan klanten (bvb ontvangen huur)
D. Vooruitbetaalde bedragen
E. Te vorderen BTW / te vorderen omzetbelasting
Per kwartaal
Liquide middelen
- dagelijkse betalingen, liquide kapitaal of liquide activa
- kas + bank
Afnemerskrediet = vooruit betaald, goederen al wel
Leverancierskrediet = achteraf betaald, goederen nog niet
Investeringsbehoefte (debet) geeft totale financieringsbehoefte (credit) aan
Eigen vermogen = eigen geld
Vreemd vermogen = geleend geld
- Lang vreemd vermogen (lang krediet / langdurig tijdelijk vermogen) = leningen
die een looptijd hebben van langer dan één jaar
A. Hypotheeklening of hypothecaire lening
Onderpand → executeren = gedwongen openbare verkoop
B. Onderhandse lening
Familie/vrienden
- Kort vreemd vermogen (kort krediet / kortstondig tijdelijk vermogen) = leningen
die een looptijd hebben van korter dan één jaar
A. Rekening-courantkrediet
Tot een bepaald maximumbedrag mag geld worden opgenomen. Alleen over
opgenomen bedragen wordt rente berekend
Werknemer:
- arbeidsovereenkomst: arbeid in ruil voor loon
- WW-uitkering
- Pensioenverzekering
- Verantwoordelijk voor goed werk
Baas:
- Geen vast loon: hangt af van winst
- Krijgt niets bij werkloosheid werknemer
- Verantwoordelijk voor alles
- Veel belastingvoordelen
Stappen starten bedrijf:
1. Vergunningen
Omgevingsvergunningen, etc.
2. Inschrijven Handelsregister
Kamer van Koophandel
3. Administratie
Boekhouding (balans)
4. Vestigingsplaats
Pand
5. Investeringsbegroting
Financieringsbehoefte (hoeveel geld heb je nodig)
6. Resultaten- of exploitatiebegroting
Opbrengsten en kosten
7. Liquiditeitsbegroting
Uitgaven en ontvangsten
8. Rechtsvorm
Aansprakelijkheid
9. Verzekeringen
10. Financiering
Waar haal je het geld vandaag?
11. Diversen
Openen van bankrekening, zoeken leveranciers, inrichting, etc.
Eenmanszaak:
- Geen scheiding privé en zakelijk vermogen
- Ondernemer aansprakelijk, eigenaar = directeur
- Voordeel: snelle besluiten
- Nadeel: banken lenen niet vaak geld uit aan eenmanszaak
BTW = belasting op de toegevoegde waarde = omzetbelasting
- 9%-tarief: levensbehoeften
- 21%-tarief: luxegoederen
- 0%-tarief: geëxporteerde goederen en medicijnen
- Geen kosten! Heeft geen invloed op winst of verlies
, Ontvangen BTW (verkochte goederen) → afdragen aan belastingdienst
Betaalde BTW (gekochte goederen) → terugvorderen van belastingdienst
Toegevoegde waarde = waarde die ondernemer toevoegt aan ingekochte goederen
- Inkoop bank: 2200,-
Verkoop bank: 4000,-
Toegevoegde waarde: 1800,-
Soorten investeringen (debet):
Vaste activa
- Langer dan één jaar, vast kapitaal
- Vb. gebouw, auto
- Afschrijven = elk jaar moet er een gedeelte van de aanschaffingsprijs van de vaste
activa worden ‘gereserveerd’.
Afschrijvingskosten = bedrag in waardevermindering
Vlottende activa
- Niet langer dan één jaar, vlottend kapitaal
- Soorten:
A. Voorraden
B. Debiteuren
Nog geld tegoed van klant → leverancierskrediet
C. Nog te ontvangen bedragen
Nog geld tegoed van anderen dan klanten (bvb ontvangen huur)
D. Vooruitbetaalde bedragen
E. Te vorderen BTW / te vorderen omzetbelasting
Per kwartaal
Liquide middelen
- dagelijkse betalingen, liquide kapitaal of liquide activa
- kas + bank
Afnemerskrediet = vooruit betaald, goederen al wel
Leverancierskrediet = achteraf betaald, goederen nog niet
Investeringsbehoefte (debet) geeft totale financieringsbehoefte (credit) aan
Eigen vermogen = eigen geld
Vreemd vermogen = geleend geld
- Lang vreemd vermogen (lang krediet / langdurig tijdelijk vermogen) = leningen
die een looptijd hebben van langer dan één jaar
A. Hypotheeklening of hypothecaire lening
Onderpand → executeren = gedwongen openbare verkoop
B. Onderhandse lening
Familie/vrienden
- Kort vreemd vermogen (kort krediet / kortstondig tijdelijk vermogen) = leningen
die een looptijd hebben van korter dan één jaar
A. Rekening-courantkrediet
Tot een bepaald maximumbedrag mag geld worden opgenomen. Alleen over
opgenomen bedragen wordt rente berekend