100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Geld, internationale economische betrekkingen en bedrijfsomgeving SAMENVATTING!

Rating
-
Sold
9
Pages
24
Uploaded on
21-09-2021
Written in
2021/2022

Dit is een uitgebreide samenvatting van de hoofdstukken 3, 4, 6, 8 en 9 uit 'Geld, internationale economische betrekkingen en bedrijfsomgeving' van Wim Hulleman en Ad Marijs. De samenvatting is op een manier geschreven die ik fijn vind om te leren: begrippen zijn duidelijk zichtbaar, er wordt kort én duidelijk samengevat en heeft een overzichtelijke opbouw (herkenbaar en begrippen/onderwerpen zijn duidelijk aangegeven) Samenvatting is geheel gebaseerd op het boek. De manier van samenvatten heeft mij geholpen, hopelijk jullie ook!

Show more Read less
Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk 3, 4, 6, 8 en 9
Uploaded on
September 21, 2021
Number of pages
24
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting van
hoofdstukken 3, 4, 6, 8 en 9
uit het boek ‘Geld,
internationale economische
betrekkingen en
bedrijfsomgeving’ van Wim
Hulleman en Ad Marijs’.




Dit is een samenvatting van hst 3, 4, 6, 8 en 9 uit het boek ‘Geld, internationale economische betrekkingen en
bedrijfsomgeving’ van Wim Hulleman en Ad Marijs’. Deze samenvatting is dan ook volledig daarop gebaseerd.

,3.1
Globalisering = de steeds verdergaande integratie van de economie van de diverse landen in de
wereld door toenemende handels-,kapitaal- en arbeidsstromen.

Globalisering speelt zich vooral af in 3 regio’s, die bestaan uit een aantal nauw verbonden landen. In
Azië rondom de economische supermacht Japan zijn economieën met hoge economische groei
(= newly industrialising country’s NIC) ontstaan. Dit zijn economieën met groot en goedkoop
arbeidspotentieel dat met hulp v Japans kapitaal in staat is de wereld te bedienen met kwalitatief
hoogstaande consumentenproducten zoals consumentenelektronica.

Europa kenmerkt zich door steeds verdere integratie vd verschillende landen = grootste markt ter
wereld betreft bevolking + nauw aansluitende consumentenvoorkeuren.

NAFTA: north american free trade agreement = vrijhandelsgebied tussen Canada, vs, Mexico
 Overeenkomsten: hoog technisch potentieel met moderne kapitaalgoederenvoorraad,
hoogopgeleide beroepsbevolking en groot = laaggeschoold arbeidspotentieel

Globalisering gaat gelijk met verschijnselen die de stabiliteit vd groei in landen bedreigt:
- Liberalisering vd kapitaalstromen biedt mogelijkheid voor internationale beleggers om hun
kapitaal snel terug te trekken uit landen waarvan de risico’s oplopen -> wisselkoers zal instorten,
werkgelegenheid teruglopen en groei dalen -> nog meer kapitaal verlaat land
- Internationale arbeidsmigratie is itt kapitaal aan allerlei regels verbonden, zodat de
internationale arbeidsdeling de rijke landen bevoordeelt -> geeft druk op grenzen vd rijke landen
(armen willen het beloofde land binnentrekken)
- Milieugevolgen -> productie zorgt voor steeds schaarser worden bronnen
- Inkomensverdeling wordt schever in rijke landen doordat laaggeschoold arbeid minder goed kan
concurreren m lagelonenlanden/doordat technische ontwikkeling verdwijnt
- Toename ouderen/personen die niet kunnen werken zorgt voor uithollen sociale systemen in de
rijke landen.

Factorvoordelen = kostenvoordelen bij de 3 productiefactoren

3.2 handelsstromen en directe investeringen

Wereldgoederenhandel
Triadisering: driedeling vd wereld in noord-amerika, west-europa en Azië
Intrahandel/binnenhandel: handel tussen de landen onderling
Interhandel/buitenhandel: handel tussen de blokken

Directe investering = als een onderneming eigendomsrechten verwerft in een buitenlandse
onderneming m doel zeggenschap uit te oefenen, spreekt men v directe investering
Multinationale onderneming = onderneming m productievestigingen in buitenland

Verschillende redenen om productie naar een ander land te verplaatsen:
1. zeggenschap over productiefactoren
2. kennis vd markten

Oorzaken v directe investeringen -> 2 groepen: kostenfactoren en marktfactoren:
1. lagere lonen -> men gaat vaak op zoek naar lagelonenlanden: rekening houden m verschillen in
arbeidsproductiviteit: loon per werknemer is niet belangrijk, maar het loon per eenheid product

, 2. beheersen grondstoffen -> beschikbaarheid en kwaliteit
3. transportkosten
4. voeling m markt -> in de buurt vd markt produceren

3.3 handelstheorieën

Oorzaken kostenverschillen
1. verschil in prijzen vd productiefactoren
2. verschil in arbeidsproductiviteit

Prijsverschillen v productiefactoren: heckscher en ohlin theorie
- Landen m overvloed aan arbeid tov kapitaal zijn lonen laag in vergelijking m rente
 Zullen zich toeleggen op productie v arbeidsintensieve producten en deze exporteren -> arbeid
zal schaarser worden -> lonen stijgen
- Landen m overvloed aan kapitaal hebben dit omgekeerd

Productlevencyclus -> verklaart de internationale handel en de investeringsstromen uit de
verschillende fasen die een product doorloopt

1. introductiefase
- kennisintensief
- nog niet afgestemd op massaproductie, meestal ervaren als luxeproduct + voor rijkere, hoge
inkomenselastisticiteit
- +/- monopolie -> vaak start-ups, net ontwikkeld, nog geen tijd voor concurrentie, proberen
patenten te krijgen

2. groeifase
- concurrenten komen
- markt groeit, fabrikant wil vestigingsplaatsen uitbreiden
- directe investeringsstroom komt op gang voor positie in andere landen, nog van belang om dicht bij
afnemers te produceren (om snel aan behoeften te kunnen voldoen -> aan plaatselijke voorkeuren
voldoen)
- nog steeds luxe
- productie door vele varianten nog steeds kennisintensief, maar ontwikkeling focust op verbeteren
kwaliteit + daling kosten = onderzoek gericht op procestechnologie -> steeds minder geschoold
arbeid

3. rijpheidsfase
- productie in alle werelddelen
- kapitaalintensiteit productie is zo hoog dat kosten op laag niveau zijn
- nieuwe markten zoeken -> bedrijven moeten kosten verlagen -> gaan ook vestigen in minder
ontwikkelde landen
- lagere inkomensgroepen en consumenten uit ontwikkelingslanden kunnen het kopen
- max afzet bereikt en bestaat alleen nog uit vervangingsvraag -> totale vraag groeit nauwelijks
- concurrent niet meer afhankelijk v kwaliteitsimago maar meer door prijs. Hoe meer prijsdruk
toeneemt, hoe minder aanbieders -> productie blijft bij een aantal ondernemingen = oligopolie
- Vermindering aantal locaties -> handelsstroom naar landen waar geen productie is = groei
internationale handel. Kennis speelt geen rol meer -> zal meer gezocht worden naar lagelonenlanden
en locaties met duurdere arbeidskrachten worden opgeheven

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
businessstudieszuyd Hogeschool Zuyd
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
46
Member since
6 year
Number of followers
36
Documents
0
Last sold
2 months ago

3.8

5 reviews

5
0
4
4
3
1
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions