100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Bedrijfsfinanciering Samenvatting - TEW & Handelsingenieur - 20/20 eerste zit

Rating
4.6
(21)
Sold
141
Pages
58
Uploaded on
22-08-2021
Written in
2020/2021

Deze samenvatting omvat alle leerstof uit de lessen Bedrijfsfinanciering (Befi), gegeven aan de tweedejaars studenten Handelsingenieur en Toegepaste Economische Wetenschappen (TEW) door Cynthia Van Hulle en Luc Keuleneer. Ik scoorde met deze samenvatting een 20/20 in mijn eerste zit. Deze samenvatting is gebaseerd op notities uit de lessen, aangevuld met de powerpoints en de cursus "Bedrijfsfinanciering" door Cynthia Van Hulle.

Show more Read less
Institution
Course













Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
August 22, 2021
Number of pages
58
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

BEDRIJFSFINANCIERING‌ ‌
Simon‌‌Kuhn‌‌ ‌

HOOFDSTUK‌‌1.‌‌NETTO‌‌ACTUELE‌‌WAARDE‌‌EVALUATIEMETHODE‌ ‌
1.1‌‌NETTO‌‌ACTUELE‌‌WAARDE‌‌(NAW)‌ ‌

De‌N‌ etto‌‌Actuele‌‌Waarde‌‌(NAW)‌‌‌is‌‌een‌‌zuiver‌f‌ inanciële‌‌‌waarderingsmethode‌‌die‌‌enkel‌‌kijkt‌‌naar‌‌de‌‌
waardecreatie‌‌‌van‌‌een‌‌project.‌‌ ‌
→‌‌moet‌‌best‌‌gecomplementeerd‌‌worden‌‌met‌‌niet-financiële‌‌investeringsanalyses‌‌om‌‌zaken‌‌als‌ ‌
‌naamsbekendheid,‌‌innovatievermogen,...‌‌te‌‌evalueren‌ ‌


→‌‌N AW = actuele waarde van toekomstige "cash" initiële investering ‌

- indien‌‌NAW‌‌>‌‌0‌‌ ‌‌waardecreatie‌‌en‌‌dus‌‌een‌‌gunstige‌‌investering‌ ‌

- indien‌‌NAW‌‌<‌‌0‌‌ ‌‌waardevernietiging‌‌en‌‌dus‌‌een‌‌ongunstige‌‌investering‌ ‌


1.2‌‌WINST‌‌VS.‌‌FREE‌‌CASH‌‌FLOW‌ ‌

WINST‌ ‌
De‌‌boekhouding‌‌brengt‌‌de‌w ‌ el‌‌w
‌ inst‌,‌‌maar‌g
‌ een‌‌k
‌ asbewegingen‌‌‌in‌‌kaart.‌ ‌
→‌‌winst‌‌is‌‌een‌‌goede‌‌indicator‌‌voor‌‌de‌‌uitkering‌‌aan‌‌de‌‌aandeelhouders‌‌ ‌
‌en‌‌is‌‌afhankelijk‌‌van‌‌boekhoudkundige‌‌conventies‌‌(winstmanagement‌‌door‌‌activatie,‌‌terugname,...)‌ ‌
→‌m‌ aar‌‌‌winst‌‌is‌‌dus‌‌een‌‌slecht‌‌criterium‌‌om‌‌investeringsprojecten‌‌te‌‌analyseren‌‌gezien‌‌we‌‌een‌‌idee‌ ‌
‌willen‌‌krijgen‌‌van‌‌het‌‌geld‌‌dat‌‌een‌‌investering‌‌in‌‌het‌‌laatje‌‌brengt.‌‌ ‌

Enkele‌‌problemen:‌ ‌
- de‌‌aankoop‌‌van‌‌activa‌‌brengt‌‌een‌‌grote‌‌kasbeweging‌‌met‌‌zich‌‌mee‌‌en‌‌heeft‌‌dus‌‌een‌‌effect‌‌op‌‌
de‌‌NAW,‌‌maar‌‌heeft‌‌(naast‌‌afschrijvingen)‌g ‌ een‌‌‌effect‌‌op‌‌de‌‌winst‌ ‌
→‌‌incorrecte‌‌weergave‌‌van‌‌het‌‌beschikbare‌‌"cash"‌‌door‌‌een‌‌investering‌ ‌

- bij‌‌de‌‌verkoop‌‌van‌‌handelsgoederen‌‌wordt‌‌de‌‌winst‌‌geregistreerd‌‌op‌‌moment‌‌van‌‌facturatie,‌‌
maar‌‌we‌‌kijken‌‌enkel‌‌naar‌‌de‌‌effectieve‌‌kasbeweging‌‌bij‌‌NAW‌‌en‌‌die‌‌kan‌‌op‌‌een‌‌later‌‌moment‌‌
plaatsvinden‌‌(impact‌‌op‌‌tijdswaarde‌‌van‌‌geld)‌ ‌
→‌‌discontering‌‌nodig‌‌om‌‌een‌‌correcte‌‌weergave‌‌te‌‌krijgen‌‌van‌‌het‌‌beschikbare‌‌"cash"‌ ‌

We‌‌concluderen‌‌dus‌‌dat‌h ‌ et‌‌winstbegrip‌‌niet‌‌optimaal‌‌is‌‌bij‌‌de‌‌investeringsanalyse‌.‌ ‌

FREE‌‌CASH‌‌FLOW‌ ‌
De‌F ‌ ree‌‌Cash‌‌Flow‌‌(FCF)‌‌‌is‌‌de‌‌"cash"‌‌die‌‌de‌‌onderneming‌‌vrij‌‌ter‌‌beschikking‌‌heeft‌‌wanneer‌‌alle‌‌inflows‌‌
en‌‌outflows‌‌met‌‌betrekking‌‌tot‌‌het‌‌beschouwde‌‌project‌‌gerealiseerd‌‌zijn.‌ ‌
→‌‌we‌‌voeren‌‌correcties‌‌uit‌‌op‌‌basis‌‌van‌‌de‌‌resultatenrekening‌ ‌
→‌‌werkt‌‌over‌‌verschillende‌‌boekhoudstandaarden‌‌heen‌‌en‌‌is‌‌dus‌‌een‌b ‌ eter‌‌c
‌ riterium‌‌d
‌ an‌‌w
‌ inst‌ ‌

F CF = winst + af schrijvingen − −
(her)investeringen Δwerkkapitaal ‌
met‌‌Δwerkkapitaal = ΔBN BK = Δvoorraad + Δklantenkrediet − Δleverancierskrediet

Deze‌‌correcties‌‌worden‌‌doorgevoerd‌‌omdat:‌ ‌
- afschrijvingen‌‌geen‌‌echte‌‌kasbewegingen‌‌inhouden‌ ‌
- een‌‌deel‌‌van‌‌de‌‌"cash"‌‌daadwerkelijk‌‌naar‌‌investeringen‌‌gaat‌‌(cfr.‌‌punt‌‌1‌‌supra)‌ ‌
- een‌‌deel‌‌van‌‌de‌‌"cash"‌‌daadwerkelijk‌‌naar‌‌werkkapitaal‌‌(krediet)‌‌gaat‌‌(cfr.‌‌punt‌‌2‌‌supra)‌ ‌

BELASTINGEN‌ ‌
Omdat‌‌"winst"‌‌geboekt‌‌wordt‌‌op‌‌het‌‌moment‌‌van‌‌facturatie,‌‌is‌‌dat‌‌het‌‌moment‌‌waarop‌‌we‌‌ook‌‌
belastingen‌‌moeten‌‌betalen,‌‌zelfs‌‌al‌‌hebben‌‌we‌‌op‌‌dat‌‌moment‌‌nog‌‌geen‌‌"cash"‌‌ontvangen.‌ ‌
→‌b‌ elastingen‌‌altijd‌‌als‌‌kasbeweging‌‌boeken‌‌op‌‌moment‌‌van‌‌verkoop‌ ‌

Afschrijvingen‌‌kunnen‌‌gezien‌‌worden‌‌als‌‌een‌‌deel‌‌winst‌‌dat‌‌niet‌‌wordt‌‌belast.‌ ‌
→‌b‌ ij‌‌afschrijvingen‌‌op‌‌t‌‌=‌‌X,‌‌belastingen‌‌op‌‌winst‌‌verminderd‌‌met‌‌afschrijving‌‌heffen‌ ‌

,1.3‌‌SAMENVATTING‌

De‌‌Netto‌‌Actuele‌‌Waarde‌‌(NAW)‌‌waarderingsmethode‌‌vergelijkt‌‌de‌‌marktwaarde‌‌van‌‌de‌‌investering‌‌(I)‌‌
met‌‌de‌‌actuele‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌toekomstige‌‌FCF‌‌die‌‌uit‌‌het‌‌project‌‌voortvloeien:‌ ‌

−I
n
F CF in jaar t
N AW = ∑ (1 + r)t

t=1

- ⇒
NAW‌‌>‌‌0‌‌ ‌‌waardecreatie‌ ‌
- ⇒
NAW‌‌<‌‌0‌‌ ‌‌waardevernietiging‌
- ⇒
NAW‌‌=‌‌0‌‌ ‌‌indifferent‌ ‌

Het‌‌inschatten‌‌van‌‌de‌‌FCF‌‌is‌‌geen‌‌evidente‌‌taak.‌‌Vaak‌‌zal‌‌men‌‌de‌‌benodigde‌‌FCF‌‌berekenen‌‌om‌‌
break-even‌‌te‌‌draaien‌‌en‌‌dit‌‌evalueren‌‌in‌‌de‌‌bedrijfscontext.‌‌Als‌‌die‌‌minimumgrens‌‌nog‌‌steeds‌‌te‌‌hoog‌‌
ligt,‌‌kan‌‌men‌‌er‌‌van‌‌uit‌‌gaan‌‌dat‌‌de‌‌investering‌‌het‌‌niet‌‌waard‌‌is.‌ ‌

De‌N ‌ AW‌‌evaluaringsmethode‌‌is‌‌theoretisch‌‌superieur‌‌aan‌‌elke‌‌andere‌‌waarderingsmethode‌.‌ ‌
→‌m ‌ aar‌‌‌kan‌‌soms‌‌gecomplementeerd‌‌worden‌‌om‌‌ook‌‌niet-financiële‌‌zaken‌‌in‌‌rekening‌‌te‌‌brengen‌ ‌

De‌‌formule‌‌voor‌‌het‌‌werkkapitaal‌‌(gebruikt‌‌om‌‌de‌‌FCF‌‌af‌‌te‌‌leiden),‌‌kan‌‌ook‌‌uitgebreid‌‌worden:‌ ‌
Δwerkkapitaal = Δvoorraad + Δklantenkrediet − Δleverancierskrediet (blijft‌‌de‌c
‌ ore‌)‌ ‌
+ overlopende rekeningen (ACT IEF ) − overlopende rekeningen (P ASSIEF ) ‌
-‌‌uitgestelde belastingen en waarborgen daarop − uitgestelde RSZ en lonen ‌

Belangrijk‌‌is‌‌ook‌‌om‌e ‌ nkel‌‌‌het‌‌project‌‌te‌‌waarderen:‌‌bestaande‌‌winsten,‌‌kosten,...‌‌moeten‌‌niet‌‌
betrokken‌‌worden‌‌in‌‌het‌‌eindresultaat.‌M ‌ en‌‌bekijkt‌‌dus‌‌enkel‌‌de‌‌incrementele‌‌cash‌‌flows‌.‌‌ ‌


HOOFDSTUK‌‌2.‌‌ANDERE‌‌METHODEN‌‌VAN‌‌INVESTERINGSEVALUATIE‌ ‌

Er‌‌zijn‌‌vele‌‌alternatieven‌‌voor‌‌de‌‌NAW-evaluatiemethode:‌ ‌
→‌‌allemaal‌‌zijn‌‌ze‌z‌ uiver‌‌financieel‌‌‌(geen‌‌belang‌‌aan‌‌sentiment,‌‌innovatievermogen,...)‌ ‌
→‌m ‌ aar‌‌‌ze‌‌zijn‌‌allemaal‌‌inferieur‌‌aan‌‌de‌‌NAW:‌‌als‌‌de‌‌methode‌‌een‌‌ander‌‌signaal‌‌zendt‌‌dan‌‌de‌‌NAW,‌‌ ‌
‌houden‌‌we‌‌enkel‌‌rekening‌‌met‌‌de‌‌NAW.‌‌ ‌

Waarom‌‌zouden‌‌we‌‌dan‌‌überhaupt‌‌kijken‌‌naar‌‌andere‌‌methoden?‌ ‌
⇒ ‌‌vaak‌‌zijn‌‌de‌‌andere‌‌methoden‌‌sneller‌‌en‌‌gemakkelijker‌‌te‌‌berekenen.‌ ‌

2.1‌‌METHODEN‌‌VOOR‌‌INVESTERINGSEVALUATIE‌‌ ‌

ACCOUNTING‌‌RATE‌‌OF‌‌RETURN‌‌(A ‌ RR‌)‌ ‌
Bij‌‌de‌‌gemiddelde‌‌boekhoudkundige‌‌opbrengstvoet‌‌(ARR)‌‌berekenen‌‌we‌‌de‌‌verhouding‌‌tussen‌‌de‌‌
gemiddelde‌‌jaarlijkse‌‌winst‌‌na‌‌belastingen‌‌en‌‌de‌‌gemiddelde‌‌investering‌‌in‌‌het‌‌project:‌ ‌
Gemiddelde N ettowinst
ARR = Gemiddelde Investering ‌
→‌‌bij‌l‌ineaire‌‌‌afschrijvingen:‌‌g emiddelde investering = I nvestering / 2 ‌

Maar‌‌wat‌‌betekent‌‌dit?‌G ‌ een‌‌idee!‌ ‌
⇒ ‌‌men‌‌doet‌‌hier‌‌beroep‌‌op‌‌boekhoudkundig‌‌kengetallen‌‌die‌n ‌ iet‌‌‌representeren‌‌wat‌‌de‌‌investering‌‌
daadwerkelijk‌‌opbrengt.‌‌Daarvoor‌‌moeten‌‌we‌‌gebruik‌‌maken‌‌van‌‌FCF.‌‌ ‌

Beslissingsregel‌ ‌

- indien‌‌ARR‌‌>‌‌minimum‌‌vereist‌‌rendement‌‌ ‌‌aanvaarden‌ ‌

- indien‌‌ARR‌‌<‌‌minimum‌‌vereist‌‌rendement‌‌ ‌‌verwerpen‌ ‌

Het‌‌minimum‌‌vereist‌‌rendement‌‌is‌‌gelijk‌‌aan‌‌de‌k ‌ apitaalkost‌,‌‌die‌‌kan‌‌men‌‌vinden‌‌via‌‌bijvoorbeeld‌‌het‌‌
CAPM-model‌‌(cfr.‌‌infra)‌ ‌




,Evaluatie‌ ‌
+ De‌‌ARR‌‌is‌‌zeer‌e ‌ envoudig‌‌‌te‌‌berekenen‌ ‌

- De‌‌ARR‌‌gebruikt‌b ‌ oekhoudkundige‌‌winst‌‌‌i.p.v.‌‌cash‌‌flows,‌‌dit‌‌is‌‌niet‌‌zinvol‌ ‌
- Biedt‌‌‌geen‌‌verklaring‌‌over‌‌het‌‌minimum‌‌vereist‌‌rendement‌,‌‌hoe‌‌wordt‌‌dat‌‌bepaald?‌ ‌
- Er‌‌is‌g ‌ een‌‌actualisatie‌,‌‌men‌‌houdt‌‌geen‌‌rekening‌‌met‌‌de‌‌tijdswaarde‌‌van‌‌het‌‌geld‌ ‌


PAYBACK‌‌METHODE‌ ‌
De‌‌Payback‌‌Methode‌‌maakt‌‌gebruik‌‌van‌v ‌ rije‌‌cashflows‌‌‌en‌‌geeft‌‌het‌a‌ antal‌‌jaren‌w ‌ aar‌‌dat‌‌nodig‌‌is‌‌om‌‌
de‌‌initiële‌‌investeringsuitgave‌‌te‌‌recupereren:‌ ‌
Initiële Investering
aantal jaren = F CF per jaar ‌

Het‌‌kan‌‌uiteraard‌‌zijn‌‌dat‌‌de‌‌FCF‌‌per‌‌jaar‌n ‌ iet‌‌‌constant‌‌zijn:‌‌dan‌‌moet‌‌men‌‌een‌‌afschatting‌‌maken‌‌van‌‌
de‌g‌ ecumuleerde‌‌F ‌ CF‌‌‌op‌‌bv.‌‌maandbasis‌‌om‌‌te‌‌zien‌‌wanneer‌‌de‌‌totale‌‌som‌‌van‌‌de‌‌investering‌‌is‌‌
terugbetaald‌‌(zie‌‌p.‌‌32‌‌linkerkant‌‌voor‌‌voorbeeld).‌ ‌

Beslissingsregel‌‌ ‌
- indien‌‌de‌‌terugbetalingstermijn‌‌<‌‌aanvaardbare‌‌maximumtermijn‌‌ ‌‌aanvaarden‌ ‌ ⇒
- indien‌‌de‌‌terugbetalingstermijn‌‌>‌‌aanvaardbare‌‌maximumtermijn‌‌ ‌‌verwerpen‌ ‌ ⇒

De‌‌aanvaardbare‌‌maximumtermijn‌‌hangt‌‌af‌‌van‌‌het‌‌risicoprofiel‌‌van‌‌de‌‌investeerder,‌‌de‌‌standaard‌‌in‌‌de‌‌
industrie,...‌ ‌

Evaluatie‌‌ ‌
+ De‌‌Payback‌‌Methode‌‌is‌e ‌ envoudig‌‌‌toepasbaar.‌‌ ‌
+ Maakt‌‌gebruik‌‌van‌F ‌ CF‌,‌‌dus‌‌meer‌‌realistisch‌‌beeld‌‌van‌‌opbrengsten.‌ ‌

- Aanvaardbare‌‌maximumtermijn‌‌wordt‌‌arbitrair‌‌vastgelegd‌,‌‌niet‌‌verklaard‌‌hoe‌‌men‌‌die‌‌kiest.‌ ‌
- Er‌‌wordt‌g ‌ een‌‌rekening‌‌gehouden‌‌met‌‌de‌‌tijdswaarde‌‌van‌‌geld‌.‌ ‌
- Men‌‌verwaarloost‌‌de‌‌FCF‌‌die‌n ‌ a‌‌‌de‌‌terugbetaling‌‌komen.‌ ‌
- Geen‌‌oog‌‌voor‌‌waardecreatie‌ ‌

PROFITABILITY‌‌INDEX‌‌(P ‌ I‌)‌ ‌
De‌‌Profitability‌‌Index‌‌geeft‌‌de‌‌verhouding‌‌van‌‌de‌‌actuele‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌FCF‌‌met‌‌het‌‌initiële‌‌
investeringsbedrag‌‌weer.‌D ‌ e‌‌methode‌‌bepaalt‌‌hoeveel‌‌maal‌‌de‌‌actuele‌‌waarde‌‌de‌‌investering‌‌overtreft‌:‌ ‌
F CF

(1 + r)t
PI = I ‌

Beslissingsregel‌‌ ‌
⇒ ⇒
- indien‌‌PI‌‌>‌‌1‌‌ ‌‌NAW‌‌>‌‌0‌ ‌ ‌‌aanvaarden‌ ‌
⇒ ⇒
- indien‌‌PI‌‌<‌‌1‌‌ ‌‌NAW‌‌<‌‌0‌‌ ‌‌verwerpen‌ ‌

Evaluatie‌‌ ‌
+ De‌‌PI‌‌maakt‌‌gebruik‌‌van‌F ‌ CF‌,‌‌geeft‌‌zo‌‌dus‌‌een‌‌meer‌‌realistische‌‌voorstelling‌ ‌
+ Men‌‌houdt‌‌rekening‌‌met‌‌de‌t‌ijdswaarde‌‌‌van‌‌geld‌‌gezien‌‌men‌‌hier‌‌ook‌‌actualiseert‌ ‌

- De‌‌grootte‌‌van‌‌het‌‌project‌‌wordt‌‌verwaarloosd:‌ ‌
→‌‌een‌‌ratio‌‌vertelt‌‌niets‌‌over‌‌de‌‌daadwerkelijke‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌NAW:‌ ‌
182 13.636
P I1 = 100 = 1, 82 ‌en‌‌P I 2 = 10.000 = 1, 36 ‌dus‌‌we‌‌"verkiezen"‌‌project‌‌1‌‌boven‌‌project‌‌2‌ ‌
maar‌‌‌N AW 1 = 82 ‌en‌‌N AW 2 = 3.636 ‌dus‌‌de‌‌enige‌‌logische‌‌beslissing‌‌is‌‌om‌‌project‌‌2‌‌te‌‌kiezen.‌ ‌

De‌‌PI‌‌houdt‌g
‌ een‌‌‌rekening‌‌met‌‌de‌‌effectieve‌‌waardecreatie‌‌van‌‌een‌‌project‌.‌ ‌






,INTERNAL‌‌RATE‌‌OF‌‌RETURN‌‌(I‌RR‌)‌ ‌
De‌‌IRR‌‌is‌‌de‌d
‌ iscount‌‌rate‌d
‌ ie‌‌de‌‌actuele‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌FCF‌‌gelijkstelt‌‌aan‌‌de‌‌initiële‌‌investering:‌ ‌

−I
n
F CF t
∑ = 0 ‌
(1 + IRR)t
t=0
met‌‌andere‌‌woorden,‌‌we‌‌zoeken‌‌een‌‌rendement‌‌(IRR)‌‌zodat‌‌de‌‌NAW‌‌=‌‌0.‌ ‌
De‌‌IRR‌‌kan‌‌bepaald‌‌worden‌‌in‌‌Excel,‌‌via‌‌de‌‌annuïteitentabel‌‌of‌‌via‌l‌ineaire‌‌interpolatie‌.‌ ‌

Wat‌‌betekent‌‌de‌‌IRR?‌‌ ‌
Wel,‌‌we‌‌zoeken‌‌feitelijk‌‌het‌‌rendement‌‌op‌‌de‌‌initiële‌‌investering‌‌om,‌‌gegeven‌‌de‌‌voorspelde‌‌FCF,‌‌
break-even‌‌te‌‌draaien.‌‌In‌‌de‌‌evaluatie‌‌kunnen‌‌we‌‌dan‌‌afwegen‌‌of‌‌dit‌‌rendement‌‌haalbaar‌‌is‌‌of‌‌niet.‌‌ ‌

Beslissingsregel‌‌ ‌
We‌‌vergelijken‌‌de‌‌IRR‌‌het‌‌met‌‌minimaal‌‌geëiste‌‌rendement:‌ ‌

- indien‌‌IRR‌‌>‌‌minimaal‌‌geëiste‌‌rendement‌‌ ‌‌aanvaarden‌ ‌

- indien‌‌IRR‌‌<‌‌minimaal‌‌geëiste‌‌rendement‌‌ ‌‌verwerpen‌ ‌

Evaluatie‌‌ ‌
+ Eenvoudige‌‌manier‌‌om‌‌projecten‌‌te‌‌rangschikken‌‌volgens‌‌hun‌‌interne‌‌rendement‌ ‌
+ Maakt‌‌gebruik‌‌van‌‌FCF‌ ‌
+ Houdt‌‌rekening‌‌met‌‌de‌‌tijdswaarde‌‌van‌‌geld‌ ‌

- IRR‌‌negeert‌‌de‌‌grootte‌‌van‌‌de‌‌investering‌ ‌
- IRR‌‌is‌‌ongevoelig‌‌voor‌‌het‌‌wisselen‌‌van‌‌de‌‌tekens‌‌van‌‌de‌‌FCF‌ ‌
- IRR‌‌biedt‌‌niet‌‌altijd‌‌een‌‌unieke‌‌oplossing‌ ‌
- IRR‌‌bevoordeelt‌‌de‌‌korte‌‌termijn‌ ‌
- IRR‌‌gaat‌‌ervan‌‌uit‌‌dat‌‌vrijgekomen‌‌fondsen‌‌herbelegd‌‌kunnen‌‌worden‌‌aan‌‌de‌‌IRR‌‌zelf‌ ‌

De‌‌IRR‌‌wordt‌‌toch‌‌veel‌‌gebruikt‌‌in‌‌de‌‌praktijk.‌‌Het‌‌is‌‌daarom‌‌belangrijk‌‌om‌‌eens‌‌dieper‌‌in‌‌te‌‌gaan‌‌op‌‌de‌‌
belangrijke‌‌verschillen‌‌met‌‌NAW.‌ ‌


2.2‌‌NAW‌‌vs.‌‌IRR‌ ‌

IRR‌‌NEGEERT‌‌DE‌‌GROOTTE‌‌VAN‌‌DE‌‌INVESTERING‌ ‌
Het‌‌interne‌‌rendement‌‌maakt‌‌een‌‌abstractie‌‌van‌‌de‌‌initiële‌‌investering‌‌en‌‌de‌‌ontvangen‌‌FCF.‌‌ ‌
We‌‌moeten‌a ‌ ltijd‌‌‌gebruik‌‌maken‌‌van‌‌de‌‌NAW‌‌indien‌‌we‌n ‌ iet‌‌‌dezelfde‌‌kostprijs‌‌hebben‌.‌ ‌

Omdat‌‌de‌‌IRR‌‌ons‌‌een‌‌vertekend‌‌beeld‌‌geeft,‌‌zeggen‌‌we‌‌dat‌‌NAW‌‌superieur‌‌is‌‌t.o.v.‌‌IRR.‌ ‌

IRR‌‌IS‌‌ONGEVOELIG‌‌VOOR‌‌HET‌‌WISSELEN‌‌VAN‌‌DE‌‌TEKENS‌‌VAN‌‌DE‌‌FCF‌‌ ‌
Aangezien‌‌IRR‌‌er‌‌enkel‌‌voor‌‌zorgt‌‌dat‌‌de‌‌actuele‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌FCF‌‌gelijk‌‌is‌‌aan‌‌de‌‌initiële‌‌investering,‌‌
houdt‌‌het‌‌feitelijk‌‌geen‌‌rekening‌‌met‌‌de‌‌tekens.‌ ‌
→‌‌2‌‌projecten‌‌kunnen‌‌dezelfde‌‌IRR‌‌hebben‌‌(en‌‌dus‌‌gelijkwaardig‌‌geëvalueerd‌‌worden)‌ ‌
→‌m ‌ aar‌‌‌hun‌‌NAW's‌‌kunnen‌‌tegengesteld‌‌in‌‌teken‌‌zijn‌‌(en‌‌we‌‌kiezen‌‌nooit‌‌voor‌‌een‌‌NAW‌‌<‌‌0)‌
⇒ ‌w
‌ e‌‌moeten‌a ‌ ltijd‌‌‌gebruik‌‌maken‌‌van‌‌de‌‌NAW‌‌indien‌‌de‌‌tekens‌‌van‌‌de‌‌FCF‌‌veranderen‌.‌ ‌

Omdat‌‌de‌‌IRR‌‌ons‌‌een‌‌vertekend‌‌beeld‌‌geeft,‌‌zeggen‌‌we‌‌dat‌‌de‌‌NAW‌‌superieur‌‌is‌‌t.o.v.‌‌IRR.‌ ‌

IRR‌‌BIEDT‌‌NIET‌‌ALTIJD‌‌EEN‌‌UNIEKE‌‌OPLOSSING‌‌ ‌
Indien‌‌de‌‌FCF‌‌van‌‌teken‌‌veranderen‌‌over‌‌de‌‌tijd‌‌heen,‌‌zullen‌‌er‌‌meerdere‌‌oplossingen‌‌zijn‌‌voor‌‌de‌‌IRR.‌ ‌
→‌‌wiskundig‌‌gezien:‌‌er‌‌zijn‌‌evenveel‌‌oplossingen‌‌als‌‌er‌‌tekenwissels‌‌zijn‌‌ ‌

Een‌‌positieve‌‌FCF‌‌impliceert‌‌een‌b ‌ elegging‌‌‌→‌‌we‌‌ontvangen‌‌een‌‌geldsom‌‌met‌‌rendement‌ ‌
Een‌‌negatieve‌‌FCF‌‌impliceert‌‌een‌o ‌ ntlening‌‌‌→‌‌we‌‌betalen‌‌een‌‌geldsom‌‌terug‌‌met‌‌interest‌ ‌

Een‌‌hogere‌‌IRR‌‌(bv.‌‌400%)‌‌impliceert‌‌een‌‌belegging,‌‌want‌‌400%‌‌is‌‌onmogelijk‌‌op‌‌een‌‌lening‌‌bv.‌‌ ‌
Een‌‌lagere‌‌IRR‌‌(bv.‌‌25%)‌‌impliceert‌‌een‌‌ontlening,‌‌want‌‌25%‌‌is‌‌een‌‌realistische‌‌aanname‌‌als‌‌interest‌‌bv.‌ ‌



,Het‌‌probleem‌‌met‌‌geen‌‌unieke‌‌oplossing‌‌hebben‌‌is‌‌dat‌‌het‌‌niet‌‌duidelijk‌‌is‌‌of‌‌beleggen‌‌of‌‌ontlenen‌‌
primeert‌.‌‌Bij‌‌een‌‌IRR‌‌van‌‌400%‌‌zouden‌‌we‌‌zeggen‌‌dat‌‌beleggen‌‌primeert,‌‌bij‌‌25%‌‌ontlenen.‌‌Omdat‌‌we‌‌
geen‌‌eenduidige‌‌uitspraak‌‌kunnen‌‌doen‌‌over‌‌de‌‌dominante‌‌IRR,‌‌weten‌‌we‌‌ook‌‌niet‌‌met‌‌zekerheid‌‌wat‌‌
de‌‌redenering‌‌is‌‌achter‌‌het‌‌investeringsproject.‌‌ ‌

We‌‌gebruiken‌‌daarom‌a ‌ ltijd‌‌‌NAW‌‌indien‌‌de‌‌FCF‌‌wisselen‌‌van‌‌teken‌.‌ ‌
Omdat‌‌de‌‌IRR‌‌ons‌‌een‌‌vertekend‌‌beeld‌‌geeft,‌‌zeggen‌‌we‌‌dus‌‌dat‌‌NAW‌‌superieur‌‌is‌‌aan‌‌IRR.‌ ‌

IRR‌‌BEVOORDEELT‌‌DE‌‌KORTE‌‌TERMIJN‌ ‌
Bij‌‌IRR‌‌gaat‌‌men‌‌latere‌‌FCF‌‌disconteren‌‌aan‌‌het‌‌interne‌‌rendement,‌‌terwijl‌‌dat‌‌eigenlijk‌‌aan‌‌de‌‌
kapitaalkost‌‌moet‌‌gebeuren.‌‌ ‌
→‌ ‌een‌‌project‌‌met‌‌vroege‌‌FCF‌‌zal‌‌een‌‌hoger‌‌IRR‌‌hebben,‌‌maar‌‌bij‌‌het‌‌berekenen‌‌van‌‌de‌‌NAW‌ ‌
‌kan‌‌het‌‌toch‌‌het‌‌slechtere‌‌project‌‌van‌‌de‌‌2‌‌zijn.‌ ‌

We‌‌merken‌‌wel‌‌op‌‌dat‌‌naarmate‌‌de‌‌kapitaalkost‌‌groter‌‌wordt,‌‌de‌‌latere‌‌FCF‌‌meer‌‌en‌‌meer‌‌worden‌‌
"afgestraft"‌‌waardoor‌‌het‌‌inderdaad‌‌kan‌‌zijn‌‌dat‌‌de‌‌IRR‌‌een‌‌juist‌‌beeld‌‌oplevert.‌ ‌
→‌m ‌ aar‌‌‌dit‌‌is‌‌niet‌‌altijd‌‌zo‌‌en‌‌vandaar‌‌berekenen‌‌we‌‌beter‌‌de‌‌NAW‌ ‌

IRR‌‌GAAT‌‌ERVAN‌‌UIT‌‌DAT‌‌FCF‌‌AAN‌‌DE‌‌IRR‌‌HERBELEGD‌‌KUNNEN‌‌WORDEN‌ ‌
De‌‌IRR‌‌is‌‌de‌‌actualisatievoet‌‌waarbij‌‌de‌‌NAW‌‌gelijk‌‌zal‌‌zijn‌‌aan‌‌0.‌‌ ‌
Men‌‌gaat‌‌er‌‌zo‌‌impliciet‌‌van‌‌uit‌‌dat‌‌de‌‌vrijgekomen‌‌fondsen‌‌uit‌‌het‌‌project‌‌ook‌‌belegd‌‌zullen‌‌worden‌‌aan‌‌
dit‌‌interne‌‌rendement,‌m ‌ aar‌‌‌dit‌‌is‌‌niet‌‌zo.‌ ‌
→‌v‌ rijgekomen‌‌fondsen‌‌kunnen‌‌hooguit‌‌belegd‌‌worden‌‌aan‌‌de‌‌kapitaalkost‌‌van‌‌het‌‌bedrijf‌ ‌


HOOFDSTUK‌‌3.‌‌TOEPASSINGEN‌‌VAN‌‌NAW‌ ‌
3.1‌‌INCREMENTELE‌‌VRIJE‌‌CASHFLOWS‌‌ ‌

Bij‌‌de‌‌investeringsanalyse‌‌van‌‌een‌‌project‌‌bekijken‌‌we‌e ‌ nkel‌‌‌het‌‌incrementele‌‌effect‌‌van‌‌de‌‌investering‌‌
op‌‌de‌‌FCF‌‌van‌‌de‌‌onderneming.‌‌Een‌i‌ncrementele‌‌FCF‌‌w ‌ ordt‌‌gedefinieerd‌‌als‌‌het‌‌verschil‌‌tussen‌‌de‌‌
FCF‌‌van‌‌de‌‌onderneming‌m ‌ et‌‌‌en‌z‌ onder‌‌‌het‌‌project.‌ ‌

SUNK‌‌COSTS‌ ‌
Sunk‌‌costs‌‌z‌ ijn‌‌kosten‌‌die‌‌tot‌‌het‌‌verleden‌‌behoren‌‌en‌n ‌ iet‌‌‌meer‌‌teruggedraaid‌‌kunnen‌‌worden.‌ ‌
→‌‌dit‌‌zijn‌r‌ eële‌‌‌kosten,‌‌de‌‌kosten‌‌bij‌‌NAW‌‌zijn‌‌hypothetisch‌ ‌
⇒ ‌‌om‌‌die‌‌reden‌h ‌ ouden‌‌we‌‌daar‌g ‌ een‌‌‌rekening‌‌meer‌‌mee‌‌in‌‌de‌‌investeringsanalyse‌ ‌

Stel‌‌men‌‌voert‌‌een‌‌marktstudie‌‌uit‌‌om‌‌de‌‌aantrekkelijkheid‌‌van‌‌een‌‌nieuw‌‌project‌‌te‌‌bepalen‌ ‌
- kost‌‌van‌‌marktstudie‌‌indien‌‌we‌‌het‌‌project‌w ‌ el‌‌‌uitvoeren‌‌ →‌‌100‌ ‌
- kost‌‌van‌‌marktstudie‌‌indien‌‌we‌‌het‌‌project‌‌toch‌n ‌ iet‌‌‌uitvoeren‌‌ →‌‌100‌ ‌
Of‌‌men‌‌het‌‌project‌‌nu‌‌uitvoert‌‌of‌‌niet,‌‌de‌‌kost‌‌blijft‌‌onveranderd‌‌en‌‌is‌‌niet‌‌recupereerbaar.‌ ‌
Dit‌‌is‌‌een‌‌sunk‌‌cost,‌‌niet‌‌incrementeel‌‌en‌‌moet‌‌dus‌‌niet‌‌in‌‌rekening‌‌worden‌‌gebracht.‌ ‌

Indien,‌‌echter,‌‌de‌‌marktstudie‌k‌ an‌‌‌uitgevoerd‌‌worden‌‌als‌‌deel‌‌van‌‌het‌‌project‌‌(en‌‌dus‌‌nog‌‌een‌‌
hypothetische‌‌kost‌‌is),‌‌dan‌‌kunnen‌‌we‌‌dat‌‌wel‌‌in‌‌de‌‌investeringsanalyse‌‌meenemen.‌ ‌

OPPORTUNITEITSKOSTEN‌ ‌
Opportuniteitskosten‌‌o ‌ ntstaan‌‌wanneer‌‌een‌‌onderneming‌‌middelen‌‌voor‌‌een‌‌nieuw‌‌project‌‌gebruikt,‌‌
waardoor‌‌ze‌‌hun‌‌alternatieve‌‌gebruik‌‌verliezen.‌ ‌
→‌‌niet‌‌noodzakelijk‌‌een‌‌kasbeweging,‌‌maar‌‌kost‌‌kan‌‌wel‌‌zo‌‌ervaart‌‌worden‌ ‌
⇒ ‌d‌ e‌‌verloren‌‌opbrengsten‌‌van‌‌een‌‌ander‌‌project‌‌moeten‌w ‌ el‌‌‌in‌‌rekening‌‌worden‌‌gebracht‌‌bij‌‌analyse‌ ‌

KOSTENDALING‌‌ALS‌‌CASH‌I‌N‌FLOW‌ ‌
Sommige‌‌investeringen‌‌resulteren‌‌niet‌‌noodzakelijk‌‌in‌‌incrementele‌‌inkomsten,‌‌maar‌‌wel‌‌in‌‌
kostendalingen.‌ ‌
→‌‌bv.‌‌optimalisatie‌‌van‌‌productieprocessen,‌‌efficiënter‌‌maken‌‌van‌‌management‌ ‌
→‌k‌ ostendalingen‌‌moeten‌‌als‌‌positieve‌‌cash‌i‌n‌flow‌‌worden‌‌gezien‌‌bij‌‌de‌‌investeringsanalyse‌ ‌



, NEVENEFFECTEN‌ ‌
Een‌‌bepaald‌‌investeringsproject‌‌kan,‌‌direct‌‌of‌‌indirect,‌‌een‌‌invloed‌‌hebben‌‌op‌‌verschillende‌‌afdelingen‌‌
binnen‌‌1‌‌onderneming.‌ ‌
⇒ ‌d
‌ ie‌‌indirecte‌‌kosten‌‌/‌‌opbrengsten‌‌moeten‌‌ook‌‌in‌‌rekening‌‌gebracht‌‌worden‌‌bij‌‌de‌‌analyse‌ ‌
w
‌ ant‌‌‌het‌‌is‌‌écht‌‌belangrijk‌‌de‌v
‌ oor‌‌‌en‌n‌ a‌‌‌situatie‌‌te‌‌vergelijken‌‌met‌‌elkaar‌‌als‌‌gevolg‌‌van‌‌het‌‌project‌ ‌

WIJZIGING‌‌VAN‌‌HET‌‌WERKKAPITAAL‌
Investeringsprojecten‌‌zullen‌‌naast‌‌het‌‌initiële‌‌investeringsbedrag‌‌vaak‌‌ook‌‌een‌‌investering‌‌in‌‌
werkkapitaal‌‌vereisen‌‌(extra‌‌voorraden,‌‌meer‌‌klantenkredieten).‌ ‌
a. Bijkomend‌‌werkkapitaal‌‌→‌c‌ ash‌o ‌ ut‌flow‌ ‌
aangezien‌‌er‌‌beslag‌‌wordt‌‌gelegd‌‌op‌‌de‌‌fondsen‌‌van‌‌de‌‌onderneming‌ ‌

b. Vrijgekomen‌‌werkkapitaal‌‌→‌c‌ ash‌i‌n‌flow‌ ‌
aangezien‌‌de‌‌fondsen‌‌vanaf‌‌dan‌‌terug‌‌beschikbaar‌‌zijn‌‌voor‌‌de‌‌onderneming‌ ‌

Maar‌‌dit‌‌is‌‌gewoonweg‌‌af‌‌te‌‌leiden‌‌uit‌‌de‌‌formule‌‌voor‌‌FCF.‌‌Let‌‌op:‌‌niet‌‌geïndexeerd‌‌dus‌‌de‌‌NAW‌‌zal‌‌
altijd‌‌lager‌‌liggen‌‌indien‌‌we‌‌NWC‌‌terugverdienen‌‌in‌‌een‌‌later‌‌jaar‌‌wegens‌‌tijdswaarde‌‌van‌‌geld.‌ ‌

INCREMENTELE‌‌CASHFLOW‌‌NA‌‌BELASTINGEN‌ ‌
Belastingen‌‌vormen‌‌een‌c‌ ash‌o ‌ ut‌flow‌‌‌en‌‌daarmee‌‌moet‌‌dus‌‌rekening‌‌gehouden‌‌worden‌‌bij‌‌het‌‌boeken‌‌
van‌‌de‌‌incrementele‌‌cashflows.‌‌Maar‌‌zit‌‌vervat‌‌in‌‌de‌‌formule‌‌voor‌‌FCF‌‌dus‌‌normaal‌‌geen‌‌probleem.‌ ‌


3.2‌‌AFSCHRIJVINGEN‌‌EN‌‌AFSCHRIJVINGSMETHODES‌ ‌

Alhoewel‌‌afschrijvingen‌‌op‌‌zich‌‌geen‌‌cashflow‌‌vormen,‌b ‌ eïnvloeden‌‌ze‌‌de‌‌FCF‌‌van‌‌projecten‌‌wel‌‌via‌‌
hun‌‌impact‌‌op‌‌de‌‌belastingen‌.‌‌De‌‌keuze‌‌van‌‌afschrijvingsmethode‌‌is‌‌dus‌‌wel‌‌relevant‌‌voor‌‌de‌‌analyse.‌ ‌


Bij‌‌verschillende‌‌afschrijvingsmethodes‌‌(bv.‌‌lineair‌‌ ‌‌versneld)‌‌wordt‌‌uiteraard‌n ‌ iet‌‌meer‌‌‌afgeschreven.‌‌ ‌
→‌‌totaal‌‌bedrag‌‌aan‌‌afschrijvingen‌‌=‌‌idem‌ ‌
→‌‌totaal‌‌bedrag‌‌aan‌‌belastingen‌‌=‌‌idem‌z‌ onder‌‌inflatie‌ ‌
→‌‌totaal‌‌bedrag‌‌aan‌‌winst‌‌=‌‌idem‌z‌ onder‌‌inflatie‌ ‌
→‌‌totaal‌‌bedrag‌‌aan‌‌FCF‌‌=‌‌idem‌z‌ onder‌‌inflatie‌ ‌
Maar‌:‌h‌ et‌‌grote‌‌verschil‌‌zit‌‌in‌‌de‌‌timing,‌‌en‌‌dus‌‌het‌‌verschil‌‌in‌a
‌ ctuele‌‌w
‌ aarde‌‌‌van‌‌de‌‌FCF‌:‌ ‌
a. lineaire‌‌afschrijvingen‌ ‌
→‌‌de‌‌FCF‌‌zijn‌‌netjes‌‌verspreid‌‌over‌‌de‌‌duurtijd‌‌van‌‌de‌‌investering‌ ‌
→‌‌de‌‌belastingen‌‌worden‌‌evenwel‌‌gelijk‌‌verspreid‌‌over‌‌de‌‌tijdsduur‌ ‌
⇒ ‌‌N AW lineair < N AW versneld ‌

b. versnelde‌‌afschrijvingen‌ ‌
→‌‌door‌‌afscherming‌‌van‌‌belastingen‌‌komen‌‌de‌‌grootste‌‌FCF‌‌eerst‌ ‌
→‌‌de‌‌belastingen‌‌worden‌‌naar‌‌latere‌‌jaren‌‌uitgesteld,‌‌maar‌‌worden‌‌niet‌‌geïndexeerd‌ ‌
⇒ ‌‌N AW lineair < N AW versneld ‌

Het‌‌verschil‌‌in‌‌NAW‌‌tussen‌‌beide‌‌afschrijvingsmethodes‌‌kan‌‌dus‌‌teruggebracht‌‌worden‌‌tot‌‌het‌‌verschil‌‌
actuele‌‌waarde‌‌van‌‌de‌‌betaalde‌‌belastingen‌.‌ ‌

BELASTINGBESPARING‌ ‌

Het‌‌verschil‌‌in‌‌NAW‌‌bij‌‌een‌‌project‌‌met‌‌andere‌‌afschrijvingsmethode‌‌(lineair‌‌ ‌‌versneld)‌‌is‌‌dus‌‌te‌‌wijten‌‌
aan‌‌het‌‌verschil‌‌in‌‌AW‌‌van‌‌de‌‌betaalde‌‌belastingen:‌‌AW lineair > AW versneld ‌

We‌‌kunnen‌‌ook‌‌een‌‌concrete‌‌betekenis‌‌geven‌‌aan‌‌de‌b ‌ elastingbesparing‌‌‌per‌‌afschrijvingsmethode:‌ ‌
AW besparing = ∑
n
τc ×D t
‌met‌‌D‌‌=‌‌afschrijving‌‌in‌‌jaar‌‌t‌ ‌
(1 + r) t
t=1
Opnieuw‌‌zullen‌‌we‌‌hetzelfde‌‌verschil‌‌vinden‌‌als‌‌bij‌‌de‌‌vergelijking‌‌in‌‌NAW‌‌en‌‌AW‌‌van‌‌belastingen.‌ ‌
Uit‌‌deze‌‌analyse‌‌concluderen‌‌we‌‌dat‌‌versnelde‌‌afschrijvingen‌‌voordeliger‌‌zijn‌‌dan‌‌lineaire‌‌afschrijvingen.‌ ‌

Deze‌‌bescherming‌‌tegen‌‌fiscale‌‌heffingen‌‌noemen‌‌we‌T ‌ ax‌‌Shielding‌.‌ ‌
$9.60
Get access to the full document:
Purchased by 141 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Reviews from verified buyers

Showing 7 of 21 reviews
6 months ago

3 months ago

9 months ago

1 year ago

1 year ago

1 year ago

10 months ago

4.6

21 reviews

5
14
4
6
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
simkuhn Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2018
Member since
5 year
Number of followers
795
Documents
33
Last sold
1 week ago
Simon Kuhn\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\

4.5

292 reviews

5
184
4
87
3
9
2
3
1
9

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions