Hoorcollege 1
1. Welke afkorting is een voorbeeld van een zenuw?
a. A. coronaria
b. M. biceps
c. N. facialis
d. V. cava
2. Wat is innervatie?
a. Bloedvoorziening
b. Aansturing door een zenuw
3. Welke topografische aanduiding doelt op de rug?
a. Caudaal
b. Craniaal
c. Dorsaal
d. Ventraal
4. Waardoor worden de borst- en buikholte van elkaar gescheiden?
5. Wat is de functie van sereuze vliezen?
Hoorcollege 2
6. Welk gewricht is een bindweefselverbinding?
a. Junctura cartilaginea
b. Junctura fibrosa
c. Junctura synovialis
7. Een cavum articulare bevat synovia.
a. Juist
b. Onjuist
8. Een synoviaal gewricht kan hulpstructuren van kraakbeen omvatten.
a. Juist
b. Onjuist
V&F → week 1 → vragen → 1
, 9. Koppel het aantal assen aan de juiste gewrichten.
1-assig 🄰 zadelgewricht
2-assig 🄱 ellipsoïde
3-assig 🄲 scharniergewricht
🄳 kogelgewricht
🄴 condyloid
10. Wat is een syndesmose?
a. Junctura cartilaginea
b. Junctura fibrosa
c. Junctura synovialis
11. Welke structuur bevindt zich het dichts bij het gewricht?
a. Membrana fibrosa
b. Membrana synovialis
12. Spieren hebben een stabilisatiefunctie.
a. Juist
b. Onjuist
13. Waaruit bestaat de schoudergordel?
⬜ Clavicula
⬜ Humerus
⬜ Scapula
14. De scapula heeft een gewricht met de thoraxwand.
a. Juist
b. Onjuist
15. Wat zijn de 3 gewrichten in de schouderregio?
16. De art. sternoclavicularis is zeer beweeglijk.
a. Juist
b. Onjuist
17. De art. acromioclavicularis is zeer beweeglijk.
a. Juist
b. Onjuist
18. De art. humeri heeft een strak kapsel.
a. Juist
b. Onjuist
V&F → week 1 → vragen → 2