100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Examenbundel kunst VWO: boek, aantekeningen, begrippen (1oo pagina's)

Rating
-
Sold
-
Pages
92
Uploaded on
08-04-2021
Written in
2020/2021

100 Pagina's van het eindexamenvak: Kunst/Tekenen/KuB/Kunst Beeldend (op elke school noemen ze het anders) In deze samenvatting is het gehele dikke boek opgenomen, de aantekeningen van de lessen en de begrippen. Ook zijn er plaatjes aan de samenvatting toegevoegd om het vak optimaal te leren. Daarnaast heb ik de pagina's paginanummers gegeven zodat je goed kan onthouden waar je bent gebleven tijdens het leren. Mijn gemiddelde van dit vak was een 8, dus als je deze samenvatting goed uit je hoofd leert kan jij dit ook! De stof uit deze samenvatting is overigens van 4VWO, 5VWO en 6VWO. Studeer jij HAVO? Dan kan deze samenvatting ook relevant zijn! Kijk of de onderwerpen overeen komen op (in mijn examenjaar moest HAVO dezelfde stof leren, op een paar hoofdstukken na, die mochten ze overslaan. Ik wens je veel succes! En vergeet geen kijkje op mijn account te nemen om andere samenvattingen en verslagen te zien.

Show more Read less
Level
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Secondary school
Level
Course
School year
6

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Unknown
Uploaded on
April 8, 2021
Number of pages
92
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

Hoofdstuk 1: Oudheid tot en met de vierde eeuw
De westerse kunst, politiek & wetenschap zijn ontstaan in het Oude Griekenland.
 De Romeinen nemen er veel van over.
 Door hun veroveringen verspreidt de Grieks-Romeinse cultuur zich over grote
delen van Europa, West-Azië en Noord-Afrika.

Tragedies en komedies
Het theater als zelfstandige kunstvorm:
 Ontstaat in: Griekeland
 Wanneer? : 6e eeuw voor Christus
 Oorsprong: in godsdienstige rituelen
 Me offers aan wijngod Dionysus

Dionysus-feesten:
 Religieuze, openbare en politieke gebeurtenissen die het leven volledig stilleggen.
 Door wie? : Alle Atheense burgers
 Wat wordt er opgevoerd elke dag?: 3 tragedies (treurspelen) & een komedie
(blijspel)

Tragedie:
 Ernstig genre van een theaterspel
 Functie bij mensen: Door de tragedies leert het publiek het eigen leven beter
begrijpen en ze zien zo in dat lijden bij het leven hoort.
 Functie politiek: Door tragedie ontstaat saamhorigheid en groepsgevoel, ook verplaats
je je in verschillende democratische rollen (bijv. slaaf, vrouw, minderjarige) en het is ook
een aanleiding tot openbare discussie.
 Vertoont: Verheven personages afkomstig uit de mythologie (ze spreken plechtig)
 Personages: Mannelijke spelers, dragen mannen/vrouwen maskers
 Ook: Mannelijk koor, begeleid door fluitmuziek & statige dansen
 Staat hoog aangeschreven
 3 grote tragedieschrijvers: Aeschylus, Sophocles & Euripides

 Loop 5e eeuw voor Christus verandering van: Nadruk op mens naar nadruk op goden
 Centraal staat: onoplosbaar conflict & hoe de personages ermee omgaan

Aristoteles:
 Filosoof
 Geeft een uitvoerige analyse van de Griekse tragedie:
 Hecht belang aan ‘eenheid van tijd’ & ‘plaats van handeling’
 Alle gebeurtenissen moeten de centrale verhaallijn ondersteunen. (Geen
zijsprongen)
 Dit werd heel erg invloedrijk tijdens de renaissance en het classicisme.
 De emotie van de kijker is belangrijk -> catharsis = emoties die een louterende
werking hebben.



1

,Komedies:
 Satirisch (op een grappige manier maatschappijkritiek geven)
 Vol straattaal
 Schunnige grappen
 Referenties naar de politieke actualiteit
 Dans: Levendig/obsceen (obsceen = schokkend doordat het sterk afwijkt
van wat men op het gebied van seks normaal vindt)

Griekse theaters:
 Meestal natuurlijke ligging tegen een heuvel
 Waar speelt voorstelling af?: Op een verdiept speelvlak (de ronde
orchestra)
 Zitplaatsen: Tegen helling, rondom (iets meer dan de helft van) het orchestra
 Kleedruimte: Aan de achterkant, het scènegebouw (skènè)
 1 van de best bewaarde Griekse theaters:



Het theater van Epidaurus




 Acteurs en zangers kunnen probleemloos worden verstaan door wel
15.000 bezoekers.

Mythische muziek en godenbeelden
 Muziek heeft volgens de Griekse mythologie een goddelijke voorsprong.
 Muziek groeit pas later uit tot zelfstandige kunstvorm.

 De Griekse beeldhouwkunst heeft ook Goden als onderwerp.
 Geleidelijk worden de beelden wel steeds menselijker.
 Romeinse beelden zijn vaak gebaseerd op Griekse voorbeelden, maar
ze geven meestal keizers en generaals weer.

Griekse muziek:
 ‘Muziek’ komt van: Muzen (Griekse godinnen die kunstenaars inspireerden)

Apollo:
 Vertegenwoordigt: Evenwicht, regelmaat & de rede
 Kenmerkende muziekinstrumenten: De lier & de kithara
 Snaarinstrumenten
 Gebruikt als: Solo-instrument/ter
begeleiding van gezongen heldendichten
Dionysus:
 Vertegenwoordigt: De roes, de extase & het gevoelsmatige


2

,  Muziekinstrumenten: De aulos (blaasinstrument, schrille klank) wordt gebruikt
ter begeleiding van de lofliederen.

Pythagoras:
 Ontwikkelde wiskundige muziektheorie
 Hij ontdekt dat intervallen overeenstemmen met vaststaande getalsverhoudingen.
 Intervallen = toonafstanden
 Ontwikkelde: de monochord
 Monochord = een eensnarige instrument waarmee hij de afstanden tussen
tonen on meten.

 Als je de snaarlengte halveert, wordt een toon 1 octaaf hoger
 Consonanten = Tooncombinaties die harmonieus klinken
 Dissonant = Tooncombinaties die schrille samenklanken hebben
 Hiermee worden toonladders ontwikkeld.


Na de 5e eeuw worden muziekwedstrijden in Griekeland steeds populairder.
 Instrumentale muziek wordt zelfstandig en complexer
 Muzikanten groeien uit tot virtuozen (iemand die ergens heel goed in is)
 Ze willen het publiek imponeren

Kritiek hierop door filosofen zoals Plato & Aristoteles
 Voor de Grieken is muziek belangrijk in de opvoeding, ze geloven dat de soort muziek
die je luistert invloed heeft op de vorming van je karakter.
 Belangrijk dus, dat de jeugd alleen naar harmonieuze muziek luistert.

Romeinse muziek:
 Bestaat uit: Snaarinstrumenten, fluiten, maar ook koperen blaasinstrumenten.
 Is belangrijk bij zowel alle openbare gebeurtenissen.
 De Romeinen nemen veel van de Grieken over
 3e & 4e n.C.: Economische verval van het Romeinse Rijk
o Grootschalige muzikale uitvoeringen stoppen
 Vlak erna maakt de christelijke kerk een einde aan de Romeinse
muziekpraktijk

Klassieke beeldhouwkunst:
 Griekse beeldhouwers tonen de goden als atletisch gebouwde mensen, in ’t bezit van
eeuwige jeugd.

Beelden uit de klassieke periode:
 Hebben weloverwogen afmetingen en ze zijn terughoudend in uitdrukkingskracht.
 De beeldhouwer zoekt naar evenwicht tussen de natuurgetrouwheid en de juiste
ideale verhoudingen.
 Het gezicht blijft onpersoonlijk (wat het moeten geen bestaande personen zijn, maar
een volmaakt menstype).



3

, Beelden uit de Hellenistische periode:
 Zijn ook goden, maar realistischer en individualistischer. (Bijv. De
‘Venus van Milo’)




 De Romeinen kopiëren veelvuldig Griekse beelden.
 Vaak wordt er op zo’n kopie een portret van een Romeinse keizer
gemonteerd. (Bijv. Augustus van Prima Porta, het is een variant op het
klassieke beeld van de speerdrager).

Tempels en amfitheaters

Griekse bouwkunst
Het Parthenon
 Voorbeeld van de Griekse bouwkunst
 Stadsbeeld van Athene (centrale ligging op de Akropolis)
 Eén van de oudst overgebleven Griekse tempels
 Deze tempel is toegewijd aan de beschermgodin van Athene, ze heet Athena
 Iedere Griekse god heeft een eigen tempel
 Gebouwd in de Dorische orde

Altaar = Hier worden offers gebracht

Klassieke bouworden:
 Hoe de zuilen eruitzien, hangt af van de bouworde:
 Dorische orde = zware zuilen met eenvoudige kapitelen
 Ionische orde =
 Korinthische orde =
 Ze hebben ieder hun eigen maatvoering
 De bouworden zijn vooral herkenbaar aan de kapitelen
 De kapitelen zijn nodig om de architraaf te dragen

 Kapitel = de verbreding bovenaan de zuil
 Architraaf = de verbindingssteen tussen de zuilen
 Architraafbouw = De stapelmethode die het eenvoudige en harmonieuze
uiterlijk van de Griekse tempel bepaalt.


4

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
esmedendulk Tilburg University
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
22
Member since
4 year
Number of followers
16
Documents
23
Last sold
9 months ago
#TheMotivatedStudent

4.0

5 reviews

5
3
4
1
3
0
2
0
1
1

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions