1.1.1. Ontstaan van het heelal
• Hemellichaam = object dat van nature voorkomt in het heelal
o Planeet: Een planeet draait rond een ster en zendt geen licht uit.
o Maan: Een hemellichaam dat rond een planeet draait.
o Ster: Een Ster zendt licht uit. (bv. Zon)
Astrologie = verband tussen lot van de mens en stand van hemellichamen (geen wetenschap)
Astronomie = observatie van alle fenomenen buiten atmosfeer van de aarde (wetenschap)
Poolshoogte
à breedtegraad bepalen
à met Jacobstaf
Poolshoogte
= de hoek tussen de horizon en de poolster 69 jaar
= de hoogte van de poolster 1 jaar = 88 dagen
= noorderbreedte
In ons Zonnestelsel Buiten ons Zonnestelsel
in kilometer In astronomische eenheid (AE) in lichtjaren (lj)
Afstand Zon – planeten Afstand Zon – planeten = Afstand die het licht aflegt in 1 jaar
afstand Zon – aarde is 150 miljoen km 1 AE = 150 miljoen km met snelheid van 300 000 km/sec
𝒅
(300 000 km/s =) v = 𝒕
9e7 = 9 . 107 9e10 = 9 . 1010
1.1.2. Ontstaan van materie
1 Big Bang • Hete, kleine ophoping van energie begint plots uit te zetten = inflatie .
of oerknal • Het universum bestaat uit een hete soep van elektronen, protonen, neutronen en fotonen
(lichtdeeltjes)
2 2 minuten • Door afkoeling kunnen protonen en neutronen de eerste kernen vormen (nucleosynthese).
later • Het heelal is nog te heet om atomen te vormen. Elektronen bewegen vrij rond, botsend met
lichtdeeltjes, waardoor het heelal mistig is.
3 380 000 • Verdere afkoeling leidt tot het ontstaan vd eerste atomen, voornamelijk helium en waterstof.
jaar later • Elektronen binden zich met de atoomkernen, waardoor licht nu vrij kan bewegen en het heelal
doorzichtig wordt.
4 200 • Zwaartekracht zorgt ervoor dat helium en waterstof aaneensluiten tot gigantische gaswolken.
miljoen • Kleinere gaswolken storten ineen en vormen de eerste sterren en sterrenstelsels.
jaar later
Miljard • Expansie vh universum begint te versnellen.
jaar later
5 9 Miljard • Ontstaan Zonnestelsel. De aarde is 4,54 miljard jaar oud, en de Zon is 4,6 miljard jaar oud.
jaar later
6 10 miljard • Het eerste leven ontstaat op aarde.
jaar later
13,82 • Het universum dijt nog steeds verder uit.
miljard • Nieuwe sterren en planeten worden gevormd doordat oude sterren sterven en zware
jaren elementen de ruimte in stoten.
later (nu)
Elektromagnetische straling = energie = Fotonen = lichtdeeltjes
1. Inflatie
2. Nucleosynthese à mistig
3. Atomen worden gevormd à doorzichtig heelal
,Gravitatiekracht strekt steeds meer materie naar gebieden die een grotere dichtheid hebben. IJlere regio’s
worden daardoor nog leger
1.1.3. Structuur van het heelal
1.1.3.1. Structuur HET HEELAL – STER (Zon)
Ster
à bolvormig
à bestaat uit geïoniseerd gas of plasma
à bestaat voornamelijk uit helium en waterstof
v Kern
à 15 miljoen °C Positron = anti-deeltje van elektron
à Kernfusie of proton-protonreactie Neutrino = ongeladen deeltje
à Waterstof wordt in helium omgezet P+ à No + positron + neutrino
à Gammastralen of fotonen komen vrij Als deze kernfusie stopt begint fusie
van He naar C
v Stralingszone:
à Functie: energietransport door straling
à Kenmerk: Fotonen verliezen langzaam energie tijdens hun reis naar buiten zonder materiële
beweging
v Convectiezone:
à Functie: energietransport door hete gasbellen (plasma)
à Kenmerk: Hete plasma gaat stijgen. Fotonen verliezen energie door interactie met
elektronen (Compton-effect), à lage frequentie à zichtbaar licht
v Fotosfeer
à 6000°C
à Zonnevlekken aanwezig (koelere, donkere plaatsen)
v Chromosfeer
à enkel zichtbaar bij Zonsverduistering
à protuberansen = Extreme ontploffingen van geladen deeltjes die
Zonnewind vormen
v Corona
à Buitenste laag
à Enkel zichtbaar bij Zonsverduistering
à Superhete ijle gassen
zonnevlekken ontstaan dr magnetische veldlijnen à protuberansen (explosie van materie van Zon)à veldlijn knaptà
Zonnevlam (zichtbaar licht, röntgen + elektronen en protonen) à zonnewind ( protonen en elektronen) à poollicht
• Zonnevlekken: Ontstaan door magnetische veldlijnen
• Protuberansen: Explosies van materie die zonnewind vormen
• Zonnevlammen: Ontstaan als veldlijnen (gevangen E) knappen, resulterend in de vrijlating van zichtbaar licht,
röntgenstraling, elektronen en protonen
• Zonnewind: Bestaat uit protonen en elektronen die materie van de zon afblazen
• Poollicht: Geassocieerd met de interactie van de zonnewind met het aardmagnetisch veld
Zichtbaar
1 – 3 – 2 -4 (groot nr klein)
, 1.1.3.2. Structuur HET HEELAL – Sterrenstelsel (Melkweg)
Sterrenstelsel = verzameling van miljarden sterren, gas en donkere materie die door onderlinge aantrekkingskracht
worden samengehouden
v Soorten sterrenstelsel
à Balkspiraalstelsel: armen vertrekken vanuit balk
à Spiraalstelsel: armen vertrekken vanuit kern
à Elliptisch stelsel: geen afgelijnde spiraalarmen
Kern komen meeste sterren voor Schijf met jonge sterren
Halo bestaat uit stof, gas en bolhopen
à Bolhopen zijn oude sterren achtergebleven door een botsing met ander stelsel
¡ Melkweg
o Spiraalarmen
o 1omwenteling in 225 miljoen jaar
o Snelheid van 210 - 235 km/s
Het Andromedastelsel
à Op een afstand van 2,5 miljoen lichtjaar
à Over 4 miljard jaar zal het botsen met ons Melkwegstelsel Zwart gat in de kern
1.1.3.3. Structuur HET HEELAL – Cluster - Supercluster – Netwerk van Superclusters
Cluster = verzameling van enkele tientallen sterrenstelsel = Lokale groep
Supercluster= verzameling van enkele Clusters
Lokale supercluster = Virgosupercluster = Lokale supergroep
Netwerk van supercluster= verzameling van enkele superclusters = Grote Muur van Sloan
1.1.5. Een evoluerend heelal Grootte heelal: 93 miljard lichtjaar Veel donkere materie
(onzichtbare materie) à
Donkere materie: Materie die volgens berekeningen van kosmologen aanwezig moet zijn, Weinig donkere materie à
meer massa à meer Fz
minder massa à minder Fz
maar niet direct zichtbaar is.
Het licht wordt afgebogen door de zwaartekracht van de donkere materie. (stralen vd ster
wijken af) à aanwezigheid donkere materie
• Gesloten heelal:
o Kenmerk: Fz sterker dan de expansie.
o Toekomst: Expansie stopt, sterrenstelsels bewegen naar elkaar toe en het heelal krimpt samen (Big Crunch).
• Vlak heelal: Flat Universe
o Kenmerk: Fz en expansie zijn in balans
o Toekomst: Expansie vertraagt, maar stopt nooit. Het heelal blijft uitdijen, wat leidt tot een Big Freeze.
• Open lineair heelal:
o Kenmerk: Fz vertraagt de expansie, maar stopt deze niet.
o Toekomst: Expansie gaat door met afnemende snelheid, wat leidt tot een Big Freeze.
• Open exponentieel heelal: meest waarschijnlijk
o Kenmerk: Donkere energie overheerst, waardoor de expansie versnelt.
o Toekomst: De versnelling van de expansie neemt toe sterker door een overmaat aan donkere energie, wat
kan leiden tot een Big Rip waarin alle structuren worden vernietigd
¡ Big Crunch (gesloten heelal)
à Veel donkere materie & weinig donkere energie
à heelal krimpt weer ineen na de stop vd expansie (Strerrenstelsel bewegen terug naar elkaar door Fz)
¡ Big Freeze of Big Chill (open lineair heelal)
à Veel donkere energie & weinig donkere materie
à Het heelal blijft uitdijen, maar op een steeds lager tempo. Alles koelt af tot een koel, donkere leegte
¡ Big Rip (open exponentieel heelal)
à Hoeveelheid donkere materie < dan bij Big Chill, maar er is meer donkere energie
à De versnelling vd expansie blijft toenemen tot het heelal uit elkaar wordt gerukt.
à Versnelt uitzetting vh heelal (door overmaat aan donkere enegrie), gravitaitkracht is niet sterk genoeg
om uiteenzetting tegen te houden, uiteindelijk wordt alle materie uit elkaar getrokken.