H 5.1 VWO 2 China: bevolking en ruimte AK
China:
- Bijna 1,4 miljard inwoners.
- Erg ongelijke bevolkingsspreiding; komt door de ongunstige natuurlijke factoren in
het westen (te hoog, te koud, te droog). Meeste mensen wonen in het oosten in de
grote en dichtbevolkte steden (Peking, Shanghai, Kanton).
- Valt ruim 600 mm neerslag per jaar. Waarvan in het zuidoosten 1000 – 2000 mm,
richting noordwesten < 50 mm.
- China heeft een communistische partij; strenge regering heeft alles voor het zeggen.
Neemt maatregelen om de het aantal en spreiding van de bewoners te beïnvloeden;
bevolkingspolitiek.
A = Himalaya a = Huang He
B = Hoogland van Tibet b = Chang Jiang
C = Lössplateau c = Xi Jiang
D = Rode Bekken d = Mekong
Bevolking China:
Eenkindpolitiek; het mogen hebben van maar één kind. Ingrijpende maatregel in
1970 genomen door de Chinese regering om de bevolkingsgroei te verminderen.
Hierdoor zijn -/+ vierhonderd miljoen Chinezen minder geboren. Kortgeleden
versoepeld, op platteland mogen ouders tweede kind krijgen wanneer eerste kind
een meisje is en wanneer één v/d ouders enig kind is (geldt ook in de steden).
- Nadelen: vergrijzing van bevolking China door daling aantal kinderen en door stijging
levensverwachting van 41 naar 73 jaar in 55 jaar.
Bevolkingspreiding; regering wil het volk beter verdelen, door een baan of gratis huis
aan te bieden. Door de migratie vanuit het oosten nemen de niet-Chinezen de
Chinese gewoontes en cultuur over. China heeft drie autonome (zelfstandige)
provincies met een eigen cultuur:
, 1. Xizang (Tibet).
2. Xinjiang.
3. Nei Monggol (Binnen-Mongolië).
De vorm van een diagram geeft de kenmerken van de leeftijdsopbouw weer:
A piramidevormige diagram: belangrijkste kenmerk hoog geboortecijfer, hierdoor zijn
de staven beneden lang en door de lage levensverwachting zijn de staven boven kort.
Komt vaak voor in arme nog niet ontwikkelde landen. Hoort bij fase 1 en 2.
B granaatvormige diagram: alle bevolkingsgroepen zijn ong. even groot. Komt vaak
voor in rijke ontwikkelde landen met lage geboortecijfers. Hoort bij fase 4.
C urnvormige diagram: omvang jongste groep kleiner dan van de middengroepen.
Geboortecijfer daalt, vaak sterfteoverschot. China heeft een urnvormige diagram
door de eenkindpolitiek. Hoort bij fase 4 en 5.
Reliëf in China lijkt op drie traptreden:
1. Hoogland van Tibet; ‘het dak van de wereld’ (4500 m) landschap is vooral toendra
met permafrost; altijd bevroren ondergrond. Brongebied van alle grote rivieren in
China.
China:
- Bijna 1,4 miljard inwoners.
- Erg ongelijke bevolkingsspreiding; komt door de ongunstige natuurlijke factoren in
het westen (te hoog, te koud, te droog). Meeste mensen wonen in het oosten in de
grote en dichtbevolkte steden (Peking, Shanghai, Kanton).
- Valt ruim 600 mm neerslag per jaar. Waarvan in het zuidoosten 1000 – 2000 mm,
richting noordwesten < 50 mm.
- China heeft een communistische partij; strenge regering heeft alles voor het zeggen.
Neemt maatregelen om de het aantal en spreiding van de bewoners te beïnvloeden;
bevolkingspolitiek.
A = Himalaya a = Huang He
B = Hoogland van Tibet b = Chang Jiang
C = Lössplateau c = Xi Jiang
D = Rode Bekken d = Mekong
Bevolking China:
Eenkindpolitiek; het mogen hebben van maar één kind. Ingrijpende maatregel in
1970 genomen door de Chinese regering om de bevolkingsgroei te verminderen.
Hierdoor zijn -/+ vierhonderd miljoen Chinezen minder geboren. Kortgeleden
versoepeld, op platteland mogen ouders tweede kind krijgen wanneer eerste kind
een meisje is en wanneer één v/d ouders enig kind is (geldt ook in de steden).
- Nadelen: vergrijzing van bevolking China door daling aantal kinderen en door stijging
levensverwachting van 41 naar 73 jaar in 55 jaar.
Bevolkingspreiding; regering wil het volk beter verdelen, door een baan of gratis huis
aan te bieden. Door de migratie vanuit het oosten nemen de niet-Chinezen de
Chinese gewoontes en cultuur over. China heeft drie autonome (zelfstandige)
provincies met een eigen cultuur:
, 1. Xizang (Tibet).
2. Xinjiang.
3. Nei Monggol (Binnen-Mongolië).
De vorm van een diagram geeft de kenmerken van de leeftijdsopbouw weer:
A piramidevormige diagram: belangrijkste kenmerk hoog geboortecijfer, hierdoor zijn
de staven beneden lang en door de lage levensverwachting zijn de staven boven kort.
Komt vaak voor in arme nog niet ontwikkelde landen. Hoort bij fase 1 en 2.
B granaatvormige diagram: alle bevolkingsgroepen zijn ong. even groot. Komt vaak
voor in rijke ontwikkelde landen met lage geboortecijfers. Hoort bij fase 4.
C urnvormige diagram: omvang jongste groep kleiner dan van de middengroepen.
Geboortecijfer daalt, vaak sterfteoverschot. China heeft een urnvormige diagram
door de eenkindpolitiek. Hoort bij fase 4 en 5.
Reliëf in China lijkt op drie traptreden:
1. Hoogland van Tibet; ‘het dak van de wereld’ (4500 m) landschap is vooral toendra
met permafrost; altijd bevroren ondergrond. Brongebied van alle grote rivieren in
China.
