1.1 Waarnemingen
Gezichtspunt
Een leidend beginsel, een bepaalde belangstelling of theorie, dat selecteert uit de
veelheid van dingen om je heen wat je waarneemt
Selectieve waarneming
Het zien van allen die verschijnselen die in jouw eigen referentiekader vallen
o Iedereen leeft in dezelfde maatschappij, maar niet iedereen valt dezelfde
dingen op
1.2 Zingeving
Sociologie
De wetenschap die het samenleven van mensen binnen grotere en kleinere
verbanden empirisch bestudeert
Een manier van denken die alle activiteiten en voortbrengselen van mensen in
verband brengt met de samenleving waartoe die mensen behoren, en die al die
activiteiten en voortbrengselen ziet in hun afhankelijkheid van de samenleving
Mens en dier onderscheiden
Animal symbolicus:
Mensen kennen betekenis toe aan ervaringen, dingen en verschijnselen
o Mensen kunnen over een betekenis communiceren, waarbij dat voor de
ander een hele andere betekenis heeft
Voorstel van filosoof Cassirer (1944)
Instincten
Mensen worden ‘Mängelwesen’ genoemd, een wezen waaraan juist iets ontbreekt
(mensen bevatten bijna geen instincten)
o Bij dieren worden gedragspatronen en eventuele samenlevingsvormen door
gegeven van generatie tot generatie. Bij mensen gebeurt dit niet, waardoor
een mens alles telkens opnieuw moet leren (leerprocessen)
Doordat mensen leerprocessen hebben, is er ruimte voor verandering en vernieuwing (in de
samenleving)
Mensen hebben een zekere kennis, waarmee ze altijd dingen willen verklaren
Verder oordelen mensen altijd positief of negatief over wat zij weten en eventueel zien
gebeuren
Iedereen heeft dus een bepaald beeld van de samenleving, iedereen heeft vaak een ander
beeld