Inleiding Pedagogiek samenvatting

Pedagogisch bekwaam samenvatting tentamen

Onderwerpen tentamen
 Opvoeding
 Wat is pedagogiek?
 Vier basis dimensies van opvoeden (H1, Blz. 19)
 Pedagogische opvoedingsdoelen (H1, Blz. 20)
 3 pedagogische stromingen
 Psychologische stromingen (video + PowerPoint)
 Ontwikkelingspsychologie (Erikson, Piaget, Vygotsky)
 Relatie tussen pedagogiek en psychologie
 Opvoedingsstijlen (autoritair, autoritatief en permissief)
 KLVO beroepsprofiel pedagogisch bekwaam
 Permatheorie / welbevinden theorie (5 pijlers + evt 6 de pijler)
 Sterke kanten en relatie tussen behoefte aan waarden
 Broad and bilden theorie
 Three degrees of seperation
 Relaties, partnerrelaties en vriendschap
 Zelfdeterminatietheorie deci en ryan (abc)
 Flow, wat is het en hoe bereik je het
 Prestaties, succes
 Positieve emoties, welke zijn er en hoe zet je ze in tijdens je lessen en in jouw leven
 Termen als: pygmalion effect, self-fulfilling prophecy en self-efficacy


Boeken

Inleiding in de pedagogiek
H1 H3 H6 H7 H8 H10
1.2 – 1.3 – 1.4 – 1.6 3.6 6.6 7.2 – 7.3 – 7.4 8.2 – 8.3 10.2

Een beter leven hoe dan?
Hoofdstuk 1 t/m 7

,Opvoeding
 Alle omgang tussen kind en volwassenen (Langeveld)
 Liefde, geborgenheid en aandacht spelen daarbij een grote rol

Wat is pedagogiek?
Malschaert en Traas (2009) omschrijven pedagogiek als een wetenschap die zich bezighoudt met
opvoedend handelen, de motieven hiervoor, de methoden die hierbij horen en de effecten daarvan.

Psychologie wordt door Malschaerten en Traas aangeduid als een beschrijvende wetenschap die zich
bezighoudt met het gedrag van de mens als individu, zijn ontwikkeling, drijfveren, condities en
stoornissen.

Vier basis dimensies van opvoeden
4 dimensies
 Grenzen stellen
 Instructie
 Ondersteuning
 Controle

Grenzen stellen
- Respect voor autonomie kind
- Straffen
- Belonen
- Zelfstandigheid
- Zelfredzaamheid

Instructies geven
- Aangeven welk gedrag van het kind wordt verwacht
- Verantwoordelijkheid leren
- Het kind hulp bieden om zich te ontwikkelen

Ondersteuning
- Warmte
- Affectie
- Responsiviteit
- Betrokkenheid
- Emotionele ondersteuning / straffen en belonen
- Aandacht

Controle uitoefenen
Autoritair
- Onderdrukken negatief gedrag
- Machtsoefening
- Strikte regels

Autoritatief
- Stimuleren positief gedrag
- Uitleggen en verklaren

, Pedagogische opvoedingsdoelen
Opvoedingsdoelen
 Zelfstandigheid (individu) Het kind is in staat zelf keuzes te maken
 Zelfredzaamheid (samenleving) Het kind is in staat keuzes te maken en deze te
verantwoorden
 Zelfvertrouwen (toekomst) In staat om problemen op te lossen
3 pedagogische stromingen

Elke stroming heeft een eigen visie met daarin een kijk op kinderen en hoe je daar mee om kan gaan.
Ieder pedagogisch middel kan in zo’n stroming worden ingedeeld.

3-stromenmodel
 Geesteswetenschappelijke pedagogiek belevingswereld van hoe kinderen denken
 Empirisch-analytisch pedagogiek alles meten
 Kritisch-emancipatorische pedagogiek zorgen dat kinderen naar zichzelf kunnen kijken

De geesteswetenschappelijke pedagogiek
 Kind is actief
 Ieder kind heeft recht op ruimte om zich vanuit zijn uniciteit te ontplooien
 Belevingswereld van het kind staat centraal
 Opvoeder is als een gids voor kinderen
 Los van maatschappelijke invloeden

Geesteswetenschappelijk onderzoek
 Onderzoeken van de belevingswereld van kind en ouder
 Bijvoorbeeld met behulp van: vragenlijstjes, gesprekjes.

Empirisch analytische pedagogiek
 Bewijs is belangrijk
 Alles moet wetenschappelijk onderbouwd zijn
 Objectiviteit
 Gedrag van de mens meetbaar maken

Empirisch analytisch onderzoek
 Algemeen geldende theorieën
 Ieder mens heeft overeenkomsten
 Observeren, formuleren van hypothesen, deductie, toetsing, evaluatie

Kritisch-emancipatoire pedagogiek
 Opvoeding moet leiden tot grote mate van vrijheid en zelfstandigheid
 Kritisch kijken naar maatschappelijke verhoudingen
 Iedereen moet gelijke kansen hebben
 Wens of verlangen om iets beter te maken

Kritisch-emancipatoir onderzoek
 Kijken naar bewijs van empirisch onderzoek
 Kritisch bekijken
 Welke maatschappelijke verhoudingen spelen hierbij een rol?
 Doel: verbetering en gelijke kansen voor iedereen