100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

STAATSRECHT - VOLLEDIGE SAMENVATTING - prof: P. Popelier

Rating
-
Sold
-
Pages
144
Uploaded on
26-11-2025
Written in
2025/2026

Deze samenvatting van Staatsrecht is gebaseerd op de volledige syllabus en bevat alle belangrijke begrippen, structuren en leerstukken op een duidelijke en overzichtelijke manier. Ideaal om efficiënt te studeren en goed voorbereid je examen in te gaan. (excl. JK & discussievragen)

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
November 26, 2025
Number of pages
144
Written in
2025/2026
Type
Summary

Subjects

Content preview

STAATSRECHT
Prof: P. Popelier

Deze samenvatting van Staatsrecht is gebaseerd op de volledige syllabus en bevat alle
belangrijke begrippen, structuren en leerstukken op een duidelijke en overzichtelijke
manier. Ideaal om efficiënt te studeren en goed voorbereid je examen in te gaan.

, I. Het grondplan
HF1: Overzicht van de staatsrechtelijke principes
= verhalen die generaties lang meegaan en voortdurend gemoderniseerd worden
De kern van de principes blijft hetzelfde = bescherming van persoonlijke vrijheid
Bv:
 Grondwettelijke staat, Democratie, Rechtsstaat, Scheiding der machten, Federalisme,
Monarchie, Sociale welvaartsstaat, Duurzame staat
 Doel = legitimeren en beperken van overheidsmacht, om burgers te beschermen tegen
overheidswillekeur
 Principes staan niet allemaal uitdrukkelijk in Gw
o Wel wanneer ommekeer of niet vanzelfsprekend
o Art. 1 Gw: België is federale staat

1.1 België is een grondwettelijke staat
= een staat waarin de organisatie van de macht en de rechten van de burgers worden vastgelegd en
gewaarborgd door een Grondwet  Hoe zorgen we ervoor dat wie macht heeft die macht niet
misbruikt
1) Machtsoverdracht is aan vaste regels onderworpen
2) Verhoudingen tussen staatsmachten en de verhoudingen met de burger worden vastgelegd
in regels

 Grondwettelijke regels beperken de staatsmacht
 In sommige landen geen geschreven gw  bv: VK  algemeen geldende principes
 België: formele rechtsbronnen (art. 33, lid 2 gw) + gewone wetten of ongeschreven regels 
gewoonten of algemene rechtsbeginselen
 Geen afzonderlijke wetten voor de Belgische deelstaten
o Wel: embryo van constitutieve autonomie = het recht van gemeenschappen en
gewesten om hun eigen instellingen te organiseren binnen de door de Grondwet
bepaalde grenzen

Constitutionalisme in brede zin = overheid is onderworpen aan materiële grondwettelijke principes
die haar beperken en die overheidswillekeur tegengaan.
Bv: principe van de rechtsstaat, democratische beginselen, eerbiediging van fundamentele
mensenrechten

1.2 België is een democratie
= macht legitimeren door burgers te betrekken bij het overheidsbeleid
 Burgers hebben inspraak + kunnen wetgever ter verantwoording roepen
o Verkiezingen
o Meer directe vormen van inspraak
Belgische staat 1831: representatieve democratie met verkozen parlement
- Reactie tegen bewind van Koning Willem I in VK der Nederlanden
Bron van soevereiniteit ligt bij natie en niet bij parlement (art. 33 gw)
 Ontwikkelt later naar nationale soevereiniteit = de met rede begiftigde kiezers stellen een
vertegenwoordigend orgaan aan, dat door verlichte discussies een beredeneerde nationale
wil vastlegt.

, Stemrecht enkel voor vermogende, gestudeerde elite <-> directe democratie
Evolutie naar concreet meerderheidsmodel = deelname aan het beleid is een democratisch
grondrecht  stemrecht evolueert naar een universeel enkelvoudig stemrecht
 Parlementsleden vertegenwoordigen volgens Gw hele natie, maar in werkelijkheid
alleen concrete bevolking en enkel verantwoording tov kiespubliek
 Idee van 1 ondeelbare Natie waarin alle macht besloten ligt ook door Gw zelf
achterhaald door opsplitsing in taalgebieden, taalgroepen en deelstaten
o Politieke partijen geregionaliseerd: België kent nauwelijks nog nationale
politieke partijen

Verdeeldheid taalgemeenschappen  consensusdemocratie = een democratie waarin
structurele subgroepen in het beleid worden opgenomen = een democratie waarin
verschillende groepen samen beslissen en mee besturen

Sinds 6e staatshervorming zijn gewesten wel bevoegd om volksraadplegingen te houden over
materies die tot hun exclusieve bevoegdheid behoren  directe democratie

Deliberatief concept = wetten zijn pas legitiem wanneer ze het resultaat zijn van een integrale,
geïnformeerde en transparante belangenafweging = wetten zijn alleen geldig als ze tot stand
komen na een open en eerlijke discussie waarin alle belangen zorgvuldig worden afgewogen
 het GWH toetst hier aan

1.3 België is een rechtsstaat
= overheid is gebonden aan het recht: vooraf vastgestelde, algemeen geldende regels
 Overheidsoptreden wordt voorspelbaar
 Rol van rechters
o Zorgen ervoor dat burgers hun rechten kunnen afdwingen
o Zien erop toe dat de OH binnen de grenzen van het recht blijft, en niet willekeurig
optreedt
 1946 RvS opgericht : mogelijkheid vernietiging te vorderen van individuele of algemene
bestuursbesluiten
 Bij aanvang België eerder een wettenstaat = klemtoon op onderwerping van
bestuur aan formele wetten = regering en het bestuur mogen niets doen zonder dat
er een wet voor bestaat.
o Rechters niet geacht formele wetten zelf te testen
o Smeerkaasarrest Cass. 1971:
 Voorrang rechtstreeks werkende internationale en Europese
Gemeenschapsrecht proclameerde  Dit betekent dat internationaal recht en
Europees recht dat rechtstreeks kan worden toegepast in België, voorrang
heeft op nationale wetgeving
 Rechters zijn nu bevoegd om formele wetten aan internationale rechtsregels
te toetsen
 Omvorming naar federale staat  GwH
o Wetten toetsen na prejudiciële vraag of na vernietigingsberoep
o Oorspronkelijk louter federale functie, maar nu quasi-volledig GwH
 Alle overheden onderworpen aan hogere rechtsregels (juridisch afdwingbaar)

, Evolutie van de rechtsstaat in het Belgisch rechtssysteem




1.4 België is gebaseerd op een scheiding der machten
 Montesquieu: wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht (art. 36 gw)
 Geen strikte, functionele machtenscheiding, maar systeem van checks and balances
= Functies worden verdeeld tussen instellingen, die elkaar controleren
 Overheidswillekeur vermijden door machtsconcentratie tegen te gaan
 Dient algemeen belang en bescherming burger
o Principe kan niet ingeroepen worden om overheidsaansprakelijkheid te vermijden
 Parlement heeft verschillende middelen om controle uit te oefenen op regering
o Regeringspartijen in parlement ondersteunen regering gewoonlijk
 In werkelijkheid spanningslijn tussen meerderheid- en
minderheidspartijen (niet tussen regering en parlement)
 Vooral verhouding tussen rechterlijke macht en andere overheden
o Onafhankelijkheid rechter
o In welke mate dwingt de scheiding der machten de rechter tot terughoudendheid?
 Evenwicht tussen
 Inhoudelijke controle besluiten en wetten en toetsing aan
algemene rechtsbeginselen
 Respect voor beleidsvrijheid van bestuur en wetgever

1.5 België is een federaal systeem
 Federale systemen = politieke organisaties die macht verdelen tussen het centrale
bestuur en territoriale deelgebieden (art. 1, 2, 3 gw)
2 types van deelstaten: gemeenschappen en gewesten  elk eigen kernbevoegdheden
Een statische benadering
eenheidsstaat Federale staat Confederale staat
Centrale overheid is soeverein Machtsdeling tussen federale en deelstatelijke Soevereine staten komen bij verdrag
rechtsordening via bevoegdheidsverdeling overeen dat de confederatie een aantal
materies regelt voor hen gezamenlijk
Eventuele gedecentraliseerde besturen Autonome deelstaten met zelfstandige wetgevende en Soevereine staten met zelfstandige
onder toezicht van centrale overheid uitvoerende bevoegdheid staatsmacht
Lagere besturen nemen niet Participatie van deelstaten aan de federale Confederale beslissingen worden
noodzakelijk deel aan centrale beslissingsmacht genomen met unanimiteit, evt. met
beslissingsmacht gekwalificeerde meerderheid
Rechtstreekse werking en voorrang van Gelijke rechtskracht van federale en deelstatelijke wetten. Confederale wetten moeten opgezet
centrale wetten Meestal voorrang van federalen wetten bij concurrerende worden in nationaal recht
bevoegdheden ( = indien federale OH en deelstaten
beiden bevoegd zijn voor een materie)

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
emmapoortmans Universiteit Antwerpen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
51
Member since
1 year
Number of followers
3
Documents
13
Last sold
1 week ago

3.9

7 reviews

5
3
4
2
3
1
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can immediately select a different document that better matches what you need.

Pay how you prefer, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card or EFT and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions