= hoe individu en groep elkaar beïnvloeden
Sociale facilitatie
• Experiment van Triplett (1898)
• Kinderen w gevraagd om zoveel mogelijk omwentelingen te
maken met een hengelspoel
• Globaal genomen beter presteren i/d sociale situatie :
competitief element
• verbetering v prestaties in situaties met een passief
toekijkend publiek
• Ook terug te vinden bij dieren (bv werkmieren)
Ook bij experimenten zonder sprake v competitie: bij toekijkend publiek
zelfde resultaat
Sociale facilitatie: beter presteren bij aanwezigheid v andere
Onderzoek: kinderen lachen 8 x meer bij andere
Zou dit falsificatie k noemen
MAAR gaat n direct over prestatie
Sociale belemmering
Minder goed presteren bij aanwezigheid v andere
Sociale inhibitie: gebrek aan spontaniteit waardoor mensen deze situaties
vermijden
• Experiment: leren vermijden van schokken
• Op been w een electrode bevestigd
• Op tafel rode knop
• Persoon kreeg g instructies
• Schok vermijden door op rode knop te drukken
Ander: twee mensen
, Onderzoeken: in welke conditie schok sneller uitzetten
Resultaten: alleen sneller schok vermijden dan met twee
Met twee langer schok blijven ondergaan
De sociale-activeringshypothese van Zajonc
Eenheidsverklaring (of aanwezigheid v andere helpt of n)
• Facilitatie vooral bij het uitvoeren v gemakkelijke + gekend
gedrag
• Belemmering bij het verwerven v nieuwe info of het uitvoeren
v relatief moeilijke taken
Een verklaring voor beide fenomenen
1. Aanwezigheid v soortgenoten verhoging in de fysiologische
arousal (hogere hartslag, bloeddruk)
Evolutionair
Eigensch persoon bepalen mate v arousal =
activeringstoestand die bepalend is vr actiebereidheid
2. Verhoogde actiebereidheid reacties sneller w uitgevoerd die
dominant z (reflex of gedrag dat goed gekend is)
Dominant gedrag = voor hersenen gekend
3. Bij goed ingeoefende taken is de gewenste reactie meestal
dominant. sociale facilitatie ( moet je n over nadenken)
Bv. Piano spelen als je dat goed k
4. Bij complexe of niet ingeoefende taken is de reactie meestal n
dominant sociale belemmering : in bij z v andere duurt het langer
vr gewenste gedrag gesteld w
• Illustratie v/d theorie: experiment met kakkerlakken.