HBOV10 diergezondheid
Deze samenvatting is aan de hand van mijn aantekeningen en lesstof geschreven.
,Ziekte kost geld: productie daling, DA kosten en rest kosten
Gezondheid is een evenwicht in het lichaam + het lichaam met
zijn omgeving. Homeostase en fysiologische processen
Ziekte: lichaam faalt, geen homeostase, pathogenese
Oorzaak vs risicofactor
oorzaak = verwekker of veroorzakende proces van een ziekte
risicofactor = omstandigheid die/ kenmerk dat de kans op ziekte vergroot.
Besmettelijke veroorzakers:
- bacterien
- virussen
- parasieten; endo-/ecto of parasitaire wormen/insecten/eencelligen
- schimmels en gisten
- prionen ziekten
Niet besmettelijke onstaanswijzen:
- Vergiftiging; mycotoxinen
- Nieuwvormingsziekten -> tumoren
- Aangeboren ziekte
- Stofwisselingsziekten -> bijv. slepende melkziekte
- Auto-immuun ziekten -> bijv. allergieën
Bacterie:
Eencellige micro-organisme
prokaryoot = zonder celkern
ringvormig DNA 1 chromosoom en meer plasmiden
Aantal soorten zijn ziekteverwekkend (pathogeen)
kunnen zelfstandig delen
gevoelig voor antibiotica
Afweer:
Immuniteit (Latijn: immunitas) = vrij zijn van
• Aspecifieke-immuniteit = aangeboren (innate~)
, 1e lijn verdediging Mechanisch
2e lijn verdediging Humoraal en Cellulair
• Specifieke-immuniteit = verkregen (adaptieve)
3e lijn verdediging humoraal en cellulair
1e lijn afweer:
- Extern
- Is aanwezig
- Huis, slijmvliezen, uitscheiding en haren
2e lijn afweer:
- Intern
- Passief verworven
- Cellen, eiwitten, interferonen en koorts
Deze samenvatting is aan de hand van mijn aantekeningen en lesstof geschreven.
,Ziekte kost geld: productie daling, DA kosten en rest kosten
Gezondheid is een evenwicht in het lichaam + het lichaam met
zijn omgeving. Homeostase en fysiologische processen
Ziekte: lichaam faalt, geen homeostase, pathogenese
Oorzaak vs risicofactor
oorzaak = verwekker of veroorzakende proces van een ziekte
risicofactor = omstandigheid die/ kenmerk dat de kans op ziekte vergroot.
Besmettelijke veroorzakers:
- bacterien
- virussen
- parasieten; endo-/ecto of parasitaire wormen/insecten/eencelligen
- schimmels en gisten
- prionen ziekten
Niet besmettelijke onstaanswijzen:
- Vergiftiging; mycotoxinen
- Nieuwvormingsziekten -> tumoren
- Aangeboren ziekte
- Stofwisselingsziekten -> bijv. slepende melkziekte
- Auto-immuun ziekten -> bijv. allergieën
Bacterie:
Eencellige micro-organisme
prokaryoot = zonder celkern
ringvormig DNA 1 chromosoom en meer plasmiden
Aantal soorten zijn ziekteverwekkend (pathogeen)
kunnen zelfstandig delen
gevoelig voor antibiotica
Afweer:
Immuniteit (Latijn: immunitas) = vrij zijn van
• Aspecifieke-immuniteit = aangeboren (innate~)
, 1e lijn verdediging Mechanisch
2e lijn verdediging Humoraal en Cellulair
• Specifieke-immuniteit = verkregen (adaptieve)
3e lijn verdediging humoraal en cellulair
1e lijn afweer:
- Extern
- Is aanwezig
- Huis, slijmvliezen, uitscheiding en haren
2e lijn afweer:
- Intern
- Passief verworven
- Cellen, eiwitten, interferonen en koorts
