Consumentenre
cht
2024-2025
,THEMA 1. SITUERING VAN HET
CONSUMENTENRECHT
A. DEFINITIE VAN HET CONSUMENTENRECHT
Het consumentenrecht is een geheel van regels die tot doel hebben natuurlijke
personen te beschermen in hun rol als consument:
- ‘Consument’ = “iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten
zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteiten vallen” (zie bv. art. I.1.2°
WER; art. 1649bis, §1, 1° oud BW)
Het consumentenrecht is gericht op bescherming van de consument in zijn relatie tot
de professionele beroepsoefenaar (producent/verkoper/onderneming …), om het
economische en juridische evenwicht tussen beide te herstellen:
- Consumentenrecht betreft ‘B2C’-relaties (<> ‘C2C’ en ‘B2B’)
- Consumentenrecht wordt beschouwd als economisch zwakkere en minder ervaren
contractspartij
- Tendens: uitbreiding toepassingsgebied naar B2B-relaties
o Verschillende regels (vnl. Boek VI. WER – zie Thema 3.) beogen niet - alleen
- de bescherming van de consument, maar - ook - van de concurrent
B. ONTSTAAN VAN HET CONSUMENTENRECHT
Het consumentenrecht is een vrij recente rechtstak (°1960):
- Opkomst ‘consumptiemaatschappij’ tweede helft 20e eeuw (na WO2)
- Stijging van:
o Enerzijds welvaart en koopkracht van burgers
o Anderzijds professionele aanbieders van goederen en diensten
- Gevolg: nood aan regels ter bescherming van de rechtspositie van consumenten
C. AFBAKENING VAN HET CONSUMENTENRECHT
Bij het consumentenrecht wordt er afgeweken van de principes van het gemeen
verbintenissenrecht (Boek 5 BW: contractvrijheid en bindende kracht), maar er is sprake
van verschillende soorten ‘compenserende’ maatregelen:
- Informatieverplichting
- Bedenktermijn (herroepingsrecht)
- Reguleren contractinhoud – onrechtmatige bedingen
- Verbod/verplichting tot contracteren
1
,INFORMATIEVERPLICHTINGEN
GEMEEN VERBINTENISSENRECHT
- Precontractuele informatieplicht (art. 5.16 BW)
- Geen bedrog (art. 5.35 BW)
CONSUMENTENRECHT
- Verdergaande informatieverplichtingen
- Éénrichtingsverkeer: onderneming consument
- Positief en negatief
o Positief = verplichting tot mededeling van bepaalde informatie (bv. bij
online aankopen)
o Negatief = verbod op verspreiding van bepaalde informatie (bv.
misleidende reclame)
BEDENKTERMIJN (HERROEPPINGSRECHT)
UITZONDERING OP DE BINDENDE KRACHT VAN DE OVEREENKOMST
- ‘Bindende kracht’ = eenmaal partijen op geldige wijze een overeenkomst hebben
gesloten, zijn ze door de overeenkomst gebonden (onder voorbehoud van de
werking van gemeenrechtelijke regels inzake ontbinding/vernietiging)
- Bedenktermijn of herroepingsrecht = laat de consument toe terug te komen op
een geldig gesloten overeenkomst
o Geen motivering vereist
o Geen (schadevergoeding) verschuldigd
GEEN AUTOMATISCH OF ALGEMEEN ‘RECHT OP EEN HERROEPINGSRECHT’
- Alleen bij bepaalde types consumentenovereenkomsten
o Overeenkomsten op afstand (bv. online)
(< wijze waarop het contract wordt gesloten; ‘informatie-assymetrie’)
o Buiten de verkoopruimte gesloten overeenkomst (bv. op straat, aan de
deur) (< plaats waar het contract wordt gesloten)
o Consumentenkredietovereenkomsten (< aard van het contract)
REGULERING CONTRACTINHOUD – BV. CONSUMENTENKREDIET
- Consumentenkrediet = consument gaat een lening aan om de aankoop van een
consumptiegoed- of dienst te financieren waarvoor hij zelf niet voldoende
middelen heeft (bv. lenin of verkoop op afbetaling van een auto)
- Uitzondering op de contractvrijheid en het consensualisme
- (consumenten)kredietovereenkomst = plechtige overeenkomst met bepaalde
verplichte inhoud
o Loutere wilsovereenstemming volstaat niet opdat een rechtsgeldige
kredietovereenkomst tot stand komt
2
, o Formele voorwaarden om een rechtsgeldige kredietovereenkomst te
hebben (zie art. VII.78 WER: Verplichte vermeldingen in een
schriftelijke overeenkomst: o.m. soort van krediet, de duur van de
kredietovereenkomst; het kredietbedrag en de voorwaarden voor
kredietopneming; de debetrentevoet; het jaarlijkse kostenpercentage (JKP)
en het totale door de consument te betalen bedrag;
terugbetalingsvoorwaarden, totale kosten, aflossingstabel ...)
VERBOD/VERPLICHTING TOT CONTRACTEREN
- Uitzondering op de contractvrijheid
o ‘contractvrijheid’ = ondernemingen zijn in principe vrij al dan niet met een
consument te contracteren
- Verplichting: basisbankdienst
- Verbod: consumentenkrediet
A. RECHTSBRONNEN – EU-RECHT
EUROPESE OORSPRONG
- EU heeft belangrijke bevoegdheid op het vlak van consumentenbescherming
- Reden: realisatie Europese interne markt; vrij verkeer van goederen, diensten,
personen en kapitaal vereist dat consumenten binnen de EU op dezelfde wijze
worden beschermd en de nationale regels op elkaar afgestemd
- Gevolg: België kan, als EU-lidstaat, niet meer volledig zelfstandig regels
uitvaardigen op het vlak van consumentenbescherming, maar moet rekening
houden met de EU-wetgeving
EU HEEFT TWEE SOORTEN WETGEVING
ALGEMEEN: PRIMAIRE WETGEVING VS. SECUNDAIRE WETGEVING
PRIMAIRE WETGEVING
- EU-verdragen = basisregels oprichting, werking en bevoegdheid van de EU
- Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Verdrag betreffende de
Werking van de Europese Unie (VWEU)
- Hier: Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) (syllabus, 9-
22)
SECUNDAIRE (OF: AFGELEIDE) WETGEVING
- Hier: (beperkt aantal) verordeningen en (talrijke) richtlijnen
PRIMAIRE WETGEVING OVER CONSUMENTENRECHT
- Enkel de onderwerpen di in het VWEU zijn toegewezen = bevoegdheid EU
- Art. 4 VWEU: ‘gedeelde bevoegdheid’ voor consumentenbescherming
o EU + LS, maar LS alleen voor punten waar de EU (nog) niet is opgetreden
- Consumentenrecht = belangrijk beleidsdomein in de EU
3
cht
2024-2025
,THEMA 1. SITUERING VAN HET
CONSUMENTENRECHT
A. DEFINITIE VAN HET CONSUMENTENRECHT
Het consumentenrecht is een geheel van regels die tot doel hebben natuurlijke
personen te beschermen in hun rol als consument:
- ‘Consument’ = “iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten
zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteiten vallen” (zie bv. art. I.1.2°
WER; art. 1649bis, §1, 1° oud BW)
Het consumentenrecht is gericht op bescherming van de consument in zijn relatie tot
de professionele beroepsoefenaar (producent/verkoper/onderneming …), om het
economische en juridische evenwicht tussen beide te herstellen:
- Consumentenrecht betreft ‘B2C’-relaties (<> ‘C2C’ en ‘B2B’)
- Consumentenrecht wordt beschouwd als economisch zwakkere en minder ervaren
contractspartij
- Tendens: uitbreiding toepassingsgebied naar B2B-relaties
o Verschillende regels (vnl. Boek VI. WER – zie Thema 3.) beogen niet - alleen
- de bescherming van de consument, maar - ook - van de concurrent
B. ONTSTAAN VAN HET CONSUMENTENRECHT
Het consumentenrecht is een vrij recente rechtstak (°1960):
- Opkomst ‘consumptiemaatschappij’ tweede helft 20e eeuw (na WO2)
- Stijging van:
o Enerzijds welvaart en koopkracht van burgers
o Anderzijds professionele aanbieders van goederen en diensten
- Gevolg: nood aan regels ter bescherming van de rechtspositie van consumenten
C. AFBAKENING VAN HET CONSUMENTENRECHT
Bij het consumentenrecht wordt er afgeweken van de principes van het gemeen
verbintenissenrecht (Boek 5 BW: contractvrijheid en bindende kracht), maar er is sprake
van verschillende soorten ‘compenserende’ maatregelen:
- Informatieverplichting
- Bedenktermijn (herroepingsrecht)
- Reguleren contractinhoud – onrechtmatige bedingen
- Verbod/verplichting tot contracteren
1
,INFORMATIEVERPLICHTINGEN
GEMEEN VERBINTENISSENRECHT
- Precontractuele informatieplicht (art. 5.16 BW)
- Geen bedrog (art. 5.35 BW)
CONSUMENTENRECHT
- Verdergaande informatieverplichtingen
- Éénrichtingsverkeer: onderneming consument
- Positief en negatief
o Positief = verplichting tot mededeling van bepaalde informatie (bv. bij
online aankopen)
o Negatief = verbod op verspreiding van bepaalde informatie (bv.
misleidende reclame)
BEDENKTERMIJN (HERROEPPINGSRECHT)
UITZONDERING OP DE BINDENDE KRACHT VAN DE OVEREENKOMST
- ‘Bindende kracht’ = eenmaal partijen op geldige wijze een overeenkomst hebben
gesloten, zijn ze door de overeenkomst gebonden (onder voorbehoud van de
werking van gemeenrechtelijke regels inzake ontbinding/vernietiging)
- Bedenktermijn of herroepingsrecht = laat de consument toe terug te komen op
een geldig gesloten overeenkomst
o Geen motivering vereist
o Geen (schadevergoeding) verschuldigd
GEEN AUTOMATISCH OF ALGEMEEN ‘RECHT OP EEN HERROEPINGSRECHT’
- Alleen bij bepaalde types consumentenovereenkomsten
o Overeenkomsten op afstand (bv. online)
(< wijze waarop het contract wordt gesloten; ‘informatie-assymetrie’)
o Buiten de verkoopruimte gesloten overeenkomst (bv. op straat, aan de
deur) (< plaats waar het contract wordt gesloten)
o Consumentenkredietovereenkomsten (< aard van het contract)
REGULERING CONTRACTINHOUD – BV. CONSUMENTENKREDIET
- Consumentenkrediet = consument gaat een lening aan om de aankoop van een
consumptiegoed- of dienst te financieren waarvoor hij zelf niet voldoende
middelen heeft (bv. lenin of verkoop op afbetaling van een auto)
- Uitzondering op de contractvrijheid en het consensualisme
- (consumenten)kredietovereenkomst = plechtige overeenkomst met bepaalde
verplichte inhoud
o Loutere wilsovereenstemming volstaat niet opdat een rechtsgeldige
kredietovereenkomst tot stand komt
2
, o Formele voorwaarden om een rechtsgeldige kredietovereenkomst te
hebben (zie art. VII.78 WER: Verplichte vermeldingen in een
schriftelijke overeenkomst: o.m. soort van krediet, de duur van de
kredietovereenkomst; het kredietbedrag en de voorwaarden voor
kredietopneming; de debetrentevoet; het jaarlijkse kostenpercentage (JKP)
en het totale door de consument te betalen bedrag;
terugbetalingsvoorwaarden, totale kosten, aflossingstabel ...)
VERBOD/VERPLICHTING TOT CONTRACTEREN
- Uitzondering op de contractvrijheid
o ‘contractvrijheid’ = ondernemingen zijn in principe vrij al dan niet met een
consument te contracteren
- Verplichting: basisbankdienst
- Verbod: consumentenkrediet
A. RECHTSBRONNEN – EU-RECHT
EUROPESE OORSPRONG
- EU heeft belangrijke bevoegdheid op het vlak van consumentenbescherming
- Reden: realisatie Europese interne markt; vrij verkeer van goederen, diensten,
personen en kapitaal vereist dat consumenten binnen de EU op dezelfde wijze
worden beschermd en de nationale regels op elkaar afgestemd
- Gevolg: België kan, als EU-lidstaat, niet meer volledig zelfstandig regels
uitvaardigen op het vlak van consumentenbescherming, maar moet rekening
houden met de EU-wetgeving
EU HEEFT TWEE SOORTEN WETGEVING
ALGEMEEN: PRIMAIRE WETGEVING VS. SECUNDAIRE WETGEVING
PRIMAIRE WETGEVING
- EU-verdragen = basisregels oprichting, werking en bevoegdheid van de EU
- Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Verdrag betreffende de
Werking van de Europese Unie (VWEU)
- Hier: Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) (syllabus, 9-
22)
SECUNDAIRE (OF: AFGELEIDE) WETGEVING
- Hier: (beperkt aantal) verordeningen en (talrijke) richtlijnen
PRIMAIRE WETGEVING OVER CONSUMENTENRECHT
- Enkel de onderwerpen di in het VWEU zijn toegewezen = bevoegdheid EU
- Art. 4 VWEU: ‘gedeelde bevoegdheid’ voor consumentenbescherming
o EU + LS, maar LS alleen voor punten waar de EU (nog) niet is opgetreden
- Consumentenrecht = belangrijk beleidsdomein in de EU
3