DEN HAAG STAD VAN VREDE EN RECHT
DEELTOETS 1
INHOUD
1.1 Politiek vs Politicologie (pol. en politicologie H1 (t/m 1.6) ............................................................................ 2
1.2 Modellen, politiek proces en besluitvorming (pol. en politicologie H2) ........................................................ 8
1.3 Politieke cultuur (pol. en politicologie H5).................................................................................................. 16
1.5 Politieke stromingen en belangengroepen (pol. en politicologie H6) ......................................................... 24
1.4 politieke partijen (pol. en politicologie H6) .................................................................................................31
1.7 Politieke participatie (pol. en politicologie H7) ........................................................................................... 36
1.6 Lobbyen.................................................................................................................................................... 42
1.8 Macht (pol. en politicologie H8) (8.9 nog doen?) ...................................................................................... 44
9 Democratie, coalitievorming en politieke vernieuwing (pol. en politicologie H9) ......................................... 53
Begrippenlijst (H1, H2, H5, H6, H7, H8, H9) ..................................................................................................... 61
Begrippen H1 .............................................................................................................................................. 61
Begrippen H2.............................................................................................................................................. 62
Begrippen h5 .............................................................................................................................................. 64
Begrippen h6 .............................................................................................................................................. 65
Begrippen H7 .............................................................................................................................................. 67
Begrippen H8.............................................................................................................................................. 68
Begrippen H9 ............................................................................................................................................. 69
1
,1.1 POLITIEK VS POLITICOLOGIE ( P OL . E N P O L IT IC OLOG IE H 1 ( T/ M 1 .6 )
- Geen goede definitie.
- Iedere definitie heeft voor- en nadelen
Politiek → een situatie waarbij de overheid betrokken is of zou moeten zijn (Van Deth & Vis)
- Bestaat uit twee delen
1 de overheid is betrokken
Bij burenruzie is overheid niet gelijk betrokken, maar zodra de buurman je ruiten in gooit en de
politie komt erbij, is de overheid wel betrokken.
2 de overheid moet betrokken worden
Overheid is bv nog niet betrokken bij softdrugs of soft porno op commerciële zenders, maar
sommige mensen/groepen vinden dat dat wel zou moeten.
Wordt het ook gerekend tot politiek probleem
- Zou de overheid iets moeten doen aan het softdrugsbeleid?
- Moet de overheid minder sturen? Of vaccinaties verplichten?
Daarnaast verschillende andere definities:
- Het overheidsbeleid, alsmede de totstandkoming en effecten ervan (Hoogerwerf)
- Elke mengeling van conflict en samenwerking (Laver)
PROBLEEM
Probleem → Bij een probleem zien mensen een verschil tussen bepaalde (feitelijke of ervaren) situaties en een
bepaalde norm of waarde.
- 2 voorwaarden:
Mensen beschouwen de situatie als ongewenst
Mensen denken de situatie te moeten kunnen veranderen
Als men vindt dat de situatie onveranderbaar is, wordt het verschil geen probleem genoemd.
Probleem vs werkelijkheid
- Feitelijke werkelijkheid (objectief aspect)
Is bv in cijfers uit te drukken
Bv 14% van de inwoners van Rotterdam zijn slachtoffer van crimineel delict.
- Werkelijkheid die je ervaart (subjectief aspect)
Gaat om perceptie
Wat ervaart de inwoner uit Rotterdam
Bv uit cijfers blijkt dat 44% van de inwoners zich onveilig voelt.
2
,POLITIEK PROBLEEM
Politiek probleem → een ongewenst en veranderbaar beschouwde situatie waarbij de overheid betrokken is of
zou moeten zijn.
- Zodra de overheid zich gaat bezighouden met het voorkomen, verminderen of oplossen ervan.
- Hebben invloed op ons dagelijks leven.
- Niet ieder maatschappelijk probleem wordt een politiek probleem
Burgers vinden normen en waarden bv een maatschappelijk probleem, maar wijzen hiervoor niet naar
de politiek.
Onderwerpen als gezondheidszorg enz wel.
Er is niet altijd overeenstemming over wanneer iets een politiek probleem is.
- 3 oorzaken:
Mensen hanteren verschillende normen om de werkelijkheid te beoordelen
Mensen ervaren de objectieve werkelijkheid verschillend
Hun oordeel is subjectief
Mensen zijn het niet eens over welke problemen op de politieke agenda geplaatst moeten worden.
- Sommige mensen vinden dat politiek niet moet bemoeien met problemen en anderen vinden dat wel
Zoals gemeente en plaatsen van dakkapel
Andere vinden dat snoep als traktatie verboden moet worden op scholen
- Sommige problemen worden door de een als persoonlijk probleem ervaren, terwijl de ander het een
politiek probleem vindt
Bv dragen hoofddoekjes
- Mensen zijn het niet eens over welk probleem het belangrijkst is.
Politieke problemen op verschillende niveau’s
- Lokaal probleem
Het aanleggen van hangplekken voor jongeren
- Nationaal probleem
Het bestrijden van jeugdwerkloosheid
- Internationaal probleem
Het klimaatbeleid, co2-uitstoot en milieu
POLITIEK EN HET VERDELINGSVRAAGSTUK
- Verdelingsvraagstuk is de kern van de politiek.
- Worden besluiten genomen over hoe de beschikbare middelen of overheidsgelden verdeeld moeten
worden.
- Ook rechten en plichten worden verdeeld
Verschillende visies over waar het in de politiek over gaat:
- Wie krijgt wat, wanneer en hoe? (Laswell)
Belastingen en uitgaven (investeringen, subsidies, enz)
- Het vormen en verdelen van macht (Lasswell & Kaplan)
Wie hebben het voor het zeggen?
- De gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving (Easton)
Wat is goed en belangrijk en wat niet?
3
, Wie krijgt wat, wanneer en hoe?
(Laswell, 1936)
- Het verdelingsprobleem kunnen zich voordoen op niveau van de staat, maar ook in bedrijven of gezinnen.
- Geen verduidelijking van wat er moet worden verdeeld
Is ook verdelen van eten onder het gezin is een politiek vraagstuk???
- Conclusie: definitie is te ruim
Het vormen en verdelen van macht
(Laswell & Kaplan)
- Politiek als het vormen en verdelen van macht
- Macht speelt een belangrijke rol in de politiek
Niet voor niets dat machthebbers, machtspolitiek of machtenscheiding geassocieerd worden met
politiek.
- Conclusie: in sommige opzichten te ruim en in anderen te beperkt
Enerzijds toepasbaar op ieder sociaal systeem, dus te ruim
Anderzijds beperkt het zich tot het verdelen van macht, dus te beperkt
Verdeling van al het andere van macht is geen politiek.
De gezaghebbende toedeling van waarden voor de samenleving
(Easton, 1965)
- Politiek als de gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving
- Waarden verwijzen naar alles wat mensen belangrijk vinden
Mensen streven 2 soorten waarden na:
Materiële waarden
Voedsel en huisvesting enz
Immateriële waarden
Vrijheid van meningsuiting, gevoel van veiligheid op straat enz.
- Gezaghebbende toebedeling van waarden verwijst naar bindende en als legitiem erkende regels voor een
samenleving
Bindend betekend dat het dwingend wordt opgelegd
Toedeling wordt geaccepteerd als burgers deze als legitiem en rechtvaardig beschouwen
- Politiek volgens Easton is meer dan alleen staatsoptreden en overheidsbeleid
Staat is niet enige organisatie die bindend, desnoods met geweld, regels aan de samenleving kan
opleggen
Inkrimpen van Siemens en ontslag van veel mensen veranderd de waarde in de samenleving,
want meer werkloosheid en inkomstenverlies.
- Conclusie: te ruim
Alles wat zich in de samenleving afspeelt, dreigt onder de gezaghebbende toedeling van waarden
voor een samenleving te vallen.
Volgens sommige auteurs staat het oplossen van collectieve-actieproblemen centraal in de politiek
4
DEELTOETS 1
INHOUD
1.1 Politiek vs Politicologie (pol. en politicologie H1 (t/m 1.6) ............................................................................ 2
1.2 Modellen, politiek proces en besluitvorming (pol. en politicologie H2) ........................................................ 8
1.3 Politieke cultuur (pol. en politicologie H5).................................................................................................. 16
1.5 Politieke stromingen en belangengroepen (pol. en politicologie H6) ......................................................... 24
1.4 politieke partijen (pol. en politicologie H6) .................................................................................................31
1.7 Politieke participatie (pol. en politicologie H7) ........................................................................................... 36
1.6 Lobbyen.................................................................................................................................................... 42
1.8 Macht (pol. en politicologie H8) (8.9 nog doen?) ...................................................................................... 44
9 Democratie, coalitievorming en politieke vernieuwing (pol. en politicologie H9) ......................................... 53
Begrippenlijst (H1, H2, H5, H6, H7, H8, H9) ..................................................................................................... 61
Begrippen H1 .............................................................................................................................................. 61
Begrippen H2.............................................................................................................................................. 62
Begrippen h5 .............................................................................................................................................. 64
Begrippen h6 .............................................................................................................................................. 65
Begrippen H7 .............................................................................................................................................. 67
Begrippen H8.............................................................................................................................................. 68
Begrippen H9 ............................................................................................................................................. 69
1
,1.1 POLITIEK VS POLITICOLOGIE ( P OL . E N P O L IT IC OLOG IE H 1 ( T/ M 1 .6 )
- Geen goede definitie.
- Iedere definitie heeft voor- en nadelen
Politiek → een situatie waarbij de overheid betrokken is of zou moeten zijn (Van Deth & Vis)
- Bestaat uit twee delen
1 de overheid is betrokken
Bij burenruzie is overheid niet gelijk betrokken, maar zodra de buurman je ruiten in gooit en de
politie komt erbij, is de overheid wel betrokken.
2 de overheid moet betrokken worden
Overheid is bv nog niet betrokken bij softdrugs of soft porno op commerciële zenders, maar
sommige mensen/groepen vinden dat dat wel zou moeten.
Wordt het ook gerekend tot politiek probleem
- Zou de overheid iets moeten doen aan het softdrugsbeleid?
- Moet de overheid minder sturen? Of vaccinaties verplichten?
Daarnaast verschillende andere definities:
- Het overheidsbeleid, alsmede de totstandkoming en effecten ervan (Hoogerwerf)
- Elke mengeling van conflict en samenwerking (Laver)
PROBLEEM
Probleem → Bij een probleem zien mensen een verschil tussen bepaalde (feitelijke of ervaren) situaties en een
bepaalde norm of waarde.
- 2 voorwaarden:
Mensen beschouwen de situatie als ongewenst
Mensen denken de situatie te moeten kunnen veranderen
Als men vindt dat de situatie onveranderbaar is, wordt het verschil geen probleem genoemd.
Probleem vs werkelijkheid
- Feitelijke werkelijkheid (objectief aspect)
Is bv in cijfers uit te drukken
Bv 14% van de inwoners van Rotterdam zijn slachtoffer van crimineel delict.
- Werkelijkheid die je ervaart (subjectief aspect)
Gaat om perceptie
Wat ervaart de inwoner uit Rotterdam
Bv uit cijfers blijkt dat 44% van de inwoners zich onveilig voelt.
2
,POLITIEK PROBLEEM
Politiek probleem → een ongewenst en veranderbaar beschouwde situatie waarbij de overheid betrokken is of
zou moeten zijn.
- Zodra de overheid zich gaat bezighouden met het voorkomen, verminderen of oplossen ervan.
- Hebben invloed op ons dagelijks leven.
- Niet ieder maatschappelijk probleem wordt een politiek probleem
Burgers vinden normen en waarden bv een maatschappelijk probleem, maar wijzen hiervoor niet naar
de politiek.
Onderwerpen als gezondheidszorg enz wel.
Er is niet altijd overeenstemming over wanneer iets een politiek probleem is.
- 3 oorzaken:
Mensen hanteren verschillende normen om de werkelijkheid te beoordelen
Mensen ervaren de objectieve werkelijkheid verschillend
Hun oordeel is subjectief
Mensen zijn het niet eens over welke problemen op de politieke agenda geplaatst moeten worden.
- Sommige mensen vinden dat politiek niet moet bemoeien met problemen en anderen vinden dat wel
Zoals gemeente en plaatsen van dakkapel
Andere vinden dat snoep als traktatie verboden moet worden op scholen
- Sommige problemen worden door de een als persoonlijk probleem ervaren, terwijl de ander het een
politiek probleem vindt
Bv dragen hoofddoekjes
- Mensen zijn het niet eens over welk probleem het belangrijkst is.
Politieke problemen op verschillende niveau’s
- Lokaal probleem
Het aanleggen van hangplekken voor jongeren
- Nationaal probleem
Het bestrijden van jeugdwerkloosheid
- Internationaal probleem
Het klimaatbeleid, co2-uitstoot en milieu
POLITIEK EN HET VERDELINGSVRAAGSTUK
- Verdelingsvraagstuk is de kern van de politiek.
- Worden besluiten genomen over hoe de beschikbare middelen of overheidsgelden verdeeld moeten
worden.
- Ook rechten en plichten worden verdeeld
Verschillende visies over waar het in de politiek over gaat:
- Wie krijgt wat, wanneer en hoe? (Laswell)
Belastingen en uitgaven (investeringen, subsidies, enz)
- Het vormen en verdelen van macht (Lasswell & Kaplan)
Wie hebben het voor het zeggen?
- De gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving (Easton)
Wat is goed en belangrijk en wat niet?
3
, Wie krijgt wat, wanneer en hoe?
(Laswell, 1936)
- Het verdelingsprobleem kunnen zich voordoen op niveau van de staat, maar ook in bedrijven of gezinnen.
- Geen verduidelijking van wat er moet worden verdeeld
Is ook verdelen van eten onder het gezin is een politiek vraagstuk???
- Conclusie: definitie is te ruim
Het vormen en verdelen van macht
(Laswell & Kaplan)
- Politiek als het vormen en verdelen van macht
- Macht speelt een belangrijke rol in de politiek
Niet voor niets dat machthebbers, machtspolitiek of machtenscheiding geassocieerd worden met
politiek.
- Conclusie: in sommige opzichten te ruim en in anderen te beperkt
Enerzijds toepasbaar op ieder sociaal systeem, dus te ruim
Anderzijds beperkt het zich tot het verdelen van macht, dus te beperkt
Verdeling van al het andere van macht is geen politiek.
De gezaghebbende toedeling van waarden voor de samenleving
(Easton, 1965)
- Politiek als de gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving
- Waarden verwijzen naar alles wat mensen belangrijk vinden
Mensen streven 2 soorten waarden na:
Materiële waarden
Voedsel en huisvesting enz
Immateriële waarden
Vrijheid van meningsuiting, gevoel van veiligheid op straat enz.
- Gezaghebbende toebedeling van waarden verwijst naar bindende en als legitiem erkende regels voor een
samenleving
Bindend betekend dat het dwingend wordt opgelegd
Toedeling wordt geaccepteerd als burgers deze als legitiem en rechtvaardig beschouwen
- Politiek volgens Easton is meer dan alleen staatsoptreden en overheidsbeleid
Staat is niet enige organisatie die bindend, desnoods met geweld, regels aan de samenleving kan
opleggen
Inkrimpen van Siemens en ontslag van veel mensen veranderd de waarde in de samenleving,
want meer werkloosheid en inkomstenverlies.
- Conclusie: te ruim
Alles wat zich in de samenleving afspeelt, dreigt onder de gezaghebbende toedeling van waarden
voor een samenleving te vallen.
Volgens sommige auteurs staat het oplossen van collectieve-actieproblemen centraal in de politiek
4