1. Inleiding tot marketing
btw= belasting op toegevoegde waarde
1.1. Wat is marketing?
=Identificeren van consumentenbehoeften en wensen
=ontwikkelen van passende producten of diensten
=promotie, distributie en prijsbepaling van dezeproducten/diensten
voorbeeld redbull
- behoeften van klant → dorst en energie (+ smaak) ⇒ voor iedereen anders
- passend product → in blikjes
- promotie → reclamestunts
- distributie = hoe krijg je product van fabriek naar klant? Wie is onze klant en waar
vinden we deze (Jumbo, …)
- prijsbepaling → hoeveel willen mensen betalen?
1.2. Definities marketing
- AMA(= American Marketing Association)
→ waardevolle aanbiedingen waarvoor mensen willen betalen, concept van maken,
communiceren waar klant product kan vinden, geld voor geven
- Peter Drucker
→ begrijpen van klant → product/dienst zichzelf verkoopt ⇒ doel: maakt verkoop
overbodig
- Philip Kotler
→ koper vinden product waardevoller dan geld, willen geld aan product geven
→ ook waardecreatie: geld < product / dienst
1.3. Belang marketing
1. Creëren van vraag
= bewustmaken van product & communiceren van voordelen
2. Creëren van waarde
= waarde voor bedrijf (hogere verkoopcijfers) en klant (info voor verkoopbeslissingen)
3. Bouwen en onderhouden van relaties
1
, = opbouwen van loyaal klantenbestand voor herhaalde aankopen en aanbevelingen
(bv: apps laten installeren, mails sturen,...)
4. Concurrentievoordeel
= onderscheiden van concurrent (Monster vs. Redbull: Monster grotere blikken,
andere smaken,...)
1.4. Wat is marketing?
Verkoopconcept= de juiste klanten vinden voor deproducten
Marketingconcept= de juiste producten vinden voorde klanten
1.5. Het veranderend marketinglandschap
1900: productieconcept
= producten moesten beschikbaar + betaalbaar zijn
- focus: productieproces
- doel: efficiëntie → kost laag, hoeveelheid hoog
- risico: marketingbijziendheid = te grote focus opeigen activiteit ipv het werkelijke
doel
(bv: auto: ford maakt goedkoop en verkoopt veel dezelfde, andere merken beginnen
andere auto’s te maken)
1915: productconcept
= productkwaliteit meer centraal
1930: verkoopconcept
= producten onder aandacht brengen
- focus: promotie en verkoopinspanningen
- doel: winst door grote omzet, juiste klanten voorproduct zoeken
- risico: korte termijn relaties ipv lange termijn
1960: marketingconcept
= behoeften klant centraal
- focus: behoeften en wensen van klant
- doel: winst door klanttevredenheid, beter zijn danconcurrenten in bevredigen
behoeften, juiste producten voor klanten kiezen
(bv: Ikea, Starbucks, Hema, Unilever,...)
2
,PROBLEEM: wens van de consument ↔ maatschappelijk welzijn
1975: maatschappelijk marketingconcept
= waarde leveren aan klant op manier die welzijn v.d. consument + samenleving in stand
houdt + verbeterd
HEDEN: Duurzaam maatschappelijk marketingconcept
= voorzien huidige behoeften zonder dat ten koste gaat van toekomstige generaties
→ (People, Planet, Profit = leidraad)
- focus: evenwicht tussen winst, wensen van de consument en belangen van de
maatschappij
⇒ grote internationale merken en Belgische merken zetten in op duurzame marketing
- duurzaamheid in voedselketen
- meer gezonde producten
- meer productinformatie
- afvalscheiding, recycling
1.6. Het marketing(plannings)proces
- analyse(= beeldvorming + afbakening)
- strategie(= vaststellen grote lijnen)
- tactiek(= realisatie)
- implementatie(en evaluatie)
→ volgorde belangrijk
3
, STAP 1: ANALYSE
Behoeftepiramide van Maslow
hiërarchie= niet alles even belangrijk
sociologisch model= gedrag van de maatschappij
→ mens heeft eerst primaire basisbehoeften, als deze ingevuld zijn wordt stap gezet naar
volgende behoefte
behoeften vs. wensen
- behoeften= nodig hebben (bv: kleding)
- wensen= willen (bv: bepaald merk)
behoeftenniet vervuld →hunkering(bv: honger, dorst,liefdesverdriet,
minderwaardigheidscomplex,...)
als aanwensniet wordt voldaan →andere wens(bv:geen frietjes, dan loempia, geen
loempia, dan boterham,...)
Interne analyse: GOLDEN CIRCLE
= 3 essentiële vragen die je kan stellen bij ontwikkelen
strategie of communicatieboodschap:
- Why?
- How?
- What?
→ kracht Golden Circle ligt in starten met ‘Waarom’-vraag
Waarom (Why)?
=waarom doe je wat je doet, draait om diepere betekenisondernemen (bv: mensen
inspireren, bestaansreden bepalen en emoties aanspreken bij (potentiële) klanten)
Hoe (How)?
=hoe ga je alles realiseren, welk uniek proces ofunieke methode hanteer je om doel te
bereiken?
Wat (What)?
=welke concrete producten en diensten lever je? watbied je als bedrijf effectief aan?
4