Inhoudsopgave
Samenvatting - Atlas van ons brein (1.1, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 3.2, 3.3, 3.5, 5.2, 5.3,
5.4) .......................................................................................................................................................... 2
Samenvatting Biological Psychology 13e editie (1.1, 2.1, 2.2, 3.3, 4.1, 4.2, 11.1, 11.2, 11.3 → geen
uitgebreide samenvatting, maar eerder aanvulling op Atlas van het brein)...................................... 43
Samenvatting per week beide boeken geïntegreerd .......................................................................... 72
Week 1 .............................................................................................................................................. 72
Week 2 .............................................................................................................................................. 97
Week 3 ............................................................................................................................................ 121
Week 4 ............................................................................................................................................ 125
Week 5 ............................................................................................................................................ 126
Week 6 ............................................................................................................................................ 135
Week 7 ........................................................................................................................................... 139
Week 8 ............................................................................................................................................ 149
Hoorcolleges - Week 1 ........................................................................................................................ 161
Hoorcolleges - Week 2 ........................................................................................................................ 170
Hoorcolleges - Week 3 ........................................................................................................................ 176
Hoorcollege Week 4 ........................................................................................................................... 182
Hoorcollege week 5 ............................................................................................................................ 189
Hoorcollege week 6 ............................................................................................................................ 196
Hoorcollege 7 ...................................................................................................................................... 204
Synthese van artikelen van maandagmiddagen................................................................................ 210
Week 1 ............................................................................................................................................ 210
Week 2 ............................................................................................................................................ 210
Week 3 ............................................................................................................................................ 210
Week 4 ............................................................................................................................................ 211
Week 5 ............................................................................................................................................ 211
Week 6 ............................................................................................................................................ 211
Week 7 ............................................................................................................................................ 212
Week 8 ............................................................................................................................................ 212
, 2
Samenvatting - Atlas van ons brein (1.1, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 3.2,
3.3, 3.5, 5.2, 5.3, 5.4)
§1.1 Het zenuwstelsel = centrale zenuwstelsel + perifere zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel = brein + ruggenmerg
- Taak= informatie van zintuigen en organen binnenkrijgen, registreren,
verwerken en doorgeven aan de juiste spieren en organen.
- Het ruggenmerg bestaat uit 31 segmenten met elk een linker- en
rechterruggenmergzenuw. Zo een zenuw bestaat uit sensorische
neuronen die aan de rugkant zitten (die informatie versturen naar de
zintuigen) en motorische neuronen die aan de buikkant zitten (die
informatie sturen naar de skeletspieren). Bij een
epiduraal/ruggenprik zijn zowel sensorische als motorische neuronen
tijdelijk verdoofd, waardoor pijn niet gevoeld worden en niet
bewogen kan worden.
In het midden van het ruggenmerg zit een klein buisjes met
hersenvocht die verbonden is met de hersenkamers.
Perifere zenuwstelsel = somatische zenuwstelsel + autonome zenuwstelsel
- Taak= waarnemen (zintuigen) en reageren (organen en spieren tot beweging aanzetten). Ook het
verbinden van de neuronen die in het centrale zenuwstelsel zitten met de neuronen in de organen en
spieren (perifere) voornamelijk middels ruggenmerg.
4 zintuigen hebben een directe verbinding met het brein via de hersenzenuw: neus, oog, oor en mond
(en gezichtshuid). Het 5e zintuig: lichaamshuid is via het ruggenmerg verbonden met het brein.
Onderweg naar de hersenen steken de zenuwen van de zintuigen over naar de andere kant van het
lichaam, Informatie over de linkerhelft van je lichaam wordt dus verwerkt in de rechterhelft van je
brein en andersom. Dit is ook zo bij motorneuronen.
- Somatisch (willekeurige) zenuwstelsel: alles wat je bewust doet, van praten tot voetballen.
- Autonome (onwillekeurige) zenuwstelsel: alles waar je geen controle over hebt, VB reflexen, de fight-
of flight reactie en onbewuste aansturing van vitale organen zoals hart en longen. Dit bestaat uit;
o Parasympatische zenuwstelsel: fungeert als ‘rem’ op het lichaam, zorgt voor rust. Het draagt
bij aan herstel, VB door voedingsstoffen te verwerken.
o Sympathische zenuwstelsel: zorgt voor activiteit en fungeert als ‘gas’, VB tijdens sporten of in
noodsituaties.
o Enterische zenuwstelsel (recent toegevoegd): het omvat neuronen in het spijsverterings-
kanaal (van slokdarm tot anus). Het produceert 50% van alle dopamine in het lichaam (dit is
een boodschappersstof die informatie overbrengt tussen neuronen, die in de hersenen van
, 3
belang zijn voor beweging en voor het beloningssysteem). Bovendien produceert het 95%
van alle serotonine, dit is een boodschapperstof wat belangrijk is bij slaap en emoties.
▪ Het enterische zenuwstelsel wordt ook het tweede brein genoemd vanwege de
overeenkomsten met en de onafhankelijkheid van de hersenen.
Parasympatische Sympathische
Het parasympatische en sympathische zenuwstelsel gebeuren onbewust maar kunnen beïnvloed worden. VB
ademhalingsfrequentie door ademhalingsoefeningen en sporten.
Een vecht- of vluchtreactie wordt als eerste veroorzaakt door
het sympathische zenuwstelsel.
Amygdala verwerkt de stressvolle situatie via de zintuigen,
beslist daarna of er sprake is van gevaar en activeert de
hypothalamus die daarna het sympathische zenuwstelsel
activeert.
- Noradrenaline: geeft het lichaam een boost energie;
je hartritme gaat omhoog, bloed-vaten verwijden en
je neemt meer zuurstof op en spieren krijgen meer
bloed. De spijsvertering staat in de ruststand.
- Cortisol: houdt het lichaam alert, omdat het gevaar
niet gauw is geweken.
- Acetylcholine: dit stofje wordt door de hersenen afgegeven wanneer het gevaar weg is. Het
parasympatische zenuwstelsel is weer actief. Dit stofje remt de afgifte van cortisol door de bijnieren.
Het hartritme en ademhaling gaan omlaag en de spijsverteringsstelsel wordt weer actief.
, 4
Leugenaars activeren onbewust hun sympathische zenuwstelsel. Een leugendetector meet daarom je hartslag,
bloeddruk en zweet. Dit verklapt in welke mate het sympathische zenuwstelsel is geactiveerd, maar zo een test
is niet erg betrouwbaar, omdat er ook andere triggers zijn die zorgen voor een hoge hartslag etc, zoals stress.
§1.3 Het cocktailpartyeffect= het brein (hersenstam) filtert wel het geluid van je gesprekspartner waardoor het verwerkt
… kan worden in de rest van je brein, maar het geluid van anderen wordt niet doorgelaten. De hersenstam zorgt er …
… dus voor dat je niet alle gesprekken op een terras hoeft te verwerken, maar alleen die van je gesprekspartner.
Hersenstam (poortwachter): alle neuronen van het lichaam komen hierlangs, dit is ook wel de in- en uitgang
van het brein. De hersenstam bestaat uit 3 zones:
- Medulla (verlengde merg) (onderste zone)= de overgang van ruggenmerg naar hersenen, waar veel
neuronen vanuit het lichaam binnenkomen. Ook motorneuronen die afkomstig zijn van de primaire
motorische hersenschors en naar het lichaam gaan komen langs de medulla.
- Pons (brug)= brug tussen grote hersenen en kleine hersenen. Hier ontspringen de hersenzenuwen van
de zintuigen.
- Mesencephalon (middenhersenen) (bovenste deel)= hier zitten meerdere kleine hersenkernen waar
hormonen worden gemaakt, zoals dopamine noradrenaline en serotonine. Ook wordt hier als eerste
zintuigelijke informatie gefilterd voordat het wordt doorgegeven aan de hersenschors via de thalamus.
Thalamus: werkt als een telefooncentrale tussen de hersenstam en de hersenschors. De thalamus geeft alle
signalen/informatie van de zintuigen door naar de juiste, gespecialiseerde plek in de hersenschors of cortex,
waar ze verwerkt kunnen worden. VB: prikkels van ogen gaan naar primaire visuele hersenschors. Het filter van
de thalamus is geen eenrichtingsverkeer.
Hypothalamus (onderkamer (want zit onder thalamus)): een hormoonklier die het balans (homeostase) in je
lichaam reguleert door hormonen te produceren. Dit is het grootste hormoonfabriek. Ook reguleert de
hypothalamus andere hormoonfabrieken zoals de hypofyse en bijniermerg.
De hypothalamus is de belangrijkste link tussen het zenuwstelsel en de hormoonhuishouding, omdat het
vanuit bijna alle delen van de hersenen informatie krijgt.
Hypofyse: productie van o.a. oxytocine (knuffelhormoon), wat van belang is voor de hechting.
Bijniermerg: productie van o.a. vasopressine, van belang bij vecht-of-vluchtreactie, en ook cortisol bij stress.
De grote hersenen= limbisch systeem + striatum + hersenschors
Limbisch systeem= hippocampus (geheugencentrum) + amygdala (emotiecentrum)
- Taak= het verwerken van emoties en detecteren van gevaar.
- Hippocampus (geheugencentrum)
- Amygdala (emotiecentrum) → de amygdala reageert razendsnel in een gevaarlijke situatie, omdat het
een direct verbinding heeft met de hormoonfabrieken in het brein.