100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Lecture notes

Samenvatting Inleiding Rechtswetenschap

Rating
-
Sold
-
Pages
36
Uploaded on
08-07-2025
Written in
2024/2025

Aantekeningen met afbeeldingen van de hoorcolleges van het vak Inleiding Rechtswetenschap, aan het eind zijn ook de arresten en de literatuur kort samengevat.

Institution
Module











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Uploaded on
July 8, 2025
Number of pages
36
Written in
2024/2025
Type
Lecture notes
Professor(s)
Sanne taekema
Contains
All classes

Subjects

Content preview

Inleiding rechtswetenschap
Hoorcollege 1 – Contextualisme, rechtsvinding en geschreven
rechtsbronnen
Billijkheid: wat rechtvaardig of redelijk is gezien de omstandigheden
Contextualisme: recht begrijpen door het bestuderen van het concrete geval, in context van
het functioneren van het recht en de totstandkoming van de wet
- Je hebt meer informatie nodig dan de regels bij een geval om het recht toe te kunnen
passen
Driehoekmodel:




Voorbeeld driekhoekmodel:
Juridisch nieuws: OM vervolgt vrouw die tijdens zwangerschap drugs bleef gebruiken en hulp
weigerde voor poging tot doodslag van haar ongeboren baby
- Het OM vervolgt de vrouw wegens poging tot doodslag op haar ongeboren kind
- Het kind is levend geboren en verblijft met haar in de gevangenis
- Kinderbescherming is blij met de vervolging, volgens de hoogleraar ligt er geen
wettelijke basis voor omdat het kind niet geboren is
- Actuele moment (maatschappelijke context, uitwerking): kinderbescherming, door
het recht in te zetten wil kinderbescherming een maatschappelijke realiteit bereiken
(dat de moeder hulp gaat aanvaarden)
- Normatief moment: wat zijn de wettelijke regels en hoe kunnen deze worden
toegepast? (vraag hoogleraar)
- Ideële moment: als zwangere vrouw moet je je verantwoordelijk voelen voor het
kind, leven van het kind moet beschermd worden
Verbinding driehoekmodel:
- Normatief moment: discussie over wettelijk kader
- Ideëel moment: verschillende waarden en principes die botsen; bescherming kind, is
dit het doel van het strafrecht? (vrouw hulp laten aanvaarden)
- Actueel moment (waar is het recht voor bedoeld): maatschappelijke gevolgen;
oplossen sociaal probleem

Recht en taal
- Taal is het instrument van juristen (om dingen te doen met ernstige gevolgen)
o Welke rol speelt de taal en hoe gebruiken we hem goed?

, - “Open texture” van het recht: het recht heeft allemaal openingen waardoor het
onduidelijk is wat je ermee kunt
o Taal sluit niet aan op werkelijkheid
o Algemeenheid van juridische begrippen
 Bijv.: ontslag op staande voet mag als er een “dringende reden” is,
maar wat is precies een dringende reden?
o Veranderende werkelijkheid (hoe ga je om met onverwachte dingen?)
 Bijv.: Duitse rechtbankverslaggever door AI onterecht beschuldigd van
kindermisbruik, Microsoft Copilot brengt hem in verband met
misdrijven waarover hij artikelen schreef (dit was overal te zien),
journalist klaagt Microsoft aan wegens smaad, rechter geeft hem
ongelijk (er zat geen mens achter die dit heeft gedaan, Microsoft heeft
dit niet zelf gedaan en kan daarom niet verantwoordelijk worden
gesteld)
 We moeten steeds nieuwe regels bedenken, met name door de
technologie

Rechtsvinding: oordeel in concreet geval op basis van het geldende recht
- Regelgeleide rechtsvinding: er wordt alleen naar de regel gekeken
o Bijv.: mag je mondeling een koopovereenkomst over een woonhuis afsluiten?
 rechter beroept zich op wetsartikel: de koop moet schriftelijk worden
aangegaan
- Casuïstische rechtsvinding: er wordt naar de situatie en de context gekeken
o Bijv.: HBU/Saladin: Saladin was een belegger in aandelen, hij wordt gebeld
door iemand van de bank dat hij aandelen kon kopen voor een mooie prijs,
Saladin koopt veel aandelen, bedrijf van de aandelen gaat failliet, Saladin wil
schade op de bank verhalen, bank beroept zich op exoneratieclausule (bank is
niet aansprakelijk voor negatieve gevolgen en dus ook niet voor de schade)
 Rechtsvraag: mocht de bank Saladin houden aan deze clausule?
 Uitspraak hoge raad: beroep op zo’n clausule kan onder
omstandigheden onrechtmatig zijn, wanneer is dat?  hoge raad
somt omstandigheden op (bijv. zwaarte van de schuld, aard van de
overeenkomst enz.)
 Saladin heeft niet gewonnen, hij had volgens de hoge raad genoeg
verstand volgens de hoge raad om zich bewust te zijn van de strekking

Regelgeleide rechtsvinding:
- Duidelijke, vaststaande regels
- Toepassing van de regel staat voorop
- Gericht op rechtsgelijkheid en rechtszekerheid
Casuïstische rechtsvinding:
- HBU-Saladin (en Haviltex) klassieke voorbeelden
- Betekenis en rechtsgevolgen van overeenkomst bepaald door de omstandigheden
van het geval
- Gericht op wat rechtvaardig is in dit geval

,Verplichte arresten worden gecombineerd met algemene begrippen/de theorie
- Hoe passen de arresten bij wat je in het boek leest?
- Wat is de rechtsvraag? (welke juridische vraag staat centraal?)

Rechtsbronnen: vindplaats van rechtsregels
- Wet
- Verdragen
- Jurisprudentie
- Gewoonte
- Beginselen
Steeds drie vragen:
1. Wat houdt deze rechtsbron in?
2. Onder welke voorwaarden geldt deze rechtsbron? (legaliteit of gelding)
3. Waarom geldt deze bron als rechtsbron? (legitimiteit)

Rechtsbron wet
- Wet: schriftelijke regels afkomstig van Nederlandse regelgevende organen
- Gelding rechtsbron wet: bevoegdelijk gegeven, officiële publicatie (wetten treden
niet in werking voordat zij zijn bekend gemaakt); niet in strijd met een hogere regel
Wet in formele zin: wet die totstandgekomen is volgens de grondwettelijke procedure
(eerste en tweede kamer) (kun je zien aan de aanhef in het wetboek)
Wet in materiële zin: alle algemene, abstracte, verbindende regels
Voorbeelden:
- Burgerlijk wetboek: wet in formele zin + wet in materiële zin
- Vreemdelingenbesluit: wet in materiële zin (AMvB)
- Goedkeuringswet huwelijk W-A en Maxima: wet in formele zin
Legitimiteit van de wet
- Wetten worden goedgekeurd door een democratisch gekozen orgaan en daarom zijn
ze legitiem
- Rechtsstatelijke waarden moeten beschermd worden
- Trias politica: onderverdeling van taken, we vertrouwen dat één instantie het beste
de wetten kan maken

De plaats van de grondwet
- Artikel 120 Gw: de rechter treedt niet in de beoordeling van de grondwettigheid van
wetten en verdragen  de rechter mag niet toetsen of de wet in strijd is met de
grondwet
- Welk wetsbegrip wordt hier gebruikt: wet in formele zin, procedure zit goed in elkaar
en daarom hoeft de rechter dit niet achteraf te controleren

Rechtsbron verdrag
Verdrag:
- Afspraak tussen staten
- Ook besluiten van internationale organisaties (bijv. VN)
Gelding:
- Besluitvorming op twee niveaus: internationaal en nationaal
- Sluiting en goedkeuring, ratificatie, bekendmaking

, - Doorwerking: internationaal recht (als het rechten of plichten van de burgers in het
leven roept, niet als het tot de landen is gericht) werkt direct door in het Nederlandse
recht
Wat bepaalt de legitimiteit van verdragen
Normenhiërarchie:
- Verdrag
- Grondwet
- Wet in formele zin
- Lagere regelgeving
o Algemene maatregel van bestuur (AMvB)
o Ministeriële regeling
o Gemeentelijke verordening

Werkcollege 1 – Juridische methoden in context: jurisprudentie
analyseren en casus oplossen
Haviltex maatstaf: er moet niet alleen gekeken worden naar de zuiver taalkundige uitleg van
bepalingen, ook de context, de achtergronden en de kennis van de betrokken partijen spelen
een rol, het gaat er ook om wat de betrokken partijen van elkaar mogen verwachten

Grieven: middelen waarmee je zegt: de uitspraak van de rechtbank/het gerechtshof klopt
niet, daarmee ga je in beroep

Antipositivisme: iedere norm maakt deel uit van een “integer geheel’ dat bepaald wordt
door materiële (inhoudelijke) criteria. Dit leidt tot materiële notie van rechtseenheid, met
een rechter die het recht op een coherente manier voortzet

Functies van rechtsbeginselen
De eerste functie van rechtsbeginselen is de normatieve functie, wat betekent dat de
toepassing van het beginsel tot rechtsgevolgen leidt, ze kunnen de rechtsregels aanvullen of
beperken
De tweede functie is de legitimerende functie, wat betekent dat rechtsbeginselen een extra
rechtvaardiging bieden aan een rechterlijke uitspraak wanneer een wet of regel wordt
toegepast
De laatste functie is de actualiserende functie, wat betekent dat de rechtsbeginselen ertoe
bijdragen dat het recht wordt aangepast aan de tijd

Hoorcollege 2 – Interactie van de rechtsbronnen en de
rechtstheorieën
Opdracht rechtsbronnen in Urgenda:
- Pluralisme van rechtsbronnen
- De plaats van jurisprudentie als rechtsbron
Partijen: stichting Urgenda en de staat
Rechter: burgerlijke rechter
- Waarom?
o Vordering op basis van onrechtmatige daad (burgerlijk wetboek)
- Eis Urgenda: bevel aan staat om CO2 uitstoot met 25-40% te beperken
- Drie instanties:

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
maritschrooten Erasmus Universiteit Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
17
Member since
1 year
Number of followers
1
Documents
21
Last sold
6 days ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions