Inhoudstafel
1.0 Inleiding: ethiek en scepticisme
1.1 Wat is Goed handelen? Fundamenten van de westerse ethiek
1.1.1 Aristoteles en het natuurlijke doel van de mens
1.1.2 Het epicurisme: ‘Genot is het hoogste goed’
1.1.3 Petrus Abaelardus: zondigen zonder zondige intenties?
1.1.4 De rede als grondslag: Immanuel Kant
1.1.5 Utilitarisme: ‘the greatest happiness priniciple’
1.1.6 Taal als grondslag: Jürgen Habermas
1.1.7 Synthese: grondtypes van de ethiek
1.2 Van natuurwet tot mensenrechten. Normatieve fundamenten van het recht
1.2.1 Het natuurrecht als brug tussen recht en moraal
1.2.2 Het christelijke natuurrecht: Thomas van Aquino
1.2.3 Het moderne natuurrecht en het ontstaan van het idee van individuele rechten
1.2.4 Hobbes: Het natuurlijke recht op vrijheid en het sociaal contract
1.2.5 Locke: natuurwet en natuurlijke rede
1.2.6 De ambiguïteit van de natuurwet bij Montesquieu
1.2.7 Het klassieke rechtspositivisme
1.2.8 Rechtspositivisme versus natuurrecht: de hedendaagse discussie
1.2.9 Mensenrechten als verderzetting van het natuurrecht ?
1.3 Individu versus gemeenschap. Normatieve fundamenten van het democratische
samenleven
1.3.1 De ethiek van de burger (republicanisme)
1.3.2 Het sociaal contract (liberalisme)
1.3.3 Ethiek, traditie en gemeenschap (communitarisme)
1.3.4 Een hedendaagse synthese: Habermas’ model van deliberatieve democratie
1.3.5 Een hedendaagse synthese: Claude Lefort en de lege plaats van de macht
1.4 Wie krijgt wat? Normatieve fundamenten van sociaaleconomische rechtvaardigheid
1.4.1 De rechtvaardigheid van de markt
1.4.2 John Rawls en de naoorlogse welvaartsstaat
1.4.3 Ethiek en globalisering
,Morele dilemma’s dilemma = altijd over moeilijke keuze
Deontologische ethiek: speelt met onze intuïtie op vlak vn deontologie, de plicht vd mens & wat hij
dus moet doen
Consequentialistische ethiek: voor zoveel mogelijk mensen wil je zo goed mogelijke gevolgen
die 2 botsen bij het trolleyprobleem
ih echte leven gaan die 2 veel samen & botsen ze dus niet altijd
1.0 inleiding: ethiek en scepticisme
Toegepaste ethiek:
Hoe onze ethische intuïties moeten worden toegepast op parktijken die maatschappelijk
gevoelig liggen, vb. abortus
Algemene, normatieve ethiek :
Betreft normen en principes die van toepassing zijn op het menselijk handelen
Bestudeerd de fundamentele ideeën waardoor we ons laten leiden in individuele &
collectieve handelen ideeën vormen de mentale infrastructuur vd samenleving
In de normatieve ethiek onderscheid tussen sociale & individuele ethiek
Sociale ethiek:
Gaat over handelingsnormen ie betrekking hebben op mens qua gemeenschapswezen
Vb. wrm hebben alle mensen gelijke rechten?
= de studie van basisideeën die onze maatschappelijke structuren ondersteunen
Individuele ethiek
Bestudeert de normen & ideeën waarnaar we ons richten in ons individuele leven, wnr we
nadenken over wat wel/niet mag, over onze morele verantwoordelijkheid of over vraag vn
wat een geslaagd leven zou zijn
Zoekt dus eig een fundament of rechtvaardiging zijn normen en principes louter een
kwestie vn gewoonte?
o Taak is dus om rechtvaardigingen te bestuderen, zelf op te zetten of ontbreken ervan
te thematiseren
Onderscheid praktische & theoretische wijsbegeerte
Theoretische = vraag naar het zijn, werkelijkheid zoals ze is
Praktische = ethiek = vraag naar het moeten
Nog ander onderscheid naast normatieve ethiek, nl. meta-ethiek:
Er wordt filosofisch gereflecteerd over precieze aard & natuur vd morele concepten en
morele oordelen
,Ethisch scepticisme :
Is verontrustender dan ‘ontologisch scepticisme’ (cf. Descartes)
Hoeft niet te ontkennen dat normatieve ideeën en principes bestaan en circuleren in de
samenleving
Betwijfelt enkel de bindende kracht ervan
Historische achtergrond :
Deze kernvraag verschijnt aan ons op een natuurlijke manier :
Het is vanzelfsprekend dat we normen waarnaar we handelen en de samenleving ordenen,
kritisch in vraag stellen
Indien ze slecht gefundeerd zijn, kunnen/zullen we ze zelfs wijzigen
MAAR
In de meeste menselijke samenlevingen : dergelijke vragen helemaal niet gesteld en verscheen de
sociale orde als onproblematisch (niet als onderwerp van kritische bevraging)
= mythische samenlevingen (niet-westers)
worden zo genoemd omdat ze zichzelf & hun plaats id wereld verstaan adhv mythes
Mythes:
Geven in verhalende vorm betekenis en zin aan de grondfenomenen van het bestaan
Verklaren de orde van de wereld en gemeenschap
Ze beantwoorden 3 vragen (antwoorden door mythes)
Wie zijn wij?
- afstammelingen van een god of van een legendarische voorvader
mythes reiken de mens een zelfbeeld aan & dus ook wat het betekent om mens te zijn
Hoe zit de werkelijkheid in elkaar?
- reiken theoretisch verhaal aan over de aard vd werkelijkheid
- beschrijving van wat de natuurlijke werkelijkheid ten diepste beweegt en ze verhalen het
ontstaan ervan
- Goddelijke speelt daarin een belangrijke rol, vaak aanwezig in allerlei elementen van de
werkelijkheid (in dieren, planten, …)
Hoe moeten we leven?
- Allerlei normen en voorschriften voor het dagelijks leven (hoe dieren slachten, wie mag
trouwen, …) kunnen worden vastgelegd
-> Mythes stabiliseren de samenleving omdat ze normen voor menselijk gedrag verankeren in een
bepaald verhaal omtrent mens en wereld
-> eigen manier van leven wordt als natuurlijk aangezien
MAAR wanneer de wereld gedemythologiseerd & gedesacraliseerd werd, ontstond de discussie over
de fundering van sociale normen weer (dan gaat men er niet meer zomaar in geloven)
, 6de & 5de eeuw v.C.: mythes verliezen overtuigend karakter & orde vd samenleving komt op losse
schroeven te staan zeden & wetten verliezen bindend karakter omdat ze verschijnen als
contingent (ze hadden ook anders kunnen zijn)
Ontstaan ethisch vacuüm : de overgeleverde normen verliezen hun natuurlijke
overtuigingskracht, zonder dat er meteen nieuwe normen voorhanden zijn
≠ oorzaken van het einde van dat mythische zelfverstaan (hoe is ethisch vacuüm ontstaan?)
1. Nieuwe houding tav de werkelijkheid en natuur
=> wereld wordt object van afstandname & kritische beschouwing
=> te zien bij natuurfilosofen: adhv rationeel denken is inzicht id natuur mogelijk
=> heeft ook te maken met desacralisering & demythologisering: natuurfilosofen zoeken vb.
naar 1 stof die alles zou verklaren (oerstof)
2. Atheense ‘democratie’
=> de goddelijke kracht beslist niet meer over vb. het handelen, maar de mens zelf gaat dat
doen
MAAR niet democratie zoals bij ons: alleen meestemmen als je aan bepaalde voorwaarden
voldeed, dus eig heel klein procent vd bevolking
=> gevolg : maatschappelijk orde verschijnt niet langer als noodzakelijk of natuurlijk, maar als
veranderbaar (liggend id macht vd mens)
=> hierdoor worden sofisten belangrijk (zie verder)
Groeiende contacten (oorlog en handel) met niet-Griekse volkeren
=> gevolg : vaststelling dat sociale orde een conventioneel product is & dus potentieel veranderbaar
=> komen in contact met andere normen & waarden en zien dus dat die van hen eig niet universeel
& natuurlijk zij
Ethisch vacuüm : maakbaar en contigent, alles zou anders kunnen zijn
De orde van de samenleving kan object worden van kritische beschouwing
Socrates en het ethische scepticisme :
Er waren 2 posities die je kon aannemen in dat vacuüm:
1. De sofisten als rondreizende retorica-leraars en vertegenwoordigers van het ‘ethisch
scepticisme’ of ‘ethisch relativisme’
“Alles is een kwestie van opinie, er bestaan geen traditionele zekerheden”
Geen objectieve universele zekerheid of ‘waarheid’ in ethische kwesties & dus gn
‘rechtvaardigheid’ of ‘goed handelen’
zijn opinies waarmee sommigen hun voordeel trachten te halen ten nadele van anderen
o Als je rechtvaardig bent, voldoe je aan bepaalde regels & de onrechtvaardige
profiteert daar van DUS gevaarlijke positie als rechtvaardige
Thrasymachus: eigenbelang zo efficiënt mogelijk verdedigen & anderen overtuigen vh eigen gelijk
Eigenbelang & eigen gelijk staan dus bovenaan
Twijfelen aan bindende krachten vd normen & waarden
Onderscheid dergelijk en ethisch scepticisme:
1.0 Inleiding: ethiek en scepticisme
1.1 Wat is Goed handelen? Fundamenten van de westerse ethiek
1.1.1 Aristoteles en het natuurlijke doel van de mens
1.1.2 Het epicurisme: ‘Genot is het hoogste goed’
1.1.3 Petrus Abaelardus: zondigen zonder zondige intenties?
1.1.4 De rede als grondslag: Immanuel Kant
1.1.5 Utilitarisme: ‘the greatest happiness priniciple’
1.1.6 Taal als grondslag: Jürgen Habermas
1.1.7 Synthese: grondtypes van de ethiek
1.2 Van natuurwet tot mensenrechten. Normatieve fundamenten van het recht
1.2.1 Het natuurrecht als brug tussen recht en moraal
1.2.2 Het christelijke natuurrecht: Thomas van Aquino
1.2.3 Het moderne natuurrecht en het ontstaan van het idee van individuele rechten
1.2.4 Hobbes: Het natuurlijke recht op vrijheid en het sociaal contract
1.2.5 Locke: natuurwet en natuurlijke rede
1.2.6 De ambiguïteit van de natuurwet bij Montesquieu
1.2.7 Het klassieke rechtspositivisme
1.2.8 Rechtspositivisme versus natuurrecht: de hedendaagse discussie
1.2.9 Mensenrechten als verderzetting van het natuurrecht ?
1.3 Individu versus gemeenschap. Normatieve fundamenten van het democratische
samenleven
1.3.1 De ethiek van de burger (republicanisme)
1.3.2 Het sociaal contract (liberalisme)
1.3.3 Ethiek, traditie en gemeenschap (communitarisme)
1.3.4 Een hedendaagse synthese: Habermas’ model van deliberatieve democratie
1.3.5 Een hedendaagse synthese: Claude Lefort en de lege plaats van de macht
1.4 Wie krijgt wat? Normatieve fundamenten van sociaaleconomische rechtvaardigheid
1.4.1 De rechtvaardigheid van de markt
1.4.2 John Rawls en de naoorlogse welvaartsstaat
1.4.3 Ethiek en globalisering
,Morele dilemma’s dilemma = altijd over moeilijke keuze
Deontologische ethiek: speelt met onze intuïtie op vlak vn deontologie, de plicht vd mens & wat hij
dus moet doen
Consequentialistische ethiek: voor zoveel mogelijk mensen wil je zo goed mogelijke gevolgen
die 2 botsen bij het trolleyprobleem
ih echte leven gaan die 2 veel samen & botsen ze dus niet altijd
1.0 inleiding: ethiek en scepticisme
Toegepaste ethiek:
Hoe onze ethische intuïties moeten worden toegepast op parktijken die maatschappelijk
gevoelig liggen, vb. abortus
Algemene, normatieve ethiek :
Betreft normen en principes die van toepassing zijn op het menselijk handelen
Bestudeerd de fundamentele ideeën waardoor we ons laten leiden in individuele &
collectieve handelen ideeën vormen de mentale infrastructuur vd samenleving
In de normatieve ethiek onderscheid tussen sociale & individuele ethiek
Sociale ethiek:
Gaat over handelingsnormen ie betrekking hebben op mens qua gemeenschapswezen
Vb. wrm hebben alle mensen gelijke rechten?
= de studie van basisideeën die onze maatschappelijke structuren ondersteunen
Individuele ethiek
Bestudeert de normen & ideeën waarnaar we ons richten in ons individuele leven, wnr we
nadenken over wat wel/niet mag, over onze morele verantwoordelijkheid of over vraag vn
wat een geslaagd leven zou zijn
Zoekt dus eig een fundament of rechtvaardiging zijn normen en principes louter een
kwestie vn gewoonte?
o Taak is dus om rechtvaardigingen te bestuderen, zelf op te zetten of ontbreken ervan
te thematiseren
Onderscheid praktische & theoretische wijsbegeerte
Theoretische = vraag naar het zijn, werkelijkheid zoals ze is
Praktische = ethiek = vraag naar het moeten
Nog ander onderscheid naast normatieve ethiek, nl. meta-ethiek:
Er wordt filosofisch gereflecteerd over precieze aard & natuur vd morele concepten en
morele oordelen
,Ethisch scepticisme :
Is verontrustender dan ‘ontologisch scepticisme’ (cf. Descartes)
Hoeft niet te ontkennen dat normatieve ideeën en principes bestaan en circuleren in de
samenleving
Betwijfelt enkel de bindende kracht ervan
Historische achtergrond :
Deze kernvraag verschijnt aan ons op een natuurlijke manier :
Het is vanzelfsprekend dat we normen waarnaar we handelen en de samenleving ordenen,
kritisch in vraag stellen
Indien ze slecht gefundeerd zijn, kunnen/zullen we ze zelfs wijzigen
MAAR
In de meeste menselijke samenlevingen : dergelijke vragen helemaal niet gesteld en verscheen de
sociale orde als onproblematisch (niet als onderwerp van kritische bevraging)
= mythische samenlevingen (niet-westers)
worden zo genoemd omdat ze zichzelf & hun plaats id wereld verstaan adhv mythes
Mythes:
Geven in verhalende vorm betekenis en zin aan de grondfenomenen van het bestaan
Verklaren de orde van de wereld en gemeenschap
Ze beantwoorden 3 vragen (antwoorden door mythes)
Wie zijn wij?
- afstammelingen van een god of van een legendarische voorvader
mythes reiken de mens een zelfbeeld aan & dus ook wat het betekent om mens te zijn
Hoe zit de werkelijkheid in elkaar?
- reiken theoretisch verhaal aan over de aard vd werkelijkheid
- beschrijving van wat de natuurlijke werkelijkheid ten diepste beweegt en ze verhalen het
ontstaan ervan
- Goddelijke speelt daarin een belangrijke rol, vaak aanwezig in allerlei elementen van de
werkelijkheid (in dieren, planten, …)
Hoe moeten we leven?
- Allerlei normen en voorschriften voor het dagelijks leven (hoe dieren slachten, wie mag
trouwen, …) kunnen worden vastgelegd
-> Mythes stabiliseren de samenleving omdat ze normen voor menselijk gedrag verankeren in een
bepaald verhaal omtrent mens en wereld
-> eigen manier van leven wordt als natuurlijk aangezien
MAAR wanneer de wereld gedemythologiseerd & gedesacraliseerd werd, ontstond de discussie over
de fundering van sociale normen weer (dan gaat men er niet meer zomaar in geloven)
, 6de & 5de eeuw v.C.: mythes verliezen overtuigend karakter & orde vd samenleving komt op losse
schroeven te staan zeden & wetten verliezen bindend karakter omdat ze verschijnen als
contingent (ze hadden ook anders kunnen zijn)
Ontstaan ethisch vacuüm : de overgeleverde normen verliezen hun natuurlijke
overtuigingskracht, zonder dat er meteen nieuwe normen voorhanden zijn
≠ oorzaken van het einde van dat mythische zelfverstaan (hoe is ethisch vacuüm ontstaan?)
1. Nieuwe houding tav de werkelijkheid en natuur
=> wereld wordt object van afstandname & kritische beschouwing
=> te zien bij natuurfilosofen: adhv rationeel denken is inzicht id natuur mogelijk
=> heeft ook te maken met desacralisering & demythologisering: natuurfilosofen zoeken vb.
naar 1 stof die alles zou verklaren (oerstof)
2. Atheense ‘democratie’
=> de goddelijke kracht beslist niet meer over vb. het handelen, maar de mens zelf gaat dat
doen
MAAR niet democratie zoals bij ons: alleen meestemmen als je aan bepaalde voorwaarden
voldeed, dus eig heel klein procent vd bevolking
=> gevolg : maatschappelijk orde verschijnt niet langer als noodzakelijk of natuurlijk, maar als
veranderbaar (liggend id macht vd mens)
=> hierdoor worden sofisten belangrijk (zie verder)
Groeiende contacten (oorlog en handel) met niet-Griekse volkeren
=> gevolg : vaststelling dat sociale orde een conventioneel product is & dus potentieel veranderbaar
=> komen in contact met andere normen & waarden en zien dus dat die van hen eig niet universeel
& natuurlijk zij
Ethisch vacuüm : maakbaar en contigent, alles zou anders kunnen zijn
De orde van de samenleving kan object worden van kritische beschouwing
Socrates en het ethische scepticisme :
Er waren 2 posities die je kon aannemen in dat vacuüm:
1. De sofisten als rondreizende retorica-leraars en vertegenwoordigers van het ‘ethisch
scepticisme’ of ‘ethisch relativisme’
“Alles is een kwestie van opinie, er bestaan geen traditionele zekerheden”
Geen objectieve universele zekerheid of ‘waarheid’ in ethische kwesties & dus gn
‘rechtvaardigheid’ of ‘goed handelen’
zijn opinies waarmee sommigen hun voordeel trachten te halen ten nadele van anderen
o Als je rechtvaardig bent, voldoe je aan bepaalde regels & de onrechtvaardige
profiteert daar van DUS gevaarlijke positie als rechtvaardige
Thrasymachus: eigenbelang zo efficiënt mogelijk verdedigen & anderen overtuigen vh eigen gelijk
Eigenbelang & eigen gelijk staan dus bovenaan
Twijfelen aan bindende krachten vd normen & waarden
Onderscheid dergelijk en ethisch scepticisme: