Aardrijkskunde, schatkist aarde
2.1 Het gezicht van de aarde veranderd
Ontstaan van de aarde
o In het begin was de aarde gloeiend heet en gesmolten
o Later is het langzaam afgekoeld en ontstonden de aardkern, aardmantel en de aardkorst
o Als gevolg van vulkanische activiteiten, kwam er waterdamp en Co2 in de atmosfeer terecht
o Het waterdamp condenseert, er ontstaan oceanen
o Heel langzaam ontstaat er leven onder water, microscopisch klein, zoals bacteriën
Geologische geschiedenis
o Na de bacteriën ontstonden er nieuwe levensvormen:
- Weekdieren - Schelpdieren
- Vissen - Landplanten
- Reptielen - Zoogdieren
o Op basis van deze evoluties (de ontwikkeling in levensvormen) de geologische tijdschaal gemaakt
Geologische tijdschaal = de indeling van de geschiedenis van de aarde in verschillende perioden
o De vier hoofdperioden:
Precambrium Paleozoïcum Mesozoïcum Kenozoïcum
Continenten Ze ontstonden Ze bewogen uit Pangea viel uit Leven wij nu in.
elkaar, later elkaar, de Blijven bewegen,
samenvoegen huidige naar de huidige
tot continenten verdeling
supercontinent ontstaan
Pangea
Landoppervlak Kaal ? Meer planten, De planten (en Veel planten
grote dieren)wereld
ontwikkelingen veranderde
Het leven Alleen leven ? verdere Er leven De dieren die we
onder water, aan ontwikkelingen dinosauriërs nu kennen
het einde ook op komen tot leven
land
Het komen en gaan van soorten
Massa-extinctie = het massaal uitsterven van dieren en planten
o 5 x verdween een groot deel van al het leven
o De oorzaken zijn niet allemaal bekend
- 250 miljoen jaar geleden werd een veroorzaakt door vulkanische uitbarstingen
- 65 miljoen jaar geleden werd een veroorzaakt door een meteoriet inslag wat voor veel stof in
de atmosfeer zorgde (zonnestralen konden er niet doorheen, te weinig licht voor groei)
2.2 Het dagboek van de aarde
Fossielen en gesteenten
o Men ontdekt dingen door het bestuderen van fossielen
Een fossiel = een versteend overblijfsel van een skelet of een afdruk van een dier of plant
2.1 Het gezicht van de aarde veranderd
Ontstaan van de aarde
o In het begin was de aarde gloeiend heet en gesmolten
o Later is het langzaam afgekoeld en ontstonden de aardkern, aardmantel en de aardkorst
o Als gevolg van vulkanische activiteiten, kwam er waterdamp en Co2 in de atmosfeer terecht
o Het waterdamp condenseert, er ontstaan oceanen
o Heel langzaam ontstaat er leven onder water, microscopisch klein, zoals bacteriën
Geologische geschiedenis
o Na de bacteriën ontstonden er nieuwe levensvormen:
- Weekdieren - Schelpdieren
- Vissen - Landplanten
- Reptielen - Zoogdieren
o Op basis van deze evoluties (de ontwikkeling in levensvormen) de geologische tijdschaal gemaakt
Geologische tijdschaal = de indeling van de geschiedenis van de aarde in verschillende perioden
o De vier hoofdperioden:
Precambrium Paleozoïcum Mesozoïcum Kenozoïcum
Continenten Ze ontstonden Ze bewogen uit Pangea viel uit Leven wij nu in.
elkaar, later elkaar, de Blijven bewegen,
samenvoegen huidige naar de huidige
tot continenten verdeling
supercontinent ontstaan
Pangea
Landoppervlak Kaal ? Meer planten, De planten (en Veel planten
grote dieren)wereld
ontwikkelingen veranderde
Het leven Alleen leven ? verdere Er leven De dieren die we
onder water, aan ontwikkelingen dinosauriërs nu kennen
het einde ook op komen tot leven
land
Het komen en gaan van soorten
Massa-extinctie = het massaal uitsterven van dieren en planten
o 5 x verdween een groot deel van al het leven
o De oorzaken zijn niet allemaal bekend
- 250 miljoen jaar geleden werd een veroorzaakt door vulkanische uitbarstingen
- 65 miljoen jaar geleden werd een veroorzaakt door een meteoriet inslag wat voor veel stof in
de atmosfeer zorgde (zonnestralen konden er niet doorheen, te weinig licht voor groei)
2.2 Het dagboek van de aarde
Fossielen en gesteenten
o Men ontdekt dingen door het bestuderen van fossielen
Een fossiel = een versteend overblijfsel van een skelet of een afdruk van een dier of plant