100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Alle tentamenstof Encyclopedie der rechtswetenschap II (R_EncycII)

Rating
4.0
(1)
Sold
7
Pages
23
Uploaded on
19-05-2025
Written in
2024/2025

Dit document bevat alle tentamenstof om op je tentamen gegarandeerd een hoog cijfer te halen. Inclusief de relevante leerstof van de hoorcolleges, werkgroepen en informatie uit de Syllabus/Werkboek Encyclopedie II.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
May 19, 2025
Number of pages
23
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Encyclopedie de rechtswetenschap II
Week 1:
Waarom is er recht:
1. Rechtszekerheid: bevorderen van bestendige relaties tussen burgers en overheid
2. Rechtvaardigheid: bevorderen van herstel van onrecht in de samenleving
3. Doelmatigheid: bevorderen van gezamenlijke doelen

Gustav Radbruch: Gustav is een rechtsfilosoof die onder invloed van de verschrikking uit WO 2
afstand nam van het rechtspositivisme. Normaal gesproken is de gelding van recht onafhankelijk in
zijn morele inhoud, en moeten we datgene als geldend recht aanvaarden wat door het bevoegd
gezag is afgekondigd. In sommige extreme gevallen is er echter geen sprake van recht omdat volgens
Radbruch het karakter van recht aan dat soort maatregelen is komen te ontvallen, als tijdens WO 2.
 Kernwaarden: Radbruch heft in zijn werk altijd veel aandacht besteed aan drie
kernwaarden van het recht: rechtszekerheid, rechtvaardigheid en doelmatigheid.
 Het idee van recht is rechtvaardigheid:/gerechtigheid het gaat hier om rechtsgelijkheid
en rechtsherstel (is de samenleving rechtvaardig ingericht?).
 Doelgerichtheid/doelmatigheid: om het recht nader uit te werken moet
rechtvaardigheid worden gekoppeld aan doelgerichtheid, dit gaat om het
maatschappelijk nut en de eerlijke verdeling van schaarse middelen.
 Rechtszekerheid: dit is van belang voor orde en vrede. De rechtszekerheid eist dat
burgers positief recht als geldend recht hebben te aanvaarden, ook als zij het met de
inhoud niet eens zijn, of deze zelfs onrechtvaardig vinden. Dat wordt voor Radbruch
echter anders als de drempel van extreem onrecht overschreden wordt aangezien er dan
volgens hem niet langer sprake kan zijn van geldend recht.
Rechtspositivisme: het rechtspositivisme beschrijft een conceptuele scheiding tussen recht en
moraal. Recht is slechts datgene wat als zodanig door de bevoegde overheidsorganen wordt
gehandhaafd, als is het inhoudelijk onrechtvaardig.
- Conform het rechtspositivisme is het recht hetgeen wat in de rechtsbronnen staat en met
behulp van een beperkt aantal erkende rechtsbronnen kunnen we identificeren wat geldend
recht is. Lagere regels ontlenen hun gelding aan hogere regels en geldend recht kan
onwenselijk of immoreel zijn.
- De rechter moet volgens de letter van de wet recht spreken en niet zijn eigen subjectieve
voorkeur volgen.

Rechts positivistische rechtsvinding: dit betekent dat de rechter zich alleen baseert op de wet en
niet op eigen meningen of doelen achter de wet.
 Binnen het rechtspositivisme past de heteronome rechtsvinding. Dit houdt in dat de
rechter niet zelf bepaalt wat recht is, maar dat het recht van buitenaf (hetero) komt,
namelijk uit de wet. De rechter volgt dus:
- Grammaticale interpretatie: wat staat er letterlijk in de wet?
- Wetssystematische interpretatie: hoe past deze bepaling binnen het hele systeem van
wetten?
- Wetshistorische interpretatie: wat was de bedoeling van de wetgever toen de wet werd
gemaakt?

Waarom geen achterliggende doelen zoeken? Als een rechter gaat zoeken naar de doelen of
bedoelingen achter de wet, dan:
- Wordt rechtspraak politiek: de rechter moet dan keuzes maken die eigenlijk aan de politiek
zijn.
- Ontstaat rechterlijke willekeur: elke rechter kan dan een andere "bedoeling" zien, wat zorgt
voor onvoorspelbaarheid.

,In moeilijke gevallen (hard cases) stelt Hart dat de rechter dan gebruik mag maken van zijn
discretionaire bevoegdheid. Hart maakt wel duidelijk dat dit uitzonderingen zijn waarin de rechter
recht schept. Deze mogen geen te grote inbreuk op de rol van de wetgever en het idee dat rechters
het positieve recht toepassen zonder morele of politieke afweging.
- De rechter mag dus in uitzonderlijke gevallen creatief zijn, maar blijft in principe gebonden
aan de wet.

Rechtspositivistische rechtsvinding volgens Hart
 Woorden zijn meestal duidelijk, maar er is altijd een grijs gebied (Hart noemt dit
de penumbra). In dat grijze gebied weet je niet zeker of iets onder een wet valt.
 Het hermeneutische of moderne positivisme handhaven een scherp onderscheid tussen
recht en moraal.

In het fictieve arrest The Case of the Speluncean Explorers worden vijf grotonderzoekers veroordeeld
voor moord nadat ze een van hun groepsleden doden om zelf te overleven. De zaak komt voor het
Hooggerechtshof van Newgarth, waar vijf rechters elk hun visie geven op hoe deze situatie juridisch
beoordeeld moet worden.

Rechter Truepenny is een rechtspositivist die stelt dat de wet helder is: het doden van een mens is
moord en daarop staat de doodstraf. Toch ziet hij de morele complexiteit van de zaak en adviseert hij
dat de minister van Justitie gratie verleent. Hij maakt dus een onderscheid tussen de strikte
toepassing van de wet en de menselijke maat, maar geeft aan dat de rechter alleen moet oordelen
over de wet, niet over de uitkomst.

Rechter Foster is het daar niet mee eens. Hij stelt dat het recht van Newgarth niet gold in de grot. De
mannen bevonden zich in een uitzonderlijke situatie, buiten de samenleving en haar wetten. Hij stelt
dat ze een soort nieuw sociaal contract hadden gesloten, waarin ze samen afspraken wat
rechtvaardig was om te doen. Daarnaast voert hij aan dat wetten doelgericht geïnterpreteerd
moeten worden. Het strafrecht is bedoeld om gedrag te ontmoedigen in een normale samenleving,
maar in dit geval heeft straf geen afschrikkende werking. Daarom vindt Foster dat de mannen
vrijgesproken moeten worden.

Rechter Tatting worstelt met beide standpunten. Hij vindt Foster’s argumenten problematisch: kan je
echt zeggen dat de wet niet gold? En hoe weten we of het slachtoffer daadwerkelijk akkoord ging
met de afspraak? Ook zet hij vraagtekens bij de toepassing van noodweer, gezien het plan om
iemand te doden vooraf zorgvuldig was besproken. Omdat hij het moreel en juridisch te ingewikkeld
vindt, trekt hij zich terug en doet hij geen uitspraak.

Rechter Keen vertegenwoordigt een strikte recht positivistische visie. Hij vindt dat een rechter niet
mag afwijken van wat er letterlijk in de wet staat. De wet zegt dat het doden van een ander strafbaar
is, ongeacht de omstandigheden. Hij vindt dat morele overwegingen geen rol mogen spelen in de
rechtszaal. Gratie verlenen is aan de uitvoerende macht, niet aan de rechter. Voor hem draait het om
rechtszekerheid: burgers moeten kunnen vertrouwen op wat er in de wet staat.

Rechter Handy denkt er heel anders over. Hij is pragmatisch en baseert zijn oordeel op gezond
verstand en wat het volk zou willen. Hij vindt dat het juridische debat te theoretisch is en te weinig
oog heeft voor de realiteit. Volgens hem is het volk voor vrijspraak, en dus zouden de mannen
moeten worden vrijgelaten. Rechtspraak moet in zijn ogen praktisch en menselijk zijn, niet formeel
en afstandelijk.

Week 2:

, Natuurrecht: hiermee wordt gedoeld op bepaalde onveranderlijke beginselen en idealen van
rechtvaardigheid, oftewel een traditie van een paar duizend jaar die zelf weer veel verschillende
richtingen en varianten kent.
- Volgens de natuurrechtsleer impliceert het begrip ‘recht’ een noodzakelijk verband met
moraal, met name rechtvaardigheid. Dit verband is er ‘van nature’ en dus onafhankelijk
van en voorafgaand aan menselijke wetgeving.
- Het positief recht vormt een uitwerking van het natuurrecht naar tijd en plaats. Het
natuurrecht geldt rechtstreeks, ongeacht menselijke tussenkomst en een onrechtvaardige
(menselijke) wet is geen geldend recht.
- Recht mikt op een goede samenleving en op mensen die goed terecht komen. wanneer er
wetgeving of rechtspraak is die hier op grove wijze mee in strijd komt is dat uiteindelijk geen
recht, zoals Augustinus verwoordde, onrechtvaardige wet is geen recht.

Constructivisme: hier wordt het accent gelegd op de rechtvaardigheid en wordt gesteld dat er meer
recht is dan in de rechtsbronnen staat, ook achterliggende waarden, idealen en beginselen
behoren tot het geldende recht.
- Recht is een dynamisch fenomeen en de idealen van de samenleving ontvouwen zich in het
veranderende recht. Juristen zijn actief betrokken bij de rechtsontwikkeling, ze interpreteren
vanuit de bedoeling van regels en achterliggende beginselen. Rechters doen niet aan
politieke rechtspraak, maar baseren zich op ongeschreven beginselen en idealen die aan het
rechtssysteem zelf ten grondslag liggen.
- Er kan geen scherp onderscheid worden gemaakt tussen recht en moraal, tenzij dit
betekent dat zij het natuurrecht aanhangen. Recht beschrijven of toepassen houdt altijd in
dat men de in dat recht neergelegde morele opvattingen zo goed mogelijk verder
ontwikkeld, volgens Ronald Dworkin is recht de best mogelijke interpretatie van een
bestaande praktijk.

Constructivistische rechtsvinding is een vrijere manier van rechtsvinding. De rechter kijkt niet alleen
naar de tekst van de wet (zoals grammaticale, systematische en historische interpretatie), maar ook
naar het doel van de wet, dus teleologisch.
- Hierbij gaat het om het achterhalen van de achterliggende doelen en rechtsbeginselen. Dit
politiseert de rechtspraak niet, maar zorgt juist voor meer samenhang in het recht
(coherentie) en rechtvaardigere uitkomsten (integriteit).

Ronald Dworkin, de moderne criticus van Hart: Dworkin vindt dat Hart nog altijd ‘te extern; blijft
door recht enkel in termen van bestaande sociale regels te analyseren: recht bestaat ook uit
principes, uit opvattingen over hoe de politieke samenleving geregeld dient te worden.
- Rechtsregels kun je volgens hem alleen maar begrijpen en interpreteren als je de politiek-
morale dimensie daarin meeneemt. Dworkin legt een verbinding tussen recht en moraal
die een positivist als Hart niet wenst.
- Volgens Dworkin kan men dus nooit een regel alleen naar de letter begrijpen, aangezien
recht een interpretatieve praktijk is. Bij het interpreteren van een regel spelen
achterliggende beginselen en waarden altijd mee.

Volgens Dworkin is recht geen kwestie van simpelweg de wet volgen; het is een interpretatieve
praktijk. Je kunt een regel nooit volledig begrijpen zonder de achterliggende beginselen en
waarden mee te nemen.
 Rechters moeten het hele rechtssysteem constructief interpreteren om die beginselen te
ontdekken. Dit noemt Dworkin law as integrity: het zoeken naar de meest rechtvaardige en
coherente uitleg van het recht.

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
6 months ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
danishkamungra Vrije Universiteit Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
26
Member since
2 year
Number of followers
7
Documents
15
Last sold
5 days ago

4.0

3 reviews

5
0
4
3
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions