Samenvatting Gezondheid in Grootstedelijke gebieden
HC 1: Introductie Urban Health
De wereld verstedelijkt en steden groeien. Dit heeft invloed op de gezondheid van de bevolking. De
urbane transitie komt met andere transities die elkaar beïnvloeden. De urbane transitie is bijna in
ieder continent, behalve in Afrika.
Redenen voor groei van steden:
- Migratie van het platteland naar stedelijke gebieden: Betere economische vooruitzichten,
toegang tot meer voorzieningen (scholen, universiteiten, ov).
- Natuurlijke populatie groei: Toename in het aantal personen dat in een stad woont door
geboortes.
- Re-classificatie van rurale gebieden naar stedelijke gebieden: Specifieke locaties worden
aangeduid als stad. Zo worden ook delen van het platteland een stad.
Wat is een stad? Criteria op basis van:
- Soort gezag. Bijvoorbeeld: Hoofdstad, regeringsstad.
- Aantal inwoners.
- Bevolkingsdichtheid.
- Soort en dichtheid van huizen: In steden wordt er vooral in de hoogte gebouwd.
- Economische aspecten: Industrieel of agrarisch gebied?
- Toegang tot diensten (scholen, ziekenhuizen) en infrastructuur.
Criteria verschilt per land en context. In Nederland wordt er gekeken naar
omgevingsadressendichtheid (>500 adressen per km2) voor de mate van stedelijkheid.
Megasteden: Een megastad heeft >10 miljoen inwoners. De meeste megasteden liggen aan zee. In
1995 waren dit er 14, maar nu zijn er al 33. In 2030 zullen dit er naar verwachting 41 zijn.
Voorbeelden: Tokyo, Delhi, Shanghai, Bangkok. Na de Corona pandemie werd Tokyo voor het eerst
kleiner.
Effecten van urbanisatie
Voordelen:
- Economische groei van een land.
- Groeiende toegang tot gezondheidszorg en onderwijs.
- Groeiende werkgelegenheid.
- Groeiende sociale diversiteit en pluriformiteit.
Nadelen:
- Toename auto’s -> meer vervuiling en ongelukken.
- Zittende beroepen -> veranderende leefstijl en toename van aandoeningen zoals hart- en
vaatziekten, kanker en obesitas.
- Sociale isolatie en vermindering van sociaal kapitaal -> geestelijke gezondheidsproblemen.
- Gebrek aan huisvesting -> ontstaan van achterstandswijken en sloppenwijken. Hier kunnen
infectieziekten zich snel verspreiden door slechte hygiëne en vies water.
Urbane transitie blijft zich voortzetten, waardoor Urban Health een belangrijk vakgebied wordt.
Urban Health: Hoe beïnvloedt een stedelijke omgeving de gezondheid? Er zijn meerdere concepten
belangrijk bij het onderzoeken van Urban Health: Urban Health Penalty, Urban Advantage, Urban
Sprawl.
,Urban Health Penalty: De gezondheid van de stedelingen is minder goed dan van mensen die op het
platteland wonen. De stad stelt haar inwoners bloot aan ongezonde omstandigheden. Er is een
toename van gezondheidsproblemen zoals astma, soa’s, geestelijk welzijn en misbruik verdovende
middelen onder stedelingen ten opzichte van plattelandsbewoners.
- Hoge-inkomenslanden: Tijdens industriële revolutie.
- Lage- en middeninkomenslanden: Nu meer van toepassing door de leefomstandigheden in
binnensteden of sloppenwijken. Men is slechter af in de stad dan op het platteland.
Urban Advantage: Sommige gezondheidsindicatoren tonen betere uitkomsten in stedelingen dan in
bewoners op het plattenland. Dit komt door de betere toegang tot zorg en diensten. Dit voordeel
vraagt actieve inzet. Steden moeten beleid inzetten om ongelijkheid tussen stedelingen te bestrijden,
want de omgang van stedelingen met stressoren is afhankelijk van hun sociaaleconomische status en
het type ondersteuning dat ze kunnen krijgen.
Urban Sprawl: Steden breiden zich uit via voorsteden en slokken de omliggende dorpen op. Het is een
combinatie van rijke en arme buurten in één gebied. Dit heeft invloed op de gezondheidszorg. Er is
afhankelijkheid van auto’s om in een metropool te komen (-> ongelukken en vervuiling). Een
combinatie van verschillende factoren verklaart Urban Sprawl.
,HC 2: Sensing the city
Schiphol is 8 decibel stiller geworden, maar de overlast neemt toe. Dit komt doordat het geluid als
gemiddelde over een heel jaar berekend wordt. Je hebt als omwonende geen last van het
gemiddelde, maar van de piek. Hierdoor is de beleving anders dan de metingen. Geluid speelt in
hinderbeleving een minder grote rol dan gedacht
Wanneer burgers meedoen, bijvoorbeeld bij het meten van luchtkwaliteit (meetbuisjes Curieuze
Neuzen), zorgt dit voor grotere bewustwording, samenwerking tussen verschillende instanties en
gedragsverandering.
Citizen science: Wetenschappelijk onderzoek waarbij burgers actief meedoen aan het verzamelen,
analyseren of interpreten van gegevens. Dit is vaak een samenwerking met wetenschappers. Deze
aanpak is bottom-up in plaats van top-down. Citizen sensing: Burgers doen metingen van hun
omgeving. CS komt meestal voort uit publieke bezorgdheid en is gemeenschapsgericht en
onafhankelijk. Er is een open source ethiek: Iedereen heeft toegang tot data.
Waarmee kunnen burgers helpen? Beleidsprogramma’s, gezondheidseffectschatting, ontwikkelen
gebiedsvisie, planvorming, monitoring.
Is Citizen Science nuttig in de stad?
- De urban advantage moet actief onderhouden worden door beleid. Het vereist bewuste
keuzes en ingrepen.
- Citizen Science kan een vorm van burgerlijke interventie (initiatieven, maatschappelijke
betrokkenheid) zijn -> beïnvloeden besluitvorming. We moeten experimenteren, er is behoeft
aan sociaal leren (door samen te doen) en een voortdurend dialoog.
- In vele delen van de wereld zijn er te weinig gedetailleerde gegevens over
gezondheidsverschillen binnen steden. De cijfers zijn te algemeen om te snappen wat er echt
speel. CS is dan erg waardevol, omdat het lokale data levert.
, HC 3: Introductie toxicologie
Toxicologie is de leer der vergiftigen: Welke stoffen zijn giftig? Hoe wordt de mens blootgesteld? Hoe
groot zijn de risico’s en kun je die vermijden?
Er zijn verschillende deelgebieden van de toxicologie:
- Beschrijvende toxicologie: Dierstudies.
- Mechanistische toxicologie: Hoe werkt het?
- Analytische toxicologie: Het meten van stoffen in het lichaam.
- Regulatoire toxicologie: Afleiden van normen.
Toxicologie is een multidisciplinaire wetenschap: Biologie, chemie, genetica. Fysiologie, wiskunde,
medicijnen, farmacologie.
Toxicokinetiek: Wat doet het lichaam met een stof (ADME: Absorptie, distributie, metabolisme,
excretie)? Toxicodynamiek: Wat doet een stof met het lichaam? Bijvoorbeeld irritatie, ontsteking,
narcose, specifieke orgaanschade, carcinogenese.
Onderscheid blootstelling:
- Externe blootstelling: Wat zit er in het milieu en ademen we in?
- Interne blootstelling: Wat zit er in het lichaam?
- Dosis: De hoeveelheid die je van een stof binnenkrijgt.
Verschillende blootstellingsroutes van de mens:
- Oraal: Meestal via voeding.
- Dermaal (via de huid).
- Respiratoir (via de longen).
- Speciale routes, zoals injectie.
Bij toxicodynamiek is het spectrum aan toxische effecten van belang: Plaats, tijd en herstel.
Plaats: Is er een lokaal effect op de plaats van blootstelling (epitheelbeschadiging) of een systemische
effect (stof wordt opgenomen en bereikt doelorganen zoals de lever en het hart)? Voorbeelden van
systemische toxiciteit: Teratogeniteit gaat over afwijkingen aan de ongeboren vrucht. Softenonbaby:
Thalidomide is een slaapmiddel dat aan zwangere vrouwen werd gegeven -> bleek teratogeen te zijn
-> afwijking aan ongeboren vrucht, zoals onderontwikkelde ledematen.
Tijd: Is er een onmiddellijk effect (remming van de celademhaling) of een uitgesteld effect
(carcinogenese)?
HC 1: Introductie Urban Health
De wereld verstedelijkt en steden groeien. Dit heeft invloed op de gezondheid van de bevolking. De
urbane transitie komt met andere transities die elkaar beïnvloeden. De urbane transitie is bijna in
ieder continent, behalve in Afrika.
Redenen voor groei van steden:
- Migratie van het platteland naar stedelijke gebieden: Betere economische vooruitzichten,
toegang tot meer voorzieningen (scholen, universiteiten, ov).
- Natuurlijke populatie groei: Toename in het aantal personen dat in een stad woont door
geboortes.
- Re-classificatie van rurale gebieden naar stedelijke gebieden: Specifieke locaties worden
aangeduid als stad. Zo worden ook delen van het platteland een stad.
Wat is een stad? Criteria op basis van:
- Soort gezag. Bijvoorbeeld: Hoofdstad, regeringsstad.
- Aantal inwoners.
- Bevolkingsdichtheid.
- Soort en dichtheid van huizen: In steden wordt er vooral in de hoogte gebouwd.
- Economische aspecten: Industrieel of agrarisch gebied?
- Toegang tot diensten (scholen, ziekenhuizen) en infrastructuur.
Criteria verschilt per land en context. In Nederland wordt er gekeken naar
omgevingsadressendichtheid (>500 adressen per km2) voor de mate van stedelijkheid.
Megasteden: Een megastad heeft >10 miljoen inwoners. De meeste megasteden liggen aan zee. In
1995 waren dit er 14, maar nu zijn er al 33. In 2030 zullen dit er naar verwachting 41 zijn.
Voorbeelden: Tokyo, Delhi, Shanghai, Bangkok. Na de Corona pandemie werd Tokyo voor het eerst
kleiner.
Effecten van urbanisatie
Voordelen:
- Economische groei van een land.
- Groeiende toegang tot gezondheidszorg en onderwijs.
- Groeiende werkgelegenheid.
- Groeiende sociale diversiteit en pluriformiteit.
Nadelen:
- Toename auto’s -> meer vervuiling en ongelukken.
- Zittende beroepen -> veranderende leefstijl en toename van aandoeningen zoals hart- en
vaatziekten, kanker en obesitas.
- Sociale isolatie en vermindering van sociaal kapitaal -> geestelijke gezondheidsproblemen.
- Gebrek aan huisvesting -> ontstaan van achterstandswijken en sloppenwijken. Hier kunnen
infectieziekten zich snel verspreiden door slechte hygiëne en vies water.
Urbane transitie blijft zich voortzetten, waardoor Urban Health een belangrijk vakgebied wordt.
Urban Health: Hoe beïnvloedt een stedelijke omgeving de gezondheid? Er zijn meerdere concepten
belangrijk bij het onderzoeken van Urban Health: Urban Health Penalty, Urban Advantage, Urban
Sprawl.
,Urban Health Penalty: De gezondheid van de stedelingen is minder goed dan van mensen die op het
platteland wonen. De stad stelt haar inwoners bloot aan ongezonde omstandigheden. Er is een
toename van gezondheidsproblemen zoals astma, soa’s, geestelijk welzijn en misbruik verdovende
middelen onder stedelingen ten opzichte van plattelandsbewoners.
- Hoge-inkomenslanden: Tijdens industriële revolutie.
- Lage- en middeninkomenslanden: Nu meer van toepassing door de leefomstandigheden in
binnensteden of sloppenwijken. Men is slechter af in de stad dan op het platteland.
Urban Advantage: Sommige gezondheidsindicatoren tonen betere uitkomsten in stedelingen dan in
bewoners op het plattenland. Dit komt door de betere toegang tot zorg en diensten. Dit voordeel
vraagt actieve inzet. Steden moeten beleid inzetten om ongelijkheid tussen stedelingen te bestrijden,
want de omgang van stedelingen met stressoren is afhankelijk van hun sociaaleconomische status en
het type ondersteuning dat ze kunnen krijgen.
Urban Sprawl: Steden breiden zich uit via voorsteden en slokken de omliggende dorpen op. Het is een
combinatie van rijke en arme buurten in één gebied. Dit heeft invloed op de gezondheidszorg. Er is
afhankelijkheid van auto’s om in een metropool te komen (-> ongelukken en vervuiling). Een
combinatie van verschillende factoren verklaart Urban Sprawl.
,HC 2: Sensing the city
Schiphol is 8 decibel stiller geworden, maar de overlast neemt toe. Dit komt doordat het geluid als
gemiddelde over een heel jaar berekend wordt. Je hebt als omwonende geen last van het
gemiddelde, maar van de piek. Hierdoor is de beleving anders dan de metingen. Geluid speelt in
hinderbeleving een minder grote rol dan gedacht
Wanneer burgers meedoen, bijvoorbeeld bij het meten van luchtkwaliteit (meetbuisjes Curieuze
Neuzen), zorgt dit voor grotere bewustwording, samenwerking tussen verschillende instanties en
gedragsverandering.
Citizen science: Wetenschappelijk onderzoek waarbij burgers actief meedoen aan het verzamelen,
analyseren of interpreten van gegevens. Dit is vaak een samenwerking met wetenschappers. Deze
aanpak is bottom-up in plaats van top-down. Citizen sensing: Burgers doen metingen van hun
omgeving. CS komt meestal voort uit publieke bezorgdheid en is gemeenschapsgericht en
onafhankelijk. Er is een open source ethiek: Iedereen heeft toegang tot data.
Waarmee kunnen burgers helpen? Beleidsprogramma’s, gezondheidseffectschatting, ontwikkelen
gebiedsvisie, planvorming, monitoring.
Is Citizen Science nuttig in de stad?
- De urban advantage moet actief onderhouden worden door beleid. Het vereist bewuste
keuzes en ingrepen.
- Citizen Science kan een vorm van burgerlijke interventie (initiatieven, maatschappelijke
betrokkenheid) zijn -> beïnvloeden besluitvorming. We moeten experimenteren, er is behoeft
aan sociaal leren (door samen te doen) en een voortdurend dialoog.
- In vele delen van de wereld zijn er te weinig gedetailleerde gegevens over
gezondheidsverschillen binnen steden. De cijfers zijn te algemeen om te snappen wat er echt
speel. CS is dan erg waardevol, omdat het lokale data levert.
, HC 3: Introductie toxicologie
Toxicologie is de leer der vergiftigen: Welke stoffen zijn giftig? Hoe wordt de mens blootgesteld? Hoe
groot zijn de risico’s en kun je die vermijden?
Er zijn verschillende deelgebieden van de toxicologie:
- Beschrijvende toxicologie: Dierstudies.
- Mechanistische toxicologie: Hoe werkt het?
- Analytische toxicologie: Het meten van stoffen in het lichaam.
- Regulatoire toxicologie: Afleiden van normen.
Toxicologie is een multidisciplinaire wetenschap: Biologie, chemie, genetica. Fysiologie, wiskunde,
medicijnen, farmacologie.
Toxicokinetiek: Wat doet het lichaam met een stof (ADME: Absorptie, distributie, metabolisme,
excretie)? Toxicodynamiek: Wat doet een stof met het lichaam? Bijvoorbeeld irritatie, ontsteking,
narcose, specifieke orgaanschade, carcinogenese.
Onderscheid blootstelling:
- Externe blootstelling: Wat zit er in het milieu en ademen we in?
- Interne blootstelling: Wat zit er in het lichaam?
- Dosis: De hoeveelheid die je van een stof binnenkrijgt.
Verschillende blootstellingsroutes van de mens:
- Oraal: Meestal via voeding.
- Dermaal (via de huid).
- Respiratoir (via de longen).
- Speciale routes, zoals injectie.
Bij toxicodynamiek is het spectrum aan toxische effecten van belang: Plaats, tijd en herstel.
Plaats: Is er een lokaal effect op de plaats van blootstelling (epitheelbeschadiging) of een systemische
effect (stof wordt opgenomen en bereikt doelorganen zoals de lever en het hart)? Voorbeelden van
systemische toxiciteit: Teratogeniteit gaat over afwijkingen aan de ongeboren vrucht. Softenonbaby:
Thalidomide is een slaapmiddel dat aan zwangere vrouwen werd gegeven -> bleek teratogeen te zijn
-> afwijking aan ongeboren vrucht, zoals onderontwikkelde ledematen.
Tijd: Is er een onmiddellijk effect (remming van de celademhaling) of een uitgesteld effect
(carcinogenese)?