Oefentoets HR
Deel 1: Organisatiecultuur
1. Wat wordt bedoeld met "collectieve mentale programmering" volgens
Hofstede?
a) De waarden en normen die een groep onderscheiden van andere groepen
b) De formele regels van een organisatie
c) Individuele opvattingen van medewerkers
d) De fysieke werkomgeving
2. Welke cultuurtypologie is gebaseerd op risico en feedbacksnelheid?
a) Hofstede
b) Deal en Kennedy
c) Kets de Vries en Miller
d) Harrison en Handy
3. Welke cultuur kenmerkt zich door hiërarchie en procedures?
a) Persoonscultuur
b) Taakcultuur
c) Machocultuur
d) Rollencultuur
4. Wat is een voorbeeld van een symbool in een organisatiecultuur?
a) Een jaarlijks kerstfeest
b) Een bedrijfslogo
c) Een bonusregeling
d) Een wekelijkse vergadering
5. Welke cultuur past bij een start-up met weinig regels en veel innovatie?
a) Dwangmatige cultuur
b) Procedurecultuur
c) Machocultuur
d) Taakcultuur
,6. Wat is een kenmerk van een "depressieve cultuur" volgens Kets de Vries en
Miller?
a) Passiviteit en gebrek aan innovatie
b) Veel teamuitjes
c) Sterke focus op controle
d) Hyperactieve leiders
7. Welke laag van de "ui" van Sanders en Neuijen is het minst zichtbaar?
a) Helden
b) Symbolen
c) Grondbeginselen
d) Rituelen
8. Wat is een risico van een "machocultuur"?
a) Trage besluitvorming
b) Te veel focus op lange termijn
c) Gebrek aan helden
d) Korte-termijndenken en individualisme
9. Welke cultuur past bij een ziekenhuis waar fouten ernstige gevolgen kunnen
hebben?
a) Dramatische cultuur
b) Alles-op-één-kaartcultuur
c) Procedurecultuur
d) Hard-werken-en-spelencultuur
10. Wat is een voorbeeld van een ritueel in een organisatie?
a) Een flexibele werkplek
b) Een bonus voor goede prestaties
c) Een maandelijkse teamvergadering
d) Een nieuwe huisstijl
, Deel 2: Leiderschap
11. Welk persoonskenmerk is volgens Yukl (1998) niet typerend voor effectief
leiderschap?
a) Zelfvertrouwen
b) Emotionele instabiliteit
c) Hoog energielevel
d) Technische vaardigheden
12. Wat is het verschil tussen transactioneel en transformationeel leiderschap?
a) Transactioneel leiderschap is altijd beter.
b) Transactioneel leiderschap richt zich op beloningen, transformationeel op
inspiratie.
c) Transactioneel leiderschap is alleen gericht op straf.
d) Transformationeel leiderschap ontbreekt bij crisis.
13. Welke leiderschapsstijl past bij medewerkers met hoge taakvolwassenheid?
a) Ondersteunen
b) Directief leiderschap
c) Sturen
d) Delegeren
14. Wat is een valkuil van narcistisch leiderschap?
a) Trage besluitvorming
b) Risico op fraude en manipulatie
c) Te veel aandacht voor medewerkers
d) Gebrek aan visie
15. Welk model koppelt leiderschapsstijl aan situationele factoren zoals
taakstructuur?
a) Golden Circle
b) Snell & Lepak
c) Fiedlers contingentiemodel
Deel 1: Organisatiecultuur
1. Wat wordt bedoeld met "collectieve mentale programmering" volgens
Hofstede?
a) De waarden en normen die een groep onderscheiden van andere groepen
b) De formele regels van een organisatie
c) Individuele opvattingen van medewerkers
d) De fysieke werkomgeving
2. Welke cultuurtypologie is gebaseerd op risico en feedbacksnelheid?
a) Hofstede
b) Deal en Kennedy
c) Kets de Vries en Miller
d) Harrison en Handy
3. Welke cultuur kenmerkt zich door hiërarchie en procedures?
a) Persoonscultuur
b) Taakcultuur
c) Machocultuur
d) Rollencultuur
4. Wat is een voorbeeld van een symbool in een organisatiecultuur?
a) Een jaarlijks kerstfeest
b) Een bedrijfslogo
c) Een bonusregeling
d) Een wekelijkse vergadering
5. Welke cultuur past bij een start-up met weinig regels en veel innovatie?
a) Dwangmatige cultuur
b) Procedurecultuur
c) Machocultuur
d) Taakcultuur
,6. Wat is een kenmerk van een "depressieve cultuur" volgens Kets de Vries en
Miller?
a) Passiviteit en gebrek aan innovatie
b) Veel teamuitjes
c) Sterke focus op controle
d) Hyperactieve leiders
7. Welke laag van de "ui" van Sanders en Neuijen is het minst zichtbaar?
a) Helden
b) Symbolen
c) Grondbeginselen
d) Rituelen
8. Wat is een risico van een "machocultuur"?
a) Trage besluitvorming
b) Te veel focus op lange termijn
c) Gebrek aan helden
d) Korte-termijndenken en individualisme
9. Welke cultuur past bij een ziekenhuis waar fouten ernstige gevolgen kunnen
hebben?
a) Dramatische cultuur
b) Alles-op-één-kaartcultuur
c) Procedurecultuur
d) Hard-werken-en-spelencultuur
10. Wat is een voorbeeld van een ritueel in een organisatie?
a) Een flexibele werkplek
b) Een bonus voor goede prestaties
c) Een maandelijkse teamvergadering
d) Een nieuwe huisstijl
, Deel 2: Leiderschap
11. Welk persoonskenmerk is volgens Yukl (1998) niet typerend voor effectief
leiderschap?
a) Zelfvertrouwen
b) Emotionele instabiliteit
c) Hoog energielevel
d) Technische vaardigheden
12. Wat is het verschil tussen transactioneel en transformationeel leiderschap?
a) Transactioneel leiderschap is altijd beter.
b) Transactioneel leiderschap richt zich op beloningen, transformationeel op
inspiratie.
c) Transactioneel leiderschap is alleen gericht op straf.
d) Transformationeel leiderschap ontbreekt bij crisis.
13. Welke leiderschapsstijl past bij medewerkers met hoge taakvolwassenheid?
a) Ondersteunen
b) Directief leiderschap
c) Sturen
d) Delegeren
14. Wat is een valkuil van narcistisch leiderschap?
a) Trage besluitvorming
b) Risico op fraude en manipulatie
c) Te veel aandacht voor medewerkers
d) Gebrek aan visie
15. Welk model koppelt leiderschapsstijl aan situationele factoren zoals
taakstructuur?
a) Golden Circle
b) Snell & Lepak
c) Fiedlers contingentiemodel