Latijn
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 3.1 Verschillende goden
Soorten goden/goddelijke machten:
1. De Penaten
2. De Olympische goden
3. Het fatum
De Penaten
De Penaten waren de huisgoden van Troje. Toen Troje in brand stond
vertrouwde de penaten de schim van Hector aan Aeneas toe.
Aeneas nam de Penaten mee op reis en op zoek naar een nieuwe woonplaats.
De Penaten herinneren Aeneas voortdurend aan zijn opdracht omdat de
Penaten een nieuwe woonplaats nodig hadden.
Aan het einde van het gedicht is er nog geen nieuwe stad maar de Penaten
zijn wel verhuisd naar Latium.
Dit borgt een religieuze continuïteit tussen Rome en Troje.
Olympische goden
De rol van Juno is vergelijkbaar met de rol van Poseidon in de Odyssee.
Het ingrijpen van de goden is Homerisch en traditioneel voor een epos.
De goden in de Aeneis doet op twee opzichten Homerisch aan:
1. Het gaat in overeenstemming met het algemene karakter van de
Romeinse godsdienst om veel goden aan te bidden. (Polytheïsme)
2. De meeste goden tonen antropomorfische kenmerken.
- Ondanks dat goden zich in allerlei gedaantes kunnen voordoen,
- worden ze beschreven alsof ze een menselijk gestalte hebben.
Door: Benthe Piena
Vwo 6
, 3.1 Verschillende goden
Soorten goden/goddelijke machten:
1. De Penaten
2. De Olympische goden
3. Het fatum
De Penaten
De Penaten waren de huisgoden van Troje. Toen Troje in brand stond
vertrouwde de penaten de schim van Hector aan Aeneas toe.
Aeneas nam de Penaten mee op reis en op zoek naar een nieuwe woonplaats.
De Penaten herinneren Aeneas voortdurend aan zijn opdracht omdat de
Penaten een nieuwe woonplaats nodig hadden.
Aan het einde van het gedicht is er nog geen nieuwe stad maar de Penaten
zijn wel verhuisd naar Latium.
Dit borgt een religieuze continuïteit tussen Rome en Troje.
Olympische goden
De rol van Juno is vergelijkbaar met de rol van Poseidon in de Odyssee.
Het ingrijpen van de goden is Homerisch en traditioneel voor een epos.
De goden in de Aeneis doet op twee opzichten Homerisch aan:
1. Het gaat in overeenstemming met het algemene karakter van de
Romeinse godsdienst om veel goden aan te bidden. (Polytheïsme)
2. De meeste goden tonen antropomorfische kenmerken.
- Ondanks dat goden zich in allerlei gedaantes kunnen voordoen,
- worden ze beschreven alsof ze een menselijk gestalte hebben.