Inhoud
Vorm en Functie: Zenuwweefsel en hersenen ...........................................................................1
Hoorcollege 1 – Neuronal communication ............................................................................2
Hoorcollege 2 – Snelle synaptische neurotransmissie ......................................................... 13
Hoorcollege 3 – Anatomie van het zenuwstelsel .................................................................. 23
Hoorcollege 4 – Anatomie van het zenuwstelsel .................................................................. 33
Hoorcollege 5 – Neuronale ontwikkeling: vervallen .......................................................... 34
Hoorcollege 6 – Trage neurotransmissie .............................................................................. 35
Hoorcollege 7 – Sensorische systemen ............................................................................... 46
Hoorcollege 8 – Histologie zenuwstelsel ............................................................................. 57
Hoorcollege 9 – Leren en geheugen..................................................................................... 71
Hoorcollege 10 – Neurodegeneratieve ziektes ..................................................................... 79
,Hoorcollege 1 – Neuronal communication
Maandag 3 maart 2025, Ronald van Kesteren
Grondlegger van histologisch vastleggen zenuwweefsel was Santiago Ramón y Cajal (1852-
1934), Nobel Prize in Medicine and Physiology (1906)
Neuronen zijn sterk gepolariseerde cellen die gespecialiseerd zijn in het doorgeven van
elektrische signalen. Ze hebben gespecialiseerde uitlopers die essentieel zijn voor neuronale
communicatie. Neuronen hebben altijd één axon en kunnen meerdere dendrieten hebben.
Axon
• Doorgevende uitlopers: Het axon stuurt signalen van het cellichaam naar andere
neuronen, spieren of klieren.
• Kan kort of lang zijn: De lengte van een axon kan variëren van enkele millimeters tot
meer dan een meter.
• Terminal boutons: Dit zijn de uiteinden van het axon waar synaptische knoppen zich
bevinden.
• Neurotransmitter afgifte: Neurotransmitters worden vrijgegeven vanuit de terminal
boutons om signalen over te dragen naar andere cellen.
Dendrieten
• Ontvangende uitlopers: Dendrieten ontvangen signalen van andere neuronen.
• Ontvangstplaatsen: Dendrieten hebben receptoren die neurotransmitters kunnen
waarnemen en de signalen doorgeven aan het cellichaam.
Zenuwcellen zijn in te delen aan de hand van verschillende criteria:
1. Aantal neurieten
(Pseudo)unipolair, bipolair, multipolair
2. Vorm van dendrieten/dendritische bomen
Piramidale cellen, stellaatcellen, Purkinjecellen
3. Lengte van axon
Projectieneuronen, interneuronen
4. Functie
Afferente neuronen (naar het CZS toe, bijv. sensorische neuronen), efferente
neuronen (van het CZS af, bijv. motorische neuronen)
5. Afscheiding van zenders
glutamatergisch, dopaminerge, cholinerge, enz.
,
,