100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Immunologie DT 2 samenvatting

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
28
Geüpload op
12-03-2025
Geschreven in
2023/2024

Immunologie DT 2 samenvatting, Gezondheidswetenschappen VU

Instelling
Vak










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Geschreven voor

Instelling
Studie
Vak

Documentinformatie

Geüpload op
12 maart 2025
Aantal pagina's
28
Geschreven in
2023/2024
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting DT Immunologie (HC 1/7)
Hoorcollege 1: Introductie immunologie
We hebben een immuunsysteem nodig om infecties te overleven. Soorten
pathogenen:
- Virussen.
- Bacteriën.
- Fungi (schimmels).
- Parasieten.
Verschillende pathogenen hebben verschillende verdedigingsmechanismen nodig
(intra- of extra cellulair).
Met vaccinaties maken we gebruik van het geheugen van ons immuunsysteem.
Het immuunsysteem moet steeds onderscheid maken tussen ‘self’ en ‘not self’.
Soms gaat dit niet goed. We spreken dan van een verstoord immuunsysteem:
- Immuunreactie tegen iets wat ‘self’ is -> auto-immuunziekten (diabetes,
reuma, lupus).
- Immuunreactie tegen iets onschuldigs uit de omgeving -> allergie.
Onderscheid immuunsysteem:
- Innate immune system (aangeboren): Snel, niet specifiek voor een
bepaald pathogeen.
- Adaptive immune system (verworven): Traag, specifiek voor een
bepaald pathogeen, heeft een geheugen.
Cellen van het immuunsysteem:
- Innate immune system: Macrofagen, dendritische cellen, complement
eiwitten, NK-cellen, neutrofielen.
- Adaptive immune system: B-cellen, T-helper cellen (CD4), cytotoxische T-
cellen (CD8).
De hematopoetische stamcellen worden in de beenmerg aangemaakt. Uit de
hematopoetische stamcel ontstaan 2 voorlopercellen:
- Lymfoide cellen -> B-cellen, T-cellen, NK-cellen.
- Myeloide cellen -> Macrofagen, dendritische cellen, neutrofielen.
De meest voorkomende immuuncellen zijn de granulocyten (neutrofielen,
eosinofielen, basofielen).
Er zijn 3 ‘lines of defense’:
1. Barriers.
2. Innate immune system.
3. Adaptive immune
system.

, 1. Barriers:
Er zijn verschillende barriers tussen het lichaam en de omgeving: Haar, huid,
nagels.




De longen en het maag-darmkanaal zijn groot qua oppervlakte -> gevoelig voor
infectie.
2. Innate immune system:
4 tekenen van ontsteking zijn calor, dolor, rubor en tumor = warmte, pijn,
roodheid en zwelling. Wanneer deze 4 tekenen van ontsteking er zijn, weet je dat
het innate immune system aan het werk is.
Hoe verloopt een ontsteking?
- Er ontstaat een wondje, waardoor bijvoorbeeld bacteriën het lichaam
binnentreden.
- De bacteriën zorgen ervoor dat effector cellen cytokines afscheiden.
- Vasodilatatie (verwijden van de bloedvaten) en de toegenomen
permeabiliteit van de bloedvaten zorgen ervoor dat immuuncellen naar de
weefsels kunnen.




Een onderdeel van het innate immune system is het complement systeem. Dit
is een familie van eiwitten die aan pathogenen binden. Fagocyten, zoals
macrofagen, hebben receptoren die het complement systeem op een pathogeen

, herkennen. De macrofagen binden aan het pathogeen en doden de cel
(fagocytose).
Wat doet het complement systeem? Herkenning, het binden van macrofagen aan
het pathogeen, doodmaken van het pathogeen.
Wanneer een macrofaag een pathogeen herkent -> Fagocytose -> productie
cytokines.
Bij extracellulaire pathogenen zijn neutrofielen erg belangrijk. Ze leven maar
heel kort (1-2 dagen).
NK-cellen zijn cytotoxische cellen van het innate immune system. Ze zijn vooral
belangrijk bij virale infecties en doden de geïnfecteerde cel.
Het innate immune system start lokaal in de weefsels. Het zorgt voor:
- Herkenning van het pathogeen.
- Aantrekken van effectorcellen die het pathogeen kunnen doden.
- Activatie van het adaptive immune system.

3. Adaptive immune system:
De primaire lymfoide organen (beenmerg en de thymus) zorgen voor de
aanmaak van de naive B- en T-cellen:
- Beenmerg -> B-cellen.
- Thymus -> T-cellen.
De secundaire lymfoide organen (lymfeknopen, milt) zorgen voor het filteren
van lymfevloeistof en cellen uit de weefsels. Daarnaast zorgen ze voor de
activatie van de B- en T-cellen door te klonen.
De lymfeknopenzijn erg georganiseerd. De B- en de T-cellen gaan naar
verschillende onderdelen van de lymfeknopen, omdat ze andere voorwaarden
voor activatie hebben.
Naive B- en T-cellen circuleren tussen de bloedbaan en de secundaire lymfoide
organen.




B- en T-cellen hebben unieke receptoren waar antigenen aan kunnen binden. De
receptoren zijn allemaal verschillend.
- B-cellen: BCR’s.
$8.95
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
lynnrietveld5
4.0
(1)

Ook beschikbaar in voordeelbundel

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
lynnrietveld5 Vrije Universiteit Amsterdam
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
5
Lid sinds
8 maanden
Aantal volgers
0
Documenten
12
Laatst verkocht
1 maand geleden

4.0

1 beoordelingen

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen