,Psychologie toelatingstoets samenvatting stof toelating 2025 utrecht selectie
,Psychologie toelatingstoets samenvatting stof toelating 2025 utrecht selectie
, Psychologie toelatingstoets samenvatting stof toelating 2025 utrecht selectie
Psychologie Utrecht selectie
Hoofdstuk 1 – biopsychologie van emotie, stress en gezondheid
Biopsychologie van emotie: introductie
De grote gebeurtenissen in de geschiedenis van onderzoek naar de biopsychologie
van emotie
1848: de zaak van Phineas Gage
Er werd een ijzer door zijn gezicht, schedel en brein heen gelanceerd. Gage heeft dit ongeluk
overleefd, maar zijn personaliteit is erna wel veranderd.
Neuropsycholoog John Harlow heeft zijn hoofd bestudeerd na zijn dood, dit wordt nu
tentoongesteld in een museum van Harvard.
1994 computer reconstructie de schade aan het brein had effect op beide mediale
prefontale cortex (hersenschors), deze worden geassocieerd met plannen, het maken van
besluiten en met emoties. Het controleert emotionele impulsen.
1872: Darwins theorie van evolutie en emotie
Volgens Darwin gaan emotionele reacties samen met dezelfde emotionele staten bij alle leden
van een bepaalde soort. Ook zijn de uitingen van emotie producten van de evolutie.
Er zijn 3 hoofd ideeën van Darwins theorie:
1. Uitingen van emotie evolueren van gedrag dat indiceert wat een dier
waarschijnlijk erna gaat doen
2. Als de signalen die van dat gedrag komen het dier dat ze vertoont bevoordeelt,
zullen deze evolueren op manieren die de communicatieve functie uitbreiden. De
originele functie gaat dan misschien verloren.
3. Tegenovergestelde boodschappen hebben ook tegenovergestelde signalen:
tegenovergestelde bewegingen en posturen.
Voorbeeld: de evolutie van threat displays. Agressie en submissie worden op verschillende
manieren laten zien (ook anders dan vroeger)
1884: de eerste psychologische theorie van emotie
James-Lange theorie: emotie-veroorzakende zintuiglijke prikkels worden ontvangen en
geïnterpreteerd in de viscale organen via het autonome zenuwstelsel en ook in de
skeletspieren via het somatische zenuwstelsel. Autonome en somatische reacties triggeren
vervolgens de ervaring van emotie in het brein.
Viscale organen: inwendige organen, bloedvaten en lymfestelsel
Skeletspieren: spieren die met de spieren zijn verbonden, maken veel bewegingen mogelijk
Autonoom zenuwstelsel: betrokken bij automatische processen en reflexen zoals ademen
Somatisch zenuwstelsel: betrokken bij deel waar we wel controle over hebben, stuurt spieren
aan en zorgt dat we kunnen bewegen en praten.
James en Lange emotionele gebeurtenis (bijv. hoge hartslag) triggert autonome activiteit en
gedrag, deze activiteit en gedrag produceren het gevoel van emotie, niet andersom.
1915: Cannon-Bard theorie: emotionele prikkels hebben 2 opwindende effecten; winden
beide het gevoel van emotie in het brein en de uiting van emotie in autonoom en
somatisch zenuwstelsel op.