Eerst werd in de techniekfilosofie de techniek gezien als middel of gebruiksvoorwerp. Nu
wordt techniek gezien als bemiddeling van onze ervaring of begrip van onszelf en de
wereld. Dit is eenempirische wending. Vroeger richtten filosofen zich in hun
onderzoek op techniek in het algemeen, als een massief sociaal en cultureel
verschijnsel. Hierbij benadrukten ze de negatieve gevolgen ervan.
Bijvoorbeeldvervreemding: denk aan de lopende bandwerk, waar arbeiders geen
binding meer hebben met wat ze maken en inwisselbaar zijn.
Ihde
Techniek moet niet gezien worden als verstoring van authentieke relaties tussen mens
en wereld, maar juist als eenmediumvoor deze relaties. Ze zorgen niet alleen voor
vervreemding, maar ze scheppen ook nieuwe relaties tussen mens en wereld:
● nieuwe sociale interacties
● nieuwe morele relaties
● nieuwe wetenschappelijke waarnemingen
Kockelkoren
Hoe we omgaan met techniek, verandert onze zintuiglijke ervaring. Techniek biedt ons
een nieuwe blik, en onze zintuigen lijven de techniek in.
Decentreren: Nieuwe techniek waar we vreemd tegenover staan. Deze nieuwe techniek
haalt ons uit ons gebalanceerde middelpunt. We moeten eerst de nieuwe techniek ons
eigen maken (inlijven).
Recentreren: Nadat je deze techniek hebt ingelijfd, moet je je recentreren. Hiermoet je
jezelf weer als middelpunt zien te vinden en keer je terug naar je eigen, nieuwe
waarneming. Je moet eraan gewend raken.
Primaire tekst: Wanneer mensen voor het eerst in de trein stapten, ontstonden er
treinziektes: mensen werden gedecentreerd, alles beweegt snel, je ruikt en hoort andere
dingen en je werd gedesoriënteerd. Na een tijd leerden mensen zich recentreren en
werd de trein ingelijfd: een nieuw technisch bemiddeld regime van zintuiglijkheid werd
eigen.
1
, Verbeek
Onze omgang met techniek verandert ons moreel oordeelsvermogen.
Moreel oordeelsvermogen: Het vermogen om morele keuzes te maken.
Onze waarnemingen en interpretaties kunnen veranderen door technologie. De manier
hoe we technologie gebruiken om de wereld waar te nemen en te begrijpen, beïnvloedt
de manier waarop we morele oordelen maken.
Primaire tekst:Door de blikin de baarmoeder bij de techniek ‘echoscopie’ biedt kan nu de
gezondheidstoestand van het ongeboren kind vaststellen. Dit roept morele vragen op.
De rol van echoscopie heeft hier een aantal karakteristieken.
1) De foetus alspersoon: Het beeld is zeer realistisch. Dat wekt de suggestie dat je
naar een bijna volgroeide baby kijkt en onafhankelijk van het lichaam van zijn of
haar moeder.àfetal personhood:de foetus wordt een persoon
2) De foetus totpatiënt: Wanneer er afwijkingen aan het ongeboren kind worden
gezien, wordt deze gezien als patiënt. Gevolg hiervan is dat zwangerschap een
keuzeproces wordt: Wil je dat ongeboren kind wel, want eigenlijk veroorzaak je
dan leed?
3) Relatie tussen ongeboren kind en ouders: maar maakt ouders ookbeslissers:
enerzijds ontmoedigt deze technologie abortus, omdat het een emotionele band
tussen ongeboren kind en ouders versterkt. Anderzijds moedigt het abortus aan,
omdat het nu mogelijk is om lijden te voorkomen.
De Mul
Volgens de Mul verandert hedendaagse techniek onze identiteit. Hij gaat uit van
natuurlijke kunstmatigheid: mens en techniek gaan hand in hand met elkaar.
umanisme:Beschrijft de mens als een redelijk wezen met zelfbewustzijn, een eigen
H
wil heeft en de vrijheid heeft om zelf keuzes te maken.
e Mul zegt dat we op een punt staan in de geschiedenis van de aarde waarop de mens
D
van aard zal veranderen, een transformatieproces. Hij zegt dat de mens met behulp van
techniek de natuurlijke selectie kan beïnvloeden. Met onze huidige techniek kunnen wij
proberen te voorspellen welke mogelijke en welke richting de evolutie op zal gaan.
→ speculatieve antropologie: speculeren over het toekomstige wezen van de mens
2