Samenvatting cursus 6 argumenteren.
Argumenteren §6
- Feitelijk argument: een argument met een feitelijke uitspraak.
- Waarderend argument: geeft aan dat iets (on)wenselijk, (on)gepast, goed of slecht, mooi of
lelijk is. Over een waarderend argument kun je van mening verschillen, over een feitelijk
argument niet.
- Met een tegenargument ontkracht je een standpunt.
- Met een weerlegging ontkracht je een argument.
Argumentatieschema’s
- Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg: er wordt van uitgegaan dat een feit of
gebeurtenis zal leiden tot een ander feit of gebeurtenis.
- Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap: Als een groep hetzelfde kenmerk heeft,
heeft één onderdeel van die groep dat kenmerk ook.
- Argumentatie op basis van voor- en nadelen: voordelen worden vergeleken met nadelen, en
op basis van de uitkomst wordt er een oordeel uitgesproken. Wanneer iemand alleen
voordelen of nadelen noemt is er sprake van argumentatie op basis van voor-/nadelen.
- Argumentatie op basis van voorbeelden: Wanneer een standpunt ondersteund wordt door
voorbeelden, de voorbeelden zijn dan argumenten.
- Argumentatie op basis van vergelijking: wanneer er een vergelijking wordt gemaakt tussen
twee gevallen en er een overeenkomst wordt geconstateerd: omdat het in het ene geval zo is,
zal het bij het andere ook wel zo zijn.
- Argumentatie op basis van autoriteit: wanneer een standpunt wordt ondersteund door een
uitspraak van een deskundige of gezaghebbende bron, bijvoorbeeld wetenschappelijk
onderzoek.
Drogredenen
- Drogredenen: fouten in argumentaties.
Onjuist gebruik van een argumentatieschema:
- Onjuist beroep op oorzaak-gevolgschema: 1. De genoemde oorzaak is niet voldoende om tot
het voorspelde gevolg te leiden. 2. Het genoemde gevolg kan andere oorzaken hebben dan
de oorzaak die genoemd wordt. 3. Wanneer er een relatie wordt gelegd tussen twee zaken
die gelijktijdig of kort na elkaar gebeuren terwijl die relatie er niet is.
- Onjuist beroep op kenmerk- of eigenschapsschema: Wanneer een bepaald kenmerk wordt
benadrukt terwijl andere relevante kenmerken worden genegeerd. Snel oordeel op basis van
tattoos bijvoorbeeld.
- Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen: Als gevolgen
van een handeling heel erg worden overdreven.
- Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: vals dilemma: Wanneer er wordt gedaan alsof
er maar twee – elkaar uitsluitende – mogelijkheden zijn, terwijl er meer mogelijkheden zijn.
Het vals dilemma is dan het standpunt.
- Onjuist beroep op voorbeeldschema: overhaaste generalisatie: wanneer er op basis van één
of enkele gevallen een conclusie wordt getrokken voor een hele groep of alle mensen.
Argumenteren §6
- Feitelijk argument: een argument met een feitelijke uitspraak.
- Waarderend argument: geeft aan dat iets (on)wenselijk, (on)gepast, goed of slecht, mooi of
lelijk is. Over een waarderend argument kun je van mening verschillen, over een feitelijk
argument niet.
- Met een tegenargument ontkracht je een standpunt.
- Met een weerlegging ontkracht je een argument.
Argumentatieschema’s
- Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg: er wordt van uitgegaan dat een feit of
gebeurtenis zal leiden tot een ander feit of gebeurtenis.
- Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap: Als een groep hetzelfde kenmerk heeft,
heeft één onderdeel van die groep dat kenmerk ook.
- Argumentatie op basis van voor- en nadelen: voordelen worden vergeleken met nadelen, en
op basis van de uitkomst wordt er een oordeel uitgesproken. Wanneer iemand alleen
voordelen of nadelen noemt is er sprake van argumentatie op basis van voor-/nadelen.
- Argumentatie op basis van voorbeelden: Wanneer een standpunt ondersteund wordt door
voorbeelden, de voorbeelden zijn dan argumenten.
- Argumentatie op basis van vergelijking: wanneer er een vergelijking wordt gemaakt tussen
twee gevallen en er een overeenkomst wordt geconstateerd: omdat het in het ene geval zo is,
zal het bij het andere ook wel zo zijn.
- Argumentatie op basis van autoriteit: wanneer een standpunt wordt ondersteund door een
uitspraak van een deskundige of gezaghebbende bron, bijvoorbeeld wetenschappelijk
onderzoek.
Drogredenen
- Drogredenen: fouten in argumentaties.
Onjuist gebruik van een argumentatieschema:
- Onjuist beroep op oorzaak-gevolgschema: 1. De genoemde oorzaak is niet voldoende om tot
het voorspelde gevolg te leiden. 2. Het genoemde gevolg kan andere oorzaken hebben dan
de oorzaak die genoemd wordt. 3. Wanneer er een relatie wordt gelegd tussen twee zaken
die gelijktijdig of kort na elkaar gebeuren terwijl die relatie er niet is.
- Onjuist beroep op kenmerk- of eigenschapsschema: Wanneer een bepaald kenmerk wordt
benadrukt terwijl andere relevante kenmerken worden genegeerd. Snel oordeel op basis van
tattoos bijvoorbeeld.
- Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen: Als gevolgen
van een handeling heel erg worden overdreven.
- Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: vals dilemma: Wanneer er wordt gedaan alsof
er maar twee – elkaar uitsluitende – mogelijkheden zijn, terwijl er meer mogelijkheden zijn.
Het vals dilemma is dan het standpunt.
- Onjuist beroep op voorbeeldschema: overhaaste generalisatie: wanneer er op basis van één
of enkele gevallen een conclusie wordt getrokken voor een hele groep of alle mensen.