PLURIFORME SAMENLEVING
Nederland is een Pluriforme samenleving; een land waarin
mensen van verschillende sociale klassen, godsdiensten en
levensstijlen samenleven. Om tot een goede samenleving te
kunnen vormen hebben communicatiemiddelen een grote rol
gespeeld. Denk hierbij aan telegrafie of spoorwegen. Pas toen
afstanden kleiner werden raakten Nederlanders meer
betrokken bij elkaar. Na de totstandkoming van treinen werd
ook overal dezelfde tijdsrekening ingevoerd.
In Nederland is een klimaat van tolerantie noodzakelijk;
1. Morele geografie (Simon Schama); Het dicht op elkaar leven van mensen op
een klein grondgebied heeft invloed op de manier waarop mensen met elkaar
omgaan.
2. Pragmatische keuze (eerste vorm tolerantie); In een land met religieuze
minderheden is de maatschappelijke vrede kwetsbaar. Als een land leeft van
handel over de grenzen hoeft het zich niet druk te maken over culture
verschillen. Het profijt woog zwaarder dan de principes van het geloof.
Tolerantie in het verleden:
1. Schuilkerken; Katholieken waren niet toegestaan, daarom werden er kerken
gebouwd die aan de buitenkant ‘oplosten’ en niet herkenbaar waren. Ook
mochten ze tot 1795 geen bestuursfunctie bekleden, ze werden namelijk niet
als volwaardige burgers gezien in het protestantse Nederland.
2. Vrijheid van geweten; Je mocht er bepaalde denkbeelden op na houden, toch
konden deze niet in het openbaar worden geuit. Joden en christenen mochten
bijvoorbeeld niet met elkaar trouwen.
3. Principiële kant; Velen waren ervan overtuigd dat er een vrijheid van denken
moest zijn. Ook werden er veel immigranten en vluchtelingen opgevangen. Ze
hadden hier een bovengemiddelde vrijheid en welvaart.
Vroeger was naar onze huidige maatstaven de openheid voor verschillen beperkt,
maar toch was Nederland verdraagzamer dan de meeste andere landen.
De cultuur die is ontwikkeld in een lange geschiedenis is omschreven met de
woorden poldermodel/ pacificatiedemocratie.
Het vermogen van onze samenleving om conflicten te vermijden of dempen is sterk
ontwikkeld. Voortdurend werd er gezocht naar een middenweg, een vergelijk tussen
uiteenlopende tradities. Verschillen moesten niet ontaarden in onbeheersbare
conflicten. Dit gaat hand in hand met conformisme: het verlangen om zich aan te
passen aan de opvattingen en gedragingen van de meerderheid in de samenleving.
Sinds de moorden van Pim Fortuyn en Theo van Gogh zijn de politieke en sociale
conflicten scherper geworden. Een van de belangrijkste oorzaken hiervan is
globalisering waardoor landen onafhankelijker werden.
, Scherpere vormen van concurrentie, het proces waarbij de
tegenstellingen tussen groepen groter wordt, word polarisatie
genoemd.
Door dit alles zou de sociale cohesie in Nederland onder druk staan; het vertrouwen
van burgers in elkaar en in de overheid zou afbrokkelen, de maatschappelijke
samenhang zou steeds minder worden.
Mensen die langdurig met elkaar optrekken ontwikkelen een cultuur; Alle waarden en
normen en andere aangeleerde kenmerken die de leden van een groep of
samenleving met elkaar gemeen hebben en als vanzelfsprekend beschouwen.
Veranderingen in cultuur in Nederland:
Nederland in minder afhankelijk geworden van geloven en is minder actief in
religieus verband.
Rechten van kwetsbare groepen worden meer gewaarborgd; kinderen,
vrouwen, homoseksuelen of etnische en religieuze minderheden.
Afschaffing slavernij; vroeger heel normaal, nu ondenkbaar.
Functies van een cultuur:
Het bepaalt een deel van je persoonlijkheid ; hoe mensen zich kleden,
godsdienst, muziek, sociale media, etc.
Het zorgt voor een gemeenschappelijk referentiekader; dezelfde normen,
waarden en gewoonten, zodat ze elkaar kunnen begrijpen.
Het werkt gedragsregulerend; het doet het gedrag van mensen geordend en
voorspelbaar verlopen.
Er is in een samenleving altijd een dominante cultuur; het geheel van waarden,
normen en kenmerken dat door de meeste mensen
binnen een samenleving wordt geaccepteerd.
Een specifieke groep die eigen waarden, normen en
andere kenmerken ontwikkelt die afwijken van de
dominante cultuur wordt een subcultuur genoemd.
Groepen die zich verzetten tegen de dominante cultuur of
een bedreiging vormen heten tegenculturen.
Cultuur wordt overgedragen via socialisatie; het proces
Nederland is een Pluriforme samenleving; een land waarin
mensen van verschillende sociale klassen, godsdiensten en
levensstijlen samenleven. Om tot een goede samenleving te
kunnen vormen hebben communicatiemiddelen een grote rol
gespeeld. Denk hierbij aan telegrafie of spoorwegen. Pas toen
afstanden kleiner werden raakten Nederlanders meer
betrokken bij elkaar. Na de totstandkoming van treinen werd
ook overal dezelfde tijdsrekening ingevoerd.
In Nederland is een klimaat van tolerantie noodzakelijk;
1. Morele geografie (Simon Schama); Het dicht op elkaar leven van mensen op
een klein grondgebied heeft invloed op de manier waarop mensen met elkaar
omgaan.
2. Pragmatische keuze (eerste vorm tolerantie); In een land met religieuze
minderheden is de maatschappelijke vrede kwetsbaar. Als een land leeft van
handel over de grenzen hoeft het zich niet druk te maken over culture
verschillen. Het profijt woog zwaarder dan de principes van het geloof.
Tolerantie in het verleden:
1. Schuilkerken; Katholieken waren niet toegestaan, daarom werden er kerken
gebouwd die aan de buitenkant ‘oplosten’ en niet herkenbaar waren. Ook
mochten ze tot 1795 geen bestuursfunctie bekleden, ze werden namelijk niet
als volwaardige burgers gezien in het protestantse Nederland.
2. Vrijheid van geweten; Je mocht er bepaalde denkbeelden op na houden, toch
konden deze niet in het openbaar worden geuit. Joden en christenen mochten
bijvoorbeeld niet met elkaar trouwen.
3. Principiële kant; Velen waren ervan overtuigd dat er een vrijheid van denken
moest zijn. Ook werden er veel immigranten en vluchtelingen opgevangen. Ze
hadden hier een bovengemiddelde vrijheid en welvaart.
Vroeger was naar onze huidige maatstaven de openheid voor verschillen beperkt,
maar toch was Nederland verdraagzamer dan de meeste andere landen.
De cultuur die is ontwikkeld in een lange geschiedenis is omschreven met de
woorden poldermodel/ pacificatiedemocratie.
Het vermogen van onze samenleving om conflicten te vermijden of dempen is sterk
ontwikkeld. Voortdurend werd er gezocht naar een middenweg, een vergelijk tussen
uiteenlopende tradities. Verschillen moesten niet ontaarden in onbeheersbare
conflicten. Dit gaat hand in hand met conformisme: het verlangen om zich aan te
passen aan de opvattingen en gedragingen van de meerderheid in de samenleving.
Sinds de moorden van Pim Fortuyn en Theo van Gogh zijn de politieke en sociale
conflicten scherper geworden. Een van de belangrijkste oorzaken hiervan is
globalisering waardoor landen onafhankelijker werden.
, Scherpere vormen van concurrentie, het proces waarbij de
tegenstellingen tussen groepen groter wordt, word polarisatie
genoemd.
Door dit alles zou de sociale cohesie in Nederland onder druk staan; het vertrouwen
van burgers in elkaar en in de overheid zou afbrokkelen, de maatschappelijke
samenhang zou steeds minder worden.
Mensen die langdurig met elkaar optrekken ontwikkelen een cultuur; Alle waarden en
normen en andere aangeleerde kenmerken die de leden van een groep of
samenleving met elkaar gemeen hebben en als vanzelfsprekend beschouwen.
Veranderingen in cultuur in Nederland:
Nederland in minder afhankelijk geworden van geloven en is minder actief in
religieus verband.
Rechten van kwetsbare groepen worden meer gewaarborgd; kinderen,
vrouwen, homoseksuelen of etnische en religieuze minderheden.
Afschaffing slavernij; vroeger heel normaal, nu ondenkbaar.
Functies van een cultuur:
Het bepaalt een deel van je persoonlijkheid ; hoe mensen zich kleden,
godsdienst, muziek, sociale media, etc.
Het zorgt voor een gemeenschappelijk referentiekader; dezelfde normen,
waarden en gewoonten, zodat ze elkaar kunnen begrijpen.
Het werkt gedragsregulerend; het doet het gedrag van mensen geordend en
voorspelbaar verlopen.
Er is in een samenleving altijd een dominante cultuur; het geheel van waarden,
normen en kenmerken dat door de meeste mensen
binnen een samenleving wordt geaccepteerd.
Een specifieke groep die eigen waarden, normen en
andere kenmerken ontwikkelt die afwijken van de
dominante cultuur wordt een subcultuur genoemd.
Groepen die zich verzetten tegen de dominante cultuur of
een bedreiging vormen heten tegenculturen.
Cultuur wordt overgedragen via socialisatie; het proces