Les 1
Minoïsche bouwkunst;
Grote open ruimte, zonder directe
afscheidingen. Geen verdedigingsmuren.
Materiaalgebruik:
- Kalksteen
- Gebakken kleisteen in houten vakwerk deuren en ramen ook van hout
- Versieringen muurschilderingen op gipspleiter (geschilderd en tekeningen gemaakt)
Zware zuilen, taps toelopend
Centrum van belang: grote open ruimte.
Myceense bouwkunst;
Tegenstelling tot Minoïsche beschaving is grote zware verdedigingsmuren van ruw behakte stenen.
Ontmoetingsruimte bij Minoïsche bouwkunst open en bij
Myceense bouwkunst gesloten.
Verdekte rechthoekige ruimte in centrum was belangrijk.
Gebruik van metselwerk, rechthoekige of veelhoekige
behakte stenen, mbv leem op elkaar gelegd en afgewerkt
net pleisterlaag.
De hoofdtoegang naar de burcht: de leeuwenpoort. Vaak beelden gebruikt bij de poort.
Bouwtechniek is constructie.
Typische kenmerken van Griekse tempels:
- Wat vond men toen belangrijk
- Uit kalksteen en gebakken klei opgebouwd
- Welke materialen werden voor ongewone Griekse gebouwen gebruikt
- Symmetrie, geen duidelijke ingang, bij romeinen wel duidelijke entree.
- Geen directe voorgevel of entree
- Duidelijke maatsystemen
- Menselijke maat
- Gebouwd voor het aanbidden van goden (Religie toen belangrijk en moest werden
aangeprezen, daarom veel in het zicht)
Romeinse en Griekse bouwkunst vrijwel dezelfde uitgangspunten en dezelfde reden tot het maken
van bouwwerken.
Daarnaast kwamen de romeinen ook voor het eerst met boogconstructies, waardoor een nieuw soort
gebouw ontstond: tempels, basilica’s, theaters, amfitheaters, badhuizen, paleizen.
,Griekse bouwkunst kende 3 orden:
Dorische – monumentaler, spiraalvormiger, zware bouwvormen.
Corinsthisch
Ionisch – elegant, luxer dan Dorisch.
Corinthische – variant op ionische orde, maar slanker en eleganter. Dorisch
Ionisch
Romeinse bouwkunst kende er 5:
Dezelfde als de Griekse bouwkunst en de volgende 2;
Toscaanse orde – eenvoudigste orde, voornamelijk voor utilitaire
gebouwen.
Toscaans
Composiet orde – rijk gedecoreerd en is combinatie van ionische en
corinthische.
Composiet
Uiterlijk van de zuilen aangepast. Steeds meer
kleurgebruik en slankere vormen.
Romeinse tempel vaak een rechthoekige basis, ronde
zuilen en een zadeldak met timpaan. In sommige
gevallen was basis rond.
De eerste Griekse (maar ook Romeinse) tempels waren
gemaakt van een houten constructie. Dit bepaalde
onder andere de uiterlijke kenmerken van de eerste
stenen tempels.
Voor zwaar muurwerk
hadden de Romeinen
al een soort
betontechniek
ontwikkeld. Hierbij
werden eerst twee
muurvlakken
gemetseld van platte
bakstenen of
natuursteen. De
tussenruimte werd vervolgens volgestort met een soort 'beton’ een
mengsel van brokken steen en een mortel van kalk, zand en water.
De beide muurvlakken werden op regelmatige afstanden onderling
gekoppeld door platte stenen (een soort koppelstaven).
, Boogconstructie is belangrijke romeinse uitvinding en berust op wigvormige stenen. Stenen worden
namelijk naar beneden getrokken door zwaartekracht en komen door een wig klem te zitten.
De koepel van het Pantheon bestaat uit een
constructie van diepe cassetten waartussen beton is gestort. In ongeveer 6 meter dikke muur waar de
koepel op rust zijn acht diepe nissen gemaakt, waarvan één de ingang is. De spatkracht van de koepel
wordt door in het koepelgewelf verwerkte bogen op geconcentreerde punten op de zware
muurdelen tussen de nissen overgebracht.
Les 2
Romaanse architectuur was eerste kenmerkende stijl die zich sinds het romeinse rijk over Europa
verspreidde en ontstond doordat de christelijke kerk rond 500 na Chr. In Europa opkwam. Doordat
christendom steeds belangrijker werd, kwam ook meer behoeften aan kerken.
Romaanse bouwkunst
Met het verval van Rome overleefden de Romeinse bouwmethoden tot
op zekere hoogte in West-Europa. In de meer noordelijke landen waren
Romeinse bouwstijlen en –technieken echter vrijwel nooit
overgenomen, terwijl ze in Scandinavië zelfs onbekend waren. De kennis
van gewelfbouw zoals die door de Romeinen werd toegepast, moest in
West-Europa opnieuw worden ontwikkeld. Ook het maken van baksteen
werd opnieuw ‘uitgevonden’.
Val van Rome -> introductie van christendom -> Rome bloeide op
Belangrijke gebouwen vooral van steen, maar ook van hout. Gebouwen
uit deze tijd minder in tact gebleven omdat ze van hout werden gemaakt
Kenmerken van Romaanse stijl:
- Zware muren en kleine ramen
- De rondboog > deze heeft zowel decoratieve als constructieve functie
- Eenvoudige stenen gewelven. Eerste ton gewelven (of tunnelgewelven), daarna ook kruis- en
ribgewelven