Samenvatting Consolidatie
Theoretisch gedeelte / Deel 1 Syllabus ................................................................................................... 2
Deel 2: Consolidatie................................................................................................................................. 5
H2 Regelgeving geconsolideerde jaarrekening ................................................................................... 5
H4 Integrale consolidatie van 100% deelnemingen – nettovermogenswaarde ..................................... 5
4.2.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen NVW .................................................................. 7
4.3.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen NVW 2e jaar....................................................... 8
4.2.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen NVW ....................................................................... 9
4.3.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen NVW 2e jaar.......................................................... 10
H5 – integrale consolidatie niet-100% deelnemingen – NVW .............................................................. 11
5.2.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW ........................................................ 12
5.3.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW 2e jaar ............................................. 13
5.2.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW ............................................................. 15
5.3.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW 2e jaar .................................................. 16
H6 – integrale consolidatie 100% deelnemingen –verkrijgingsprijs ..................................................... 17
6.2.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs ............................................... 19
6.3.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar.................................... 20
6.2.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs .................................................... 21
6.3.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ........................................ 21
H7 – integrale consolidatie niet-100% deelnemingen – verkrijgingsprijs ............................................. 23
7.2.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs ....................................... 24
7.3.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ............................ 25
6.2.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs ............................................ 27
6.3.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ................................. 27
H8 – Proportionele consolidatiemethode ............................................................................................. 29
H9 Capita selecta ................................................................................................................................... 30
9.1.1 Sidestream niet afnemend belang ........................................................................................... 30
9.1.2 Sidestream afnemend belang .................................................................................................. 31
9.2.1 Downstream Intercompany levering van een materieel vast actief ........................................ 34
9.2.2 Upstream intercompany levering van een materieel vast actief ............................................. 35
1
,Theoretisch gedeelte / Deel 1 Syllabus
Juridisch kader: NL wetgeving: Titel 1 en titel 9 BW 2 en de richtlijnen van de Raad voor de
Jaarverslaggeving.
Dochtermaatschappij
- Relevant voor de bepaling of er sprake is van een deelneming en het vaststellen van de
consolidatiekring
- Artikel 24a (titel 1 BW2)
Deelneming
- Artikel 24c (titel 1 BW2)
- Voor eigen rekening (dus niet voor rekening van een ander, zoals criminelen)
- Kapitaal verschaffen of doen verschaffen (doen verschaffen betekent bijv. via de bank)
- Duurzaam verbonden zijn
- Ten dienste van de eigen werkzaamheid (vanuit eigen onderneming/activiteiten een
bedoeling hebben met de deelname)
- Bij 1/5 of meer van het geplaatste kapitaal wordt het bestaan van een deelneming vermoed
Waardering kapitaalbelangen
- BW2, titel 9, afdeling 6
- Voorschriften omtrent de grondslagen van waardering en van de bepaling van het resultaat
- Artikel 384: rechtstreekse waardering van de aandelen (verkrijgingsprijs)
- Artikel 389: waardering deelneming (achterliggende activa en verplichtingen) (nvw)
2
,Wettelijke reserve deelneming
- Artikel 389, lid 6
- Ter hoogte van het verschil tussen de waardering van de deelneming op balansdatum en de
activering op verkrijgingsmoment.
- Opnemen wanneer moeder niet kan beslissen over dividenduitkering
- Vorming mag zowel ten laste van de netto winst als ten laste van de overige reserves.
Waardering deelneming zonder invloed van betekenis: Verkrijgingsprijs
Casus: A verwerft een 40% belang in B tegen contante betaling van € 280.000. B is een deelneming
zonder invloed van betekenis en wordt gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs.
Verwerving:
0.. Deelneming € 280.000
1.. Aan Bank € 280.000
Resultaat deelneming:
Bij verkrijgingsprijs leidt dit niet tot een boeking bij de moeder
Dividend:
Aan te merken als resultaat van de deelnemende rechtspersoon. Wordt geboekt op moment dat de
deelneming het dividend declareert.
B declareert een dividend van € 50.000:
1.. Te vorderen dividend (40% x 50.000) € 20.000
9.. Aan Dividend opbrengst € 20.000
Stel dat het dividend is meegekocht (cum dividend):
B declareert een dividend van € 100.000 net nadat A het belang heeft verworven, cum dividend:
1.. Te vorderen dividend (40% x 100.000) € 40.000
0.. Aan Deelneming € 40.000
Waardering op actuele waarde
Stel de actuele waarde van het belang in B stijgt met € 40.000 en A waardeert B tegen actuele
waarde:
0.. Deelneming € 40.000
0.. Aan Herwaarderingsreserve € 40.000
Bij een daling luidt de journaalpost andersom, tenzij de boekwaarde onder de oorspronkelijke
verkrijgingsprijs daalt. Stel de waarde daalt later met € 60.000:
0.. Herwaarderingsreserve € 40.000
9.. Verlies op deelneming € 20.000
0.. Aan Deelneming € 60.000
Deze herwaarderingsreserve wordt gerealiseerd op het moment van verkoop van de deelneming.
3
, Inkoop van eigen aandelen
- Artikel 385 lid 5
Stel A koopt voor € 100.000 eigen aandelen in van haar aandeelhouders per bank:
0.. Overige reserves € 100.000
1.. Aan Bank € 100.000
Deze journaalpost wordt ook gemaakt wanneer een dochtermaatschappij van A aandelen koopt van
een aandeelhouder van A. In dat geval moet de moedermaatschappij dit bedrag van haar deelneming
afboeken.
4
Theoretisch gedeelte / Deel 1 Syllabus ................................................................................................... 2
Deel 2: Consolidatie................................................................................................................................. 5
H2 Regelgeving geconsolideerde jaarrekening ................................................................................... 5
H4 Integrale consolidatie van 100% deelnemingen – nettovermogenswaarde ..................................... 5
4.2.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen NVW .................................................................. 7
4.3.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen NVW 2e jaar....................................................... 8
4.2.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen NVW ....................................................................... 9
4.3.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen NVW 2e jaar.......................................................... 10
H5 – integrale consolidatie niet-100% deelnemingen – NVW .............................................................. 11
5.2.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW ........................................................ 12
5.3.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW 2e jaar ............................................. 13
5.2.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW ............................................................. 15
5.3.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen NVW 2e jaar .................................................. 16
H6 – integrale consolidatie 100% deelnemingen –verkrijgingsprijs ..................................................... 17
6.2.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs ............................................... 19
6.3.1 Downstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar.................................... 20
6.2.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs .................................................... 21
6.3.2 Upstream leveringen 100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ........................................ 21
H7 – integrale consolidatie niet-100% deelnemingen – verkrijgingsprijs ............................................. 23
7.2.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs ....................................... 24
7.3.1 Downstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ............................ 25
6.2.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs ............................................ 27
6.3.2 Upstream leveringen niet-100% deelnemingen verkrijgingsprijs 2e jaar ................................. 27
H8 – Proportionele consolidatiemethode ............................................................................................. 29
H9 Capita selecta ................................................................................................................................... 30
9.1.1 Sidestream niet afnemend belang ........................................................................................... 30
9.1.2 Sidestream afnemend belang .................................................................................................. 31
9.2.1 Downstream Intercompany levering van een materieel vast actief ........................................ 34
9.2.2 Upstream intercompany levering van een materieel vast actief ............................................. 35
1
,Theoretisch gedeelte / Deel 1 Syllabus
Juridisch kader: NL wetgeving: Titel 1 en titel 9 BW 2 en de richtlijnen van de Raad voor de
Jaarverslaggeving.
Dochtermaatschappij
- Relevant voor de bepaling of er sprake is van een deelneming en het vaststellen van de
consolidatiekring
- Artikel 24a (titel 1 BW2)
Deelneming
- Artikel 24c (titel 1 BW2)
- Voor eigen rekening (dus niet voor rekening van een ander, zoals criminelen)
- Kapitaal verschaffen of doen verschaffen (doen verschaffen betekent bijv. via de bank)
- Duurzaam verbonden zijn
- Ten dienste van de eigen werkzaamheid (vanuit eigen onderneming/activiteiten een
bedoeling hebben met de deelname)
- Bij 1/5 of meer van het geplaatste kapitaal wordt het bestaan van een deelneming vermoed
Waardering kapitaalbelangen
- BW2, titel 9, afdeling 6
- Voorschriften omtrent de grondslagen van waardering en van de bepaling van het resultaat
- Artikel 384: rechtstreekse waardering van de aandelen (verkrijgingsprijs)
- Artikel 389: waardering deelneming (achterliggende activa en verplichtingen) (nvw)
2
,Wettelijke reserve deelneming
- Artikel 389, lid 6
- Ter hoogte van het verschil tussen de waardering van de deelneming op balansdatum en de
activering op verkrijgingsmoment.
- Opnemen wanneer moeder niet kan beslissen over dividenduitkering
- Vorming mag zowel ten laste van de netto winst als ten laste van de overige reserves.
Waardering deelneming zonder invloed van betekenis: Verkrijgingsprijs
Casus: A verwerft een 40% belang in B tegen contante betaling van € 280.000. B is een deelneming
zonder invloed van betekenis en wordt gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs.
Verwerving:
0.. Deelneming € 280.000
1.. Aan Bank € 280.000
Resultaat deelneming:
Bij verkrijgingsprijs leidt dit niet tot een boeking bij de moeder
Dividend:
Aan te merken als resultaat van de deelnemende rechtspersoon. Wordt geboekt op moment dat de
deelneming het dividend declareert.
B declareert een dividend van € 50.000:
1.. Te vorderen dividend (40% x 50.000) € 20.000
9.. Aan Dividend opbrengst € 20.000
Stel dat het dividend is meegekocht (cum dividend):
B declareert een dividend van € 100.000 net nadat A het belang heeft verworven, cum dividend:
1.. Te vorderen dividend (40% x 100.000) € 40.000
0.. Aan Deelneming € 40.000
Waardering op actuele waarde
Stel de actuele waarde van het belang in B stijgt met € 40.000 en A waardeert B tegen actuele
waarde:
0.. Deelneming € 40.000
0.. Aan Herwaarderingsreserve € 40.000
Bij een daling luidt de journaalpost andersom, tenzij de boekwaarde onder de oorspronkelijke
verkrijgingsprijs daalt. Stel de waarde daalt later met € 60.000:
0.. Herwaarderingsreserve € 40.000
9.. Verlies op deelneming € 20.000
0.. Aan Deelneming € 60.000
Deze herwaarderingsreserve wordt gerealiseerd op het moment van verkoop van de deelneming.
3
, Inkoop van eigen aandelen
- Artikel 385 lid 5
Stel A koopt voor € 100.000 eigen aandelen in van haar aandeelhouders per bank:
0.. Overige reserves € 100.000
1.. Aan Bank € 100.000
Deze journaalpost wordt ook gemaakt wanneer een dochtermaatschappij van A aandelen koopt van
een aandeelhouder van A. In dat geval moet de moedermaatschappij dit bedrag van haar deelneming
afboeken.
4