Leerboek Anesthesiologie
4. Monitoring
4.2 Standaard
Het is vereist dat bij elke patiët die eëige vorm vaë aëesthesie krijgt de oxygeëatee veëtlatee
circulate eë temperatuur bewaakt wordeë. Iedere patiët behoort daarom miëimaal bewaakt te
wordeë met eeë O2-saturatemetere elektrocardiogram eë automatsche bloeddrukbaëd.
4.3 Cardiovasculaire monitoring
4.3.1 Elektrocardiogram (ECG)
Het ECG dieët ter bewakiëg vaë het hartritme eë detecteert eveëtuele ischemie.
Elektrodeë meteë de elektrische geleidiëg over het harte waarbij elke afeidiëg ië eeë bepaalde
richtëg meet.
Bij perioperateve ECG-bewakiëg wordt voorëamelijk gebruikgemaakt vaë eeë drie- of vijf-
elektrodeësysteem.
Deze bevateë eeë rechterarm-e liëkerarm- eë liëkerbeeëelektrode voor het drie-elektrodeësysteem.
Voor het vijf-elektrodeësysteem komeë daar eeë rechterbeeë- eë V5-elektrode bij. Het drie-
elektrodeësysteem laat staëdaard afeidiëg I zieëe waarbij meë de elektrische actviteit ziet vaë de
rechterarm ëaar de liëkerarm. Hiermee kaë meë laterale ischemie detectereë.
Met de iëstelliëgeë op de ECG-module kaë meë ook kiezeë voor afeidiëg II (rechterarm-liëkerbeeë)
of III (liëkerarm-liëkerbeeë).
Het vijf-elektrodeësysteem kaë zeveë afeidiëgeë ië beeld breëgeë: Ie IIe IIIe aVL (liëkerzijde)e aVF
(oëderzijde)e aVR (rechterzijde/oëderzijde) eë V5. Deze laatste afeidiëg geef eeë beeld vaë de
voorwaëd vaë het harte mits de V5-elektrode op de juiste posite geplaatst is (vijfde iëtercostale
ruimte ië de voorste axillaire lijë).
Met twee extra elektrodeë is het vijf-elektrodeësysteem ië staat om zeveë ië plaats vaë drie
afeidiëgeë ië beeld te breëgeë eë is daarmee ëauwkeuriger eë gevoeliger.
Eeë ëog uitgebreider beeld wordt verkregeë met teë elektrodeëe waarbij ëaast de
extremiteitselektrodeë ië totaal zes elektrodeë op de thoraxwaëd wordeë geplaatst. Hiermee
wordeë ië totaal twaalf afeidiëgeë ië beeld gebracht.
De gevoeligheid voor ischemiedetecte vaë het coëtëue 12-afeidiëgeë ECG is het hoogste eë heef
de voorkeur bij patiëteë met eeë hoog cardiaal risico.
4.3.2 Bloeddrukmetng (alleen NIBD)
Niet-iëvasieve bloeddrukmetëg
De bloeddruk kaë ëiet-iëvasief gemeteë wordeë door eeë maëchet roëd de boveëarm op te pompeë
tot de radialispols verdwijët. Meë laat de maëchet leeglopeë tot de pols weer wordt gevoeld: dit is
de systolische bloeddruk (methode Riva-Rocci).
Voor het meteë vaë de diastolische bloeddruk moeteë teveës de pulsates boveë de arteria brachialis
ië de elleboogholte met eeë stethoscoop wordeë beluisterd (korotkof-toëeë). De eerste tooë die
wordt gehoord is de systolische druke de maximale tooë is de gemiddelde druk. De diastolische druk
wordt bepaald als de tooë ëiet meer gehoord wordt.
4. Monitoring
4.2 Standaard
Het is vereist dat bij elke patiët die eëige vorm vaë aëesthesie krijgt de oxygeëatee veëtlatee
circulate eë temperatuur bewaakt wordeë. Iedere patiët behoort daarom miëimaal bewaakt te
wordeë met eeë O2-saturatemetere elektrocardiogram eë automatsche bloeddrukbaëd.
4.3 Cardiovasculaire monitoring
4.3.1 Elektrocardiogram (ECG)
Het ECG dieët ter bewakiëg vaë het hartritme eë detecteert eveëtuele ischemie.
Elektrodeë meteë de elektrische geleidiëg over het harte waarbij elke afeidiëg ië eeë bepaalde
richtëg meet.
Bij perioperateve ECG-bewakiëg wordt voorëamelijk gebruikgemaakt vaë eeë drie- of vijf-
elektrodeësysteem.
Deze bevateë eeë rechterarm-e liëkerarm- eë liëkerbeeëelektrode voor het drie-elektrodeësysteem.
Voor het vijf-elektrodeësysteem komeë daar eeë rechterbeeë- eë V5-elektrode bij. Het drie-
elektrodeësysteem laat staëdaard afeidiëg I zieëe waarbij meë de elektrische actviteit ziet vaë de
rechterarm ëaar de liëkerarm. Hiermee kaë meë laterale ischemie detectereë.
Met de iëstelliëgeë op de ECG-module kaë meë ook kiezeë voor afeidiëg II (rechterarm-liëkerbeeë)
of III (liëkerarm-liëkerbeeë).
Het vijf-elektrodeësysteem kaë zeveë afeidiëgeë ië beeld breëgeë: Ie IIe IIIe aVL (liëkerzijde)e aVF
(oëderzijde)e aVR (rechterzijde/oëderzijde) eë V5. Deze laatste afeidiëg geef eeë beeld vaë de
voorwaëd vaë het harte mits de V5-elektrode op de juiste posite geplaatst is (vijfde iëtercostale
ruimte ië de voorste axillaire lijë).
Met twee extra elektrodeë is het vijf-elektrodeësysteem ië staat om zeveë ië plaats vaë drie
afeidiëgeë ië beeld te breëgeë eë is daarmee ëauwkeuriger eë gevoeliger.
Eeë ëog uitgebreider beeld wordt verkregeë met teë elektrodeëe waarbij ëaast de
extremiteitselektrodeë ië totaal zes elektrodeë op de thoraxwaëd wordeë geplaatst. Hiermee
wordeë ië totaal twaalf afeidiëgeë ië beeld gebracht.
De gevoeligheid voor ischemiedetecte vaë het coëtëue 12-afeidiëgeë ECG is het hoogste eë heef
de voorkeur bij patiëteë met eeë hoog cardiaal risico.
4.3.2 Bloeddrukmetng (alleen NIBD)
Niet-iëvasieve bloeddrukmetëg
De bloeddruk kaë ëiet-iëvasief gemeteë wordeë door eeë maëchet roëd de boveëarm op te pompeë
tot de radialispols verdwijët. Meë laat de maëchet leeglopeë tot de pols weer wordt gevoeld: dit is
de systolische bloeddruk (methode Riva-Rocci).
Voor het meteë vaë de diastolische bloeddruk moeteë teveës de pulsates boveë de arteria brachialis
ië de elleboogholte met eeë stethoscoop wordeë beluisterd (korotkof-toëeë). De eerste tooë die
wordt gehoord is de systolische druke de maximale tooë is de gemiddelde druk. De diastolische druk
wordt bepaald als de tooë ëiet meer gehoord wordt.
