Aandrijftechnieken
Hfst 0: inleiding
Koppeling: de koppeling is een inrichting die de energiestroom tussen de verbrandingsmotor en
de aangedreven wielen moet kunnen onderbreken om:
- Stoppen/wegrijden: energie op de motor, maar wielen staan stil
- Schakelen naar een andere overbrengingsverhouding
Wisselbak: de wisselbak is een inrichting die het aandrijfkoppel vergroot of verkleint naargelang
de vereisten van het ogenblik.
𝑛𝑛𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚 𝑀𝑀𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤
𝑖𝑖 = =
𝑛𝑛𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤 𝑀𝑀𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚
Dit gebeurt door het toerental van de motor aan te passen aan het toerental van de
aangedreven wielen.
Eindaandrijving: de eindaandrijving is een inrichting die een vaste reductie op het einde van
de aandrijflijn biedt en een (eventueel haakse) verdeling van aandrijfkoppel
verzorgt over verschillende toerentallen van de aangedreven wielen.
Krachtoverbrenging in dwarsrichting:
Een voertuig kan van richting veranderen door een dwarskracht, de zgn. normaalkracht/spoorkracht
tussen band en wegdek.
Vervorming bandmediaan (bovenaanzicht):
Bij het binnentreden van het contactvlak zal een punt A van de
bandmediaan reeds vervormd zijn en verplaatst zijn naar de positie
A’.
In het midden van de contactlengte zal een punt B van de
bandmediaan reeds verplaatst zijn naar positie B’ om daarna nog
even verder de maximale uitwijking te bereiken en vervolgens bij het
uittreden van de contactlengte naar positie C’ te schuiven.
Drifthoek:
De dwarsvervorming van het loopvlakrubber voorgesteld door A’B’C’ geeft
dus de weg aan die het midden van het loopvlak in het contactvlak aflegt.
M.a.w. de band rolt onder een hoek δ die het lijnstuk A’B’ maakt met het
wielmiddenvlak: de drift-/sliphoek.
,Stuurkarakter:
Als gevolg van de drifthoek van de banden bij het nemen van een bocht, kan het werkelijke
bochtmiddelpunt afwijken van het statische bochtmiddelpunt. Dit levert onderstuur, overstuur of een
neutraal stuurkarakter.
Onderstuur:
Wanneer de drifthoek van de vooras groter is dan die
van de achteras, verwijdert het draaipunt zich van de
auto. Om dit te corrigeren zal men bijkomend moeten
bijsturen.
Overstuur:
Wanneer de drifthoek van de achteras groter is dan die van
de vooras, komt het draaipunt dichter naar de auto. Om dit te
corrigeren zal men moeten tegensturen.
Algemene voertuigbewegingen:
- 3 translatiebewegingen:
o Beweging volgens de hoogte-as: deinende beweging
o Beweging volgens de dwarsas: schudden
o Beweging volgens de langas: rukkende beweging
- 3 rotatiebewegingen:
o Roterende beweging volgens de knikas: kikken
o Roterende beweging volgens de hoogte-as: gieren
o Roterende beweging volgens de rolas: rollen
,Configuratievarianten:
Aandrijving Motor Wisselbak Voor-/nadelen Illustratie
Voorwiel In langsrichting voor Achter de motor - Grotere motoren
de as - Grote vooroverbouw
- Eenvoudige
wisselbakbediening
Voorwiel In langrichting Voor de motor - Grotere wielbasis =
achter de as comfortverbetering
- Kleinere binnen-
ruimte en minder
passieve veiligheid
- Moeilijke wisselbak-
bediening
- Minder toegankelijk
Voorwiel In dwarsrichting In het verlengde - Kleinere motoren
voor de as van de motor - Asymmetrische eind-
aandrijving = ongelijke
wielaandrijfassen =
asymmetrische stuur-
wielreacties
Voorwiel In dwarsrichting In het verlengde - Kleinere motoren
achter de as van de motor - Grote ruimtebe-
nutting
- Asymmetrische eind-
aandrijving = ongelijke
wielaandrijfassen =
asymmetrische stuur-
wielreacties
, Voorwiel In dwarsrichting Parallel voor of - Grotere motor
boven de as achter de motor - Moeilijke wisselbak-
bediening
- Moeilijke/duurdere
overdracht motor/
wisselbak
Achterwiel Voorin, in langs- Voorin - Grotere motoren
richting - Eenvoudige wissel-
bakbediening
Achterwiel Voorin, in langs- Achterin - Problematiek snelle
richting as
- Moeilijke wisselbak-
bediening
- Goede statische as-
belastingsverdeling bij
weinig belading
Achterwiel Achterin, in langs- Voor de as - Geringe passieve
richting achter de as veiligheid
- Goede remstabiliteit
Hfst 0: inleiding
Koppeling: de koppeling is een inrichting die de energiestroom tussen de verbrandingsmotor en
de aangedreven wielen moet kunnen onderbreken om:
- Stoppen/wegrijden: energie op de motor, maar wielen staan stil
- Schakelen naar een andere overbrengingsverhouding
Wisselbak: de wisselbak is een inrichting die het aandrijfkoppel vergroot of verkleint naargelang
de vereisten van het ogenblik.
𝑛𝑛𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚 𝑀𝑀𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤
𝑖𝑖 = =
𝑛𝑛𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤𝑤 𝑀𝑀𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚𝑚
Dit gebeurt door het toerental van de motor aan te passen aan het toerental van de
aangedreven wielen.
Eindaandrijving: de eindaandrijving is een inrichting die een vaste reductie op het einde van
de aandrijflijn biedt en een (eventueel haakse) verdeling van aandrijfkoppel
verzorgt over verschillende toerentallen van de aangedreven wielen.
Krachtoverbrenging in dwarsrichting:
Een voertuig kan van richting veranderen door een dwarskracht, de zgn. normaalkracht/spoorkracht
tussen band en wegdek.
Vervorming bandmediaan (bovenaanzicht):
Bij het binnentreden van het contactvlak zal een punt A van de
bandmediaan reeds vervormd zijn en verplaatst zijn naar de positie
A’.
In het midden van de contactlengte zal een punt B van de
bandmediaan reeds verplaatst zijn naar positie B’ om daarna nog
even verder de maximale uitwijking te bereiken en vervolgens bij het
uittreden van de contactlengte naar positie C’ te schuiven.
Drifthoek:
De dwarsvervorming van het loopvlakrubber voorgesteld door A’B’C’ geeft
dus de weg aan die het midden van het loopvlak in het contactvlak aflegt.
M.a.w. de band rolt onder een hoek δ die het lijnstuk A’B’ maakt met het
wielmiddenvlak: de drift-/sliphoek.
,Stuurkarakter:
Als gevolg van de drifthoek van de banden bij het nemen van een bocht, kan het werkelijke
bochtmiddelpunt afwijken van het statische bochtmiddelpunt. Dit levert onderstuur, overstuur of een
neutraal stuurkarakter.
Onderstuur:
Wanneer de drifthoek van de vooras groter is dan die
van de achteras, verwijdert het draaipunt zich van de
auto. Om dit te corrigeren zal men bijkomend moeten
bijsturen.
Overstuur:
Wanneer de drifthoek van de achteras groter is dan die van
de vooras, komt het draaipunt dichter naar de auto. Om dit te
corrigeren zal men moeten tegensturen.
Algemene voertuigbewegingen:
- 3 translatiebewegingen:
o Beweging volgens de hoogte-as: deinende beweging
o Beweging volgens de dwarsas: schudden
o Beweging volgens de langas: rukkende beweging
- 3 rotatiebewegingen:
o Roterende beweging volgens de knikas: kikken
o Roterende beweging volgens de hoogte-as: gieren
o Roterende beweging volgens de rolas: rollen
,Configuratievarianten:
Aandrijving Motor Wisselbak Voor-/nadelen Illustratie
Voorwiel In langsrichting voor Achter de motor - Grotere motoren
de as - Grote vooroverbouw
- Eenvoudige
wisselbakbediening
Voorwiel In langrichting Voor de motor - Grotere wielbasis =
achter de as comfortverbetering
- Kleinere binnen-
ruimte en minder
passieve veiligheid
- Moeilijke wisselbak-
bediening
- Minder toegankelijk
Voorwiel In dwarsrichting In het verlengde - Kleinere motoren
voor de as van de motor - Asymmetrische eind-
aandrijving = ongelijke
wielaandrijfassen =
asymmetrische stuur-
wielreacties
Voorwiel In dwarsrichting In het verlengde - Kleinere motoren
achter de as van de motor - Grote ruimtebe-
nutting
- Asymmetrische eind-
aandrijving = ongelijke
wielaandrijfassen =
asymmetrische stuur-
wielreacties
, Voorwiel In dwarsrichting Parallel voor of - Grotere motor
boven de as achter de motor - Moeilijke wisselbak-
bediening
- Moeilijke/duurdere
overdracht motor/
wisselbak
Achterwiel Voorin, in langs- Voorin - Grotere motoren
richting - Eenvoudige wissel-
bakbediening
Achterwiel Voorin, in langs- Achterin - Problematiek snelle
richting as
- Moeilijke wisselbak-
bediening
- Goede statische as-
belastingsverdeling bij
weinig belading
Achterwiel Achterin, in langs- Voor de as - Geringe passieve
richting achter de as veiligheid
- Goede remstabiliteit
