Samenvatting week 3
De student kan de bouw en organisatie van hersenstam inclusief het verloop van de ascenderende
en descenderende banen beschrijven en de oorsprong en functie van hersenzenuwen benoemen:
De hersenstam bestaat uit het mesencephalon, pons en medulla oblongata.
Mediaal in de hersenstam bevinden zich:
- Corticospinale banen (descenderende baan)
- Lemniscus medialis (gnostische sensibiliteit; ascenderend)
Lateraal in de hersenstam:
- Spinothalamische banen (vitale sensibiliteit; ascenderend)
- Cerebellaire banen (descenderend)
Mediaal treden alleen de motorische hersenzenuwen uit. Lateraal treden of alleen sensorische
hersenzenuwen uit of zowel motorische als sensorische hersenzenuwen (gemengd).
Laesies in de hersenstam worden:
- mediaal door perforerende takjes van de a. basilaris veroorzaakt
- lateraal door takken van de a. cerebelli inferior posterior (PICA), a. cerebelli inferior anterior
(AICA) of de a. cerebelli superior (SCA).
Als er uitval is in het hoofd-hals gebied, zit de laesie in ieder geval niet in het ruggenmerg!
Hersenzenuw drie treedt het meest craniaal uit en hersenzenuw twaalf het meest caudaal.
Op ons oude tuin terras at Frans verse
groente van Albert Heijn
Parasympathische vezels in
hersenzenuwen: 3, 7, 9, 11
, 2 Samenvatting week 3 – ZHB I
Ascenderende baan gnostische sensibiliteit:
1. prikkel
2. via sensibele zenuwvezels naar ruggenmerg
3. in ruggenmerg omhoog
4. overschakeling op tweede orde neuron zeer caudaal in medulla
5. kruising in medulla
6. via de lemniscus medialis naar de cortex
Ascenderende baan vitale sensibiliteit:
1. prikkel
2. via sensibele zenuw naar ruggenmerg
3. overschakeling op tweede orde neuron op zelfde niveau als binnenkomst
4. kruising op plek van overschakeling
5. omhoog in ruggenmerg
6. in de hersenstam via tractus spinothalamicus naar de cortex
Descenderende baan spieren ledematen:
1. signaal in motorische cortex
2. via mediaal gelegen corticospinale baan naar ruggenmerg door de hersenstam
3. kruising in piramidegedeelte caudaal in medulla
4. via dorsolaterale hoorn van het ruggenmerg naar ledematen
5. reactie van de skeletspieren
Descenderende baan axiale spieren:
1. signaal in motorische cortex
2. via mediaal gelegen corticospinale baan naar ruggenmerg door de hersenstam
3. in het ruggenmerg via het ventromediale gedeelte
4. bilateraal worden de axiale spieren geinnerveerd (geen kruising!)
Descenderende baan hersenzenuwen:
1. signaal in cortex
2. via corticobulbaire baan
3. bilaterale innervatie van motorneuronen in hersenstam (uitzondering: n. XII hypoglossus en
n. VII facialis centrale parese afhanging van 1 mondhoek, of tong die naar 1 kant uitsteekt
i.p.v. recht, naar de aangedane zijde (omdat er lateraal meer aansturing is en die kant de
zwakke kant overtreft). Perifere parese niet kunnen bewegen van de linker of
rechtergezichtshelft (ipsilateraal aan laesie), of tong die naar 1 kant uitsteekt, naar de
aangedane zijde)
4. hersenzenuwen aangestuurd (bij laesie in 1 cerebrale hemisfeer, kan de andere hemisfeer
het overnemen)
Indeling hersenstam -dorsaal-
-ventraal-