Kenmerken per stijl
Neoclassicisme (1770 – 1830) Romantiek (1800 – 1890) Realisme (1830 – 1890) Impressionisme (1865 – 1885)
Duidelijke lichtbron buiten beeld Duister verhaal Geen vernislaag Vastleggen wat je ziet
(= olie/laklaag) (voorbijgaande moment)
Donkere achtergrond, lichte Scherp licht/donker contrast. Eigentijdse werkelijkheid Vluchtige gebaren
voorgrond vastleggen: echt en authentiek,
niet mooier maken dan het is.
Elementen uit Klassieke Oudheid Gericht op emotie, gevoel, Schilders zijn geen sociale Spel van licht en schaduw
individualiteit werkers, zij registreren slechts.
Spel van licht en kleuren
Duidelijke/gladde contourlijnen Scherpe schaduwen/contouren Sociaal karkater in schilderkunst: Geen contourlijnen
schilders nemen het op voor
werkende klasse
Heldere composities Hevige gebaren Heldere/felle kleuren
Beheerst kleurgebruik/sobere Verhalen uit ander culturen Snelle penseelstreken
kleuren worden ter inspiratie gebruikt
Onderwerpen: Klassieke Oudheid, Onderwerpen: natuur, Onderwerpen: landschappen en
patriottisme, edele schoonheid, onvoorspelbaarheid alledaagse bezigheden van gewone
gebeurtenissen, Bijbelse, mensen.
mythologische voorstellingen,
heroïsch: zelfopoffering,
nationalisme.
Geen zichtbare penseelstreken Dynamiek/beweging Kleuren mengen op het doek
Helderheid van vorm Actie (leven/veel om naar te Kleurvlakken ipv kleurovergangen
kijken
Niet eenduidig: soms heftig Technische vindingen:
emotioneel, soms ingetogen. - Kant-en-klare verf
- En plein air schilderen (buiten)
- Fotografie: beeldafsnijdingen
Neoclassicisme (1770 – 1830) Romantiek (1800 – 1890) Realisme (1830 – 1890) Impressionisme (1865 – 1885)
Duidelijke lichtbron buiten beeld Duister verhaal Geen vernislaag Vastleggen wat je ziet
(= olie/laklaag) (voorbijgaande moment)
Donkere achtergrond, lichte Scherp licht/donker contrast. Eigentijdse werkelijkheid Vluchtige gebaren
voorgrond vastleggen: echt en authentiek,
niet mooier maken dan het is.
Elementen uit Klassieke Oudheid Gericht op emotie, gevoel, Schilders zijn geen sociale Spel van licht en schaduw
individualiteit werkers, zij registreren slechts.
Spel van licht en kleuren
Duidelijke/gladde contourlijnen Scherpe schaduwen/contouren Sociaal karkater in schilderkunst: Geen contourlijnen
schilders nemen het op voor
werkende klasse
Heldere composities Hevige gebaren Heldere/felle kleuren
Beheerst kleurgebruik/sobere Verhalen uit ander culturen Snelle penseelstreken
kleuren worden ter inspiratie gebruikt
Onderwerpen: Klassieke Oudheid, Onderwerpen: natuur, Onderwerpen: landschappen en
patriottisme, edele schoonheid, onvoorspelbaarheid alledaagse bezigheden van gewone
gebeurtenissen, Bijbelse, mensen.
mythologische voorstellingen,
heroïsch: zelfopoffering,
nationalisme.
Geen zichtbare penseelstreken Dynamiek/beweging Kleuren mengen op het doek
Helderheid van vorm Actie (leven/veel om naar te Kleurvlakken ipv kleurovergangen
kijken
Niet eenduidig: soms heftig Technische vindingen:
emotioneel, soms ingetogen. - Kant-en-klare verf
- En plein air schilderen (buiten)
- Fotografie: beeldafsnijdingen