Opgave 1
Onderstaande vragen hebben, tenzij anders aangegeven, betrekking op belastingprocedures.
Beantwoord de vragen naar het recht van 2023. Geef de toepasselijke wetsartikelen zo
gedetailleerd mogelijk weer.
Dus niet: art. 21d AWR
Maar: art. 21d, lid 1, onderdeel a, AWR
Verwijs uitsluitend naar wetgeving in formele zin en dus niet naar bijvoorbeeld
uitvoeringsbesluiten, beleidsregels of internationale verdragen.
Vragen
1. Kan de niet-ontvankelijkverklaring van een hoger beroep wegens overschrijding van de
termijn voor betaling van het griffierecht gevolgen hebben voor de ontvankelijkheid van
een incidenteel hoger beroep.
Antwoord:
Wetsartikel(en):
2. Wat dient een bestuursorgaan te doen met geschriften, niet zijnde bezwaar- of
beroepschriften, tot behandeling waarvan kennelijk een ander bestuursorgaan bevoegd
is?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
3. Kunnen aan het proces-verbaal van de zitting van een beroepszaak bij de rechtbank de
overgelegde pleitnotities worden gehecht?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
4. Een belastingplichtige kan zich in een beroepszaak bij de bestuursrechter laten
vertegenwoordigen door een advocaat. Kan de rechter van de advocaat een schriftelijke
machtiging verlangen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
, 5. Van de indiener van een beroepschrift wordt door de griffier een griffierecht geheven. Is
voor de behandeling van een bezwaar ook een recht verschuldigd?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
6. Is een maatschap een administratieplichtige in de zin van de Algemene wet inzake
rijksbelastingen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
7. In welke situatie wordt een bezwaarschrift tegen een bestuurlijke boete geacht mede te
zijn gericht tegen de openbaarmaking ervan als bedoeld in artikel 67r, tweede lid, van de
Algemene wet inzake rijksbelastingen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
8. Wat is de wijze van heffing van de belasting op leidingwater?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
9. Wat is de hoogte van de verzuimboete die maximaal kan worden opgelegd aan degene
die niet voldoet aan de verplichting om binnen een bepaalde termijn te verzoeken om
uitnodiging tot het doen van aangifte?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
10. In het verzoek van de belastingplichtige aan de inspecteur om een voorlopige aanslag
vast te stellen een aanvraag in de zin van artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet
bestuursrecht?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
11. Bij welk concreet bestuursorgaan dient een bezwaarschrift te worden ingediend indien
het bezwaar is gericht tegen een opgelegde aanslag?
Onderstaande vragen hebben, tenzij anders aangegeven, betrekking op belastingprocedures.
Beantwoord de vragen naar het recht van 2023. Geef de toepasselijke wetsartikelen zo
gedetailleerd mogelijk weer.
Dus niet: art. 21d AWR
Maar: art. 21d, lid 1, onderdeel a, AWR
Verwijs uitsluitend naar wetgeving in formele zin en dus niet naar bijvoorbeeld
uitvoeringsbesluiten, beleidsregels of internationale verdragen.
Vragen
1. Kan de niet-ontvankelijkverklaring van een hoger beroep wegens overschrijding van de
termijn voor betaling van het griffierecht gevolgen hebben voor de ontvankelijkheid van
een incidenteel hoger beroep.
Antwoord:
Wetsartikel(en):
2. Wat dient een bestuursorgaan te doen met geschriften, niet zijnde bezwaar- of
beroepschriften, tot behandeling waarvan kennelijk een ander bestuursorgaan bevoegd
is?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
3. Kunnen aan het proces-verbaal van de zitting van een beroepszaak bij de rechtbank de
overgelegde pleitnotities worden gehecht?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
4. Een belastingplichtige kan zich in een beroepszaak bij de bestuursrechter laten
vertegenwoordigen door een advocaat. Kan de rechter van de advocaat een schriftelijke
machtiging verlangen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
, 5. Van de indiener van een beroepschrift wordt door de griffier een griffierecht geheven. Is
voor de behandeling van een bezwaar ook een recht verschuldigd?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
6. Is een maatschap een administratieplichtige in de zin van de Algemene wet inzake
rijksbelastingen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
7. In welke situatie wordt een bezwaarschrift tegen een bestuurlijke boete geacht mede te
zijn gericht tegen de openbaarmaking ervan als bedoeld in artikel 67r, tweede lid, van de
Algemene wet inzake rijksbelastingen?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
8. Wat is de wijze van heffing van de belasting op leidingwater?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
9. Wat is de hoogte van de verzuimboete die maximaal kan worden opgelegd aan degene
die niet voldoet aan de verplichting om binnen een bepaalde termijn te verzoeken om
uitnodiging tot het doen van aangifte?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
10. In het verzoek van de belastingplichtige aan de inspecteur om een voorlopige aanslag
vast te stellen een aanvraag in de zin van artikel 1:3, derde lid, van de Algemene wet
bestuursrecht?
Antwoord:
Wetsartikel(en):
11. Bij welk concreet bestuursorgaan dient een bezwaarschrift te worden ingediend indien
het bezwaar is gericht tegen een opgelegde aanslag?