2 Rechtsregels en andere sociale regels
Sociale regels:
- Algemeen aanvaarde regels
- Groepsregels
- Morele regels
- Regels van beroepsethiek
3 Rechtssysteem
Functies van het rechtssysteem:
1. Scheppen van sociale orde
2. Bevorderen van niet-gewelddadige conflictbeslechting
3. Garanderen van individuele ontplooiing en autonomie van burgers
4. Bewerkstelligen van een zo rechtvaardig mogelijke verdeling van schaarse goederen in de
samenleving
5. Kanaliseren van sociale verandering (geordend laten verlopen)
Functies staatsorganen:
- Wetgeving = vaststellen van algemene regels
- Bestuur = instellen van overheidsorganen die regels uitvoeren
- Rechtspraak bij overtreden van de rechtsregels
4 Soorten rechtsregels
1. Gedragsnormen
2. Sanctienormen
3. Bevoegdheidsnormen
Op basis van het recht kun je een titel krijgen.
5 Positiviteit, gelding, effectiviteit van het recht
Positief recht = recht dat in een bepaalde gemeenschap door mensen vastgesteld of erkend is.
Het ideale recht = recht dat men wenst en nastrevenswaardig vindt (verschilt per individu)
Positieve rechtsregels hebben een gelding (zijn verbindend)
Effectiviteit van het recht = dat het recht daadwerkelijk gehoorzaamd, toegepast of gehandhaafd
wordt.
Gedoogbeleid = dat de overheid bewust de overtreding van rechtsregels toelaat.
6 Twee betekenissen van recht
Objectief recht = geheel van rechtsregels
Subjectief recht = bevoegdheid (“Jij hebt geen recht om aan mijn spullen te zitten!”) of aanspraak
(recht hebben op loon)
Subjectieve plicht is bijvoorbeeld het betalen van het loon
Subjectieve rechten berusten op het objectieve recht.
Engels: right en law
H 2 Indeling in het recht
2 Codificatie, wetboeken en wetten
Codificatie is een poging alle rechtsregels op ene rechtsgebied op systematische wijze in een
wetboek (codex) op te nemen > inzichtelijk en onderlinge samenhang