John Phernambucq. Inleiding Facility Management. Periode 1
Basisboek
Facility Management
Samenvatting
Periode 1
Hoofdstuk 1: Wat is FM?
1.1
Facility Management heeft verschillende verschijningsvormen, van conciërge op de middelbare school tot Vice
President Real Estate bij een multinational.
1.2
Facility Management valt onder de ondersteunende functies binnen een bedrijf. Je zorgt dat andere hun werk
beter kunnen doen.
Als Facility Manager heb je altijd te maken met belanghebbenden.
Interne klant (medewerkers).
Met deze mensen heb je de meeste tijd contact.
Externe klant (bezoeker).
Kantoorhoudende organisatie.
Veel contact met de interne klant.
Weinig contact met de externe klant.
Zorgsector.
Veel contact met de interne klant.
Veel contact met de externe klant.
Horeca en recreatie.
Weinig contact met de interne klant.
Veel contact met de externe klant.
1.3
De reikwijdte van Facility Management worden in verschillende hoofdgroepen onderscheiden.
Huisvesting.
Dit heeft te maken met de gebouwen en gebouwgebonden installaties, renovaties,
nieuwbouw en gebouwonderhoud.
Letterlijke betekenis: Het verschaffen van onderkomen. (beschikbaar stellen van een
werkomgeving in de vorm van een bij organisatiedoelen passende accommodatie).
Diensten en middelen.
Hier onderscheiden we hard services en soft services.
o Hard services betreffen het gebouw, de installaties en het onderhoud.
o Soft services betref de gebruikersdiensten zoals catering en schoonmaak.
ICT.
Verantwoordelijk voor bereikbaarheid, communicatie, kennis en informatiemanagement,
servers en internet.
Wanneer ICT dicht tegen het primaire proces aanligt valt het NIET onder FM.
Externe voorzieningen.
Dit speelt zich allemaal af buiten de eigen huisvesting en waar de Facility Manager toch
verantwoordelijk voor is. (externe vergaderaccommodaties, thuiswerkplekken, etc.)
Facility Management.
Is het managen van de facilitaire afdeling.
1
Basisboek
Facility Management
Samenvatting
Periode 1
Hoofdstuk 1: Wat is FM?
1.1
Facility Management heeft verschillende verschijningsvormen, van conciërge op de middelbare school tot Vice
President Real Estate bij een multinational.
1.2
Facility Management valt onder de ondersteunende functies binnen een bedrijf. Je zorgt dat andere hun werk
beter kunnen doen.
Als Facility Manager heb je altijd te maken met belanghebbenden.
Interne klant (medewerkers).
Met deze mensen heb je de meeste tijd contact.
Externe klant (bezoeker).
Kantoorhoudende organisatie.
Veel contact met de interne klant.
Weinig contact met de externe klant.
Zorgsector.
Veel contact met de interne klant.
Veel contact met de externe klant.
Horeca en recreatie.
Weinig contact met de interne klant.
Veel contact met de externe klant.
1.3
De reikwijdte van Facility Management worden in verschillende hoofdgroepen onderscheiden.
Huisvesting.
Dit heeft te maken met de gebouwen en gebouwgebonden installaties, renovaties,
nieuwbouw en gebouwonderhoud.
Letterlijke betekenis: Het verschaffen van onderkomen. (beschikbaar stellen van een
werkomgeving in de vorm van een bij organisatiedoelen passende accommodatie).
Diensten en middelen.
Hier onderscheiden we hard services en soft services.
o Hard services betreffen het gebouw, de installaties en het onderhoud.
o Soft services betref de gebruikersdiensten zoals catering en schoonmaak.
ICT.
Verantwoordelijk voor bereikbaarheid, communicatie, kennis en informatiemanagement,
servers en internet.
Wanneer ICT dicht tegen het primaire proces aanligt valt het NIET onder FM.
Externe voorzieningen.
Dit speelt zich allemaal af buiten de eigen huisvesting en waar de Facility Manager toch
verantwoordelijk voor is. (externe vergaderaccommodaties, thuiswerkplekken, etc.)
Facility Management.
Is het managen van de facilitaire afdeling.
1
