PA Sport en Inspanningsfysiologie: Het respiratoire systeem (H6).
Boek: Hoofdstuk 6: werking en regulatie van het respiratoire systeem (blz. 174 – 188).
Longventilatie
Longvolumina
Longdiffusie
Transport van zuurstof en kooldioxide
Gaswisseling bij spieren
Regulatie van longventilatie
Respiratoire systeem Longen: zuurstofopname en CO2 afgiften.
Ademhaling:
Bestaat uit 4 processen.
Twee processen externe respiratie: hoe komt de lucht in je luchtpijp/ longen?
Twee processen interne respiratie: hoe wordt de ingeademde zuurstof getransporteerd en
afgegeven aan de spieren?
1. Extern: lucht in- en uitademen.
2. Extern: diffusie van zuurstof naar het bloed hoe gaat de zuurstof van jou longen naar het bloed toe?
3. Intern: vervoer zuurstof door het bloed
4. Intern: gasuitwisseling in capillairen(kleine bloedvaatjes die de overgang hebben bij spieren/organen).
Anatomie van de longen:
Neus:
- Voordeel neusademhaling: lucht legt een langere weg af voordat het in de luchtpijp komt
hierdoor kan de ingeademde lucht:
Langer opgewarmd worden,
Lucht wordt bevochtigd door de slijmvliezen uit de neus,
Lucht wordt gefilterd door de neushaartjes.
Mond:
Luchtpijp:
Bronchiën: luchtpijp splitst zich in twee bronchiën/ takken die elk naar een long lijdt
Longen:
Alveoli = Longblaasje: bronchiën delen zich op/ vertakken zich in kleinere deeltjes:
longblaasjes.
- Longblaasjes zijn omgeven door capillairen zodat er makkelijk uitwisseling met het bloed
kan vinden tussen zuurstof en bloed.
Pleurale zakken: om de longen niet los in de borstkas te laten zweven worden ze omgeven
door twee pleurale zakken
Capillairen: (b, kleine bloedvaatjes): vind opname van zuurstof plaats en afgifte van CO2.
- Atriele kant: zuurstofrijke bloed
- Veneuze kant: zuurstofarme bloed.
‘zuigt’ lucht
aan
Grotere
ruimte geeft
onder druk
Boek: Hoofdstuk 6: werking en regulatie van het respiratoire systeem (blz. 174 – 188).
Longventilatie
Longvolumina
Longdiffusie
Transport van zuurstof en kooldioxide
Gaswisseling bij spieren
Regulatie van longventilatie
Respiratoire systeem Longen: zuurstofopname en CO2 afgiften.
Ademhaling:
Bestaat uit 4 processen.
Twee processen externe respiratie: hoe komt de lucht in je luchtpijp/ longen?
Twee processen interne respiratie: hoe wordt de ingeademde zuurstof getransporteerd en
afgegeven aan de spieren?
1. Extern: lucht in- en uitademen.
2. Extern: diffusie van zuurstof naar het bloed hoe gaat de zuurstof van jou longen naar het bloed toe?
3. Intern: vervoer zuurstof door het bloed
4. Intern: gasuitwisseling in capillairen(kleine bloedvaatjes die de overgang hebben bij spieren/organen).
Anatomie van de longen:
Neus:
- Voordeel neusademhaling: lucht legt een langere weg af voordat het in de luchtpijp komt
hierdoor kan de ingeademde lucht:
Langer opgewarmd worden,
Lucht wordt bevochtigd door de slijmvliezen uit de neus,
Lucht wordt gefilterd door de neushaartjes.
Mond:
Luchtpijp:
Bronchiën: luchtpijp splitst zich in twee bronchiën/ takken die elk naar een long lijdt
Longen:
Alveoli = Longblaasje: bronchiën delen zich op/ vertakken zich in kleinere deeltjes:
longblaasjes.
- Longblaasjes zijn omgeven door capillairen zodat er makkelijk uitwisseling met het bloed
kan vinden tussen zuurstof en bloed.
Pleurale zakken: om de longen niet los in de borstkas te laten zweven worden ze omgeven
door twee pleurale zakken
Capillairen: (b, kleine bloedvaatjes): vind opname van zuurstof plaats en afgifte van CO2.
- Atriele kant: zuurstofrijke bloed
- Veneuze kant: zuurstofarme bloed.
‘zuigt’ lucht
aan
Grotere
ruimte geeft
onder druk