Samenvatting tentamenstof inleiding huurrecht
Het huurrecht valt onder het privaatrecht. Dit is het recht wat geregeld kan worden door
burgers onderling. Het burgerlijk wetboek bevat alle rechten wat betreft het privaatrecht en
ziet er als volgt uit:
- Boek 1: personen- en familierecht
- Boek 2: rechtspersonen
- Boek 3: vermogensrecht algemeen
- Boek 4: erfrecht
- Boek 5: zakelijke rechten
- Boek 6: verbintenissenrecht algemeen
- Boek 7: bijzondere overeenkomsten
Definitie rechtshandeling: een rechtshandeling vereist op een rechtsgevolg gerichte wil die
zich door een verklaring heeft geopenbaard.
In onderstaand schema is te zien hoe het in Nederland werkt met rechtsfeiten en feitelijke
handelingen. Feitelijke handelingen zijn zaken waar je niet op juridisch gebied iets mee wil
bereiken, maar met rechtsfeiten is dit wel het geval.
Blote rechtsfeiten gebeuren automatisch, hier heb je geen invloed op. Een mooi voorbeeld
is 18 jaar oud worden, omdat er juridisch een hoop verandert, maar je hier zelf geen invloed
op hebt.
Menselijk handelen kun je in twee groepen opsplitsen: feitelijke- en rechtshandelingen.
Een rechtshandeling beoogd zich op een rechtsgevolg. Er is een wil, en dit moet openbaar
worden door middel van een verklaring. Voor een eenzijdige rechtshandeling is de wil van
één persoon voldoende, denk hierbij aan het opzeggen van de huurovereenkomst van een
woning. Er is geen toestemming van de verhuurder nodig om de overeenkomst op te
zeggen. Voor sommige rechtshandeling zijn er minimaal twee ‘willen’ nodig. Voorbeelden
hiervan zijn een koop- of huurovereenkomst.
Een verbintenis is een soort verplichte handeling nadat een overeenkomst tot stand is
gekomen. Wanneer iemand een fiets verkoopt aan een ander, vloeien hier twee
verbintenissen uit voort. Enerzijds de verbintenis dat de fiets geleverd moet worden en
anderzijds de verbintenis dat de fiets betaald moet worden (de tegenprestatie).
1
, Hieronder is nogmaals het schema te zien met daarop de genoemde handelingen, maar
onderaan is een uitbreiding toegevoegd.
Er zijn twee meerzijdige
rechtshandelingen, namelijk de eenzijdige overeenkomst en de wederkerige overeenkomst.
Bij een eenzijdige overeenkomst is er sprake van één verbintenis. Een voorbeeld hiervan is
schenking, want er wordt een aanbod gedaan, dat aanbod wordt vervolgens geaccepteerd
en er kan iets geschonken worden. Bij een wederkerige overeenkomst gaat dit niet zo, want
hier vloeien meerdere verbintenissen uit voort. Voorbeelden hiervan zijn de koop- en
huurovereenkomst.
Handelingsbekwaamheid houdt in dat men geschikt moet zijn om een rechtshandeling tot
stand te brengen. Minderjarigen en onder curatele gestelden vallen in de groep
‘handelingsonbekwaam’. Dit houdt in dat zij geen rechtshandelingen uit mogen voeren. In
artikel 3.32 lid 2 BW staat dat dit wel mag met toestemming van ouders.
Naast handelingsbekwaamheid is er ook handelingsbevoegdheid (3:43 BW). Dit gaat meer
om de functie die de persoon heeft. Een voorbeeld hiervan is dat de rechter zorgvuldig moet
omgaan met zijn bevoegdheid. Stel, twee personen hebben ruzie over de verkoop van de
auto, dan mag de rechter deze auto niet kopen en een notaris mag niet een huis van de
veiling kopen, terwijl hij zelf de veiling doet.
Een overeenkomst wordt gedefinieerd als een rechtshandeling met beoogde rechtsgevolgen,
waarbij deze rechtsgevolgen ook gewild zijn. Bij een overeenkomst zijn er altijd twee partijen
betrokken.
In artikel 6:217 BW staat ‘een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de
aanvaarding daarvan’. Hierbij moet het aanbod voldoende bepaalbaar zijn en het gevolg is
de uitnodiging tot het doen van een aanbod.
Een aanbod kan worden herroepen tenzij je er van te voren een termijn aan hebt
vastgesteld. Stel het termijn loopt drie dagen, dan mag het niet na twee dagen ingetrokken
worden. Verder kun je niet herroepen als het aanbod is aanvaard, maar dit is logisch, omdat
er al een overeenkomst is gesloten. Ook hierop is er weer een uitzondering, want als het
aanbod vrijblijvend is, mag het direct na de aanvaarding herroepen worden.
Ook kan het voorkomen dat een overeenkomst niet wordt nagekomen. Dit noemen we ook
wel wanprestatie en er zijn drie soorten manieren waarop je een overeenkomst niet kunt
nakomen. Allereerst niet tijdig nakomen, dan niet deugdelijk nakomen (dit houdt in dat de
taak niet volledig is uitgevoerd) en tot slot geheel niet nakomen.
2
Het huurrecht valt onder het privaatrecht. Dit is het recht wat geregeld kan worden door
burgers onderling. Het burgerlijk wetboek bevat alle rechten wat betreft het privaatrecht en
ziet er als volgt uit:
- Boek 1: personen- en familierecht
- Boek 2: rechtspersonen
- Boek 3: vermogensrecht algemeen
- Boek 4: erfrecht
- Boek 5: zakelijke rechten
- Boek 6: verbintenissenrecht algemeen
- Boek 7: bijzondere overeenkomsten
Definitie rechtshandeling: een rechtshandeling vereist op een rechtsgevolg gerichte wil die
zich door een verklaring heeft geopenbaard.
In onderstaand schema is te zien hoe het in Nederland werkt met rechtsfeiten en feitelijke
handelingen. Feitelijke handelingen zijn zaken waar je niet op juridisch gebied iets mee wil
bereiken, maar met rechtsfeiten is dit wel het geval.
Blote rechtsfeiten gebeuren automatisch, hier heb je geen invloed op. Een mooi voorbeeld
is 18 jaar oud worden, omdat er juridisch een hoop verandert, maar je hier zelf geen invloed
op hebt.
Menselijk handelen kun je in twee groepen opsplitsen: feitelijke- en rechtshandelingen.
Een rechtshandeling beoogd zich op een rechtsgevolg. Er is een wil, en dit moet openbaar
worden door middel van een verklaring. Voor een eenzijdige rechtshandeling is de wil van
één persoon voldoende, denk hierbij aan het opzeggen van de huurovereenkomst van een
woning. Er is geen toestemming van de verhuurder nodig om de overeenkomst op te
zeggen. Voor sommige rechtshandeling zijn er minimaal twee ‘willen’ nodig. Voorbeelden
hiervan zijn een koop- of huurovereenkomst.
Een verbintenis is een soort verplichte handeling nadat een overeenkomst tot stand is
gekomen. Wanneer iemand een fiets verkoopt aan een ander, vloeien hier twee
verbintenissen uit voort. Enerzijds de verbintenis dat de fiets geleverd moet worden en
anderzijds de verbintenis dat de fiets betaald moet worden (de tegenprestatie).
1
, Hieronder is nogmaals het schema te zien met daarop de genoemde handelingen, maar
onderaan is een uitbreiding toegevoegd.
Er zijn twee meerzijdige
rechtshandelingen, namelijk de eenzijdige overeenkomst en de wederkerige overeenkomst.
Bij een eenzijdige overeenkomst is er sprake van één verbintenis. Een voorbeeld hiervan is
schenking, want er wordt een aanbod gedaan, dat aanbod wordt vervolgens geaccepteerd
en er kan iets geschonken worden. Bij een wederkerige overeenkomst gaat dit niet zo, want
hier vloeien meerdere verbintenissen uit voort. Voorbeelden hiervan zijn de koop- en
huurovereenkomst.
Handelingsbekwaamheid houdt in dat men geschikt moet zijn om een rechtshandeling tot
stand te brengen. Minderjarigen en onder curatele gestelden vallen in de groep
‘handelingsonbekwaam’. Dit houdt in dat zij geen rechtshandelingen uit mogen voeren. In
artikel 3.32 lid 2 BW staat dat dit wel mag met toestemming van ouders.
Naast handelingsbekwaamheid is er ook handelingsbevoegdheid (3:43 BW). Dit gaat meer
om de functie die de persoon heeft. Een voorbeeld hiervan is dat de rechter zorgvuldig moet
omgaan met zijn bevoegdheid. Stel, twee personen hebben ruzie over de verkoop van de
auto, dan mag de rechter deze auto niet kopen en een notaris mag niet een huis van de
veiling kopen, terwijl hij zelf de veiling doet.
Een overeenkomst wordt gedefinieerd als een rechtshandeling met beoogde rechtsgevolgen,
waarbij deze rechtsgevolgen ook gewild zijn. Bij een overeenkomst zijn er altijd twee partijen
betrokken.
In artikel 6:217 BW staat ‘een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de
aanvaarding daarvan’. Hierbij moet het aanbod voldoende bepaalbaar zijn en het gevolg is
de uitnodiging tot het doen van een aanbod.
Een aanbod kan worden herroepen tenzij je er van te voren een termijn aan hebt
vastgesteld. Stel het termijn loopt drie dagen, dan mag het niet na twee dagen ingetrokken
worden. Verder kun je niet herroepen als het aanbod is aanvaard, maar dit is logisch, omdat
er al een overeenkomst is gesloten. Ook hierop is er weer een uitzondering, want als het
aanbod vrijblijvend is, mag het direct na de aanvaarding herroepen worden.
Ook kan het voorkomen dat een overeenkomst niet wordt nagekomen. Dit noemen we ook
wel wanprestatie en er zijn drie soorten manieren waarop je een overeenkomst niet kunt
nakomen. Allereerst niet tijdig nakomen, dan niet deugdelijk nakomen (dit houdt in dat de
taak niet volledig is uitgevoerd) en tot slot geheel niet nakomen.
2