Samenvatting EBP en klinisch redeneren

Evidence Based Practice en klinisch redeneren

Evidence based Practice

Het zorgvuldig, expliciet en oordeelkundig gebruik maken van het beste bewijsmateriaal om
beslissingen te nemen voor individuele patiënten

Definitie EBP  EBP is de combinatie van de aloude en vertrouwde klinische vaardigheden,
aangevuld met, en zo nodig gecorrigeerd door. De resultaten van het best beschikbare
onderzoek en de voorkeuren van de patiënt

Informatiebronnen;
1. Individuele klinische expertise
2. Klinisch-wetenschappelijk onderzoek
3. Voorkeuren en verwachtingen van patiënt

Waarom EBP?
- Helpt bij het maken van keuzes in de praktijk
- Nieuwe inzichten meenemen het dagelijks handelen
- Ervaringen van patiënten
- Klinische blik toepassen
- Veiligheid waarborgen
- Kwaliteit waarborgen
- Bekwaam zijn
- Reflecteren
- Evalueren
- Kosten besparingen
- Doeltreffende zorg bieden

Hoe maak je beslissingen?
- Traditie: we doen het altijd zo
- Ervaringen: vorige week had ik het volgende meegemaakt en dit werkte goed
- Niet pluis gevoel: mijn onderbuik gevoel zegt dat er iets niet klopt
- Artikelen/ literatuur: uit dit artikel bleek dat..
- Kosten: kan het niet goedkoper en is het dure middel wel beter dan het goedkopere?
- (ervaring van) Patiënten: de behandeling die ik nu krijg is erg pijnlijk, kan het niet
anders?
- Klinisch redeneren

Zowel EBP als klinische redeneren kunnen je helpen bij het maken van de juiste
beslissingen

, EBP kent 5 stappen
1. Formuleer de klinische vraag (pico)
2. Zoek de best beschikbare literatuur (pubmed, cochrane, cinahl)
3. Beoordeel de kwaliteit en relevantie (systemetic review SK, randomized controlled
trial RCT)
4. Pas de conclusies toe in de patiëntenzorg
5. Reflecteer en evalueer

Waarom EBP?
Helpt bij het maken van keuzes in de praktijk
Nieuwe inzichten meenemen in het dagelijks handelen
Neemt ervaringen van patiënten mee
Waarborgt kwaliteit en veiligheid
Ondersteunt bekwaamheid van zorgpersoneel
Biedt mogelijkheden voor reflectie en evaluatie
Kan leiden tot kostenbesparingen
Zorgt voor doeltreffende zorg



PICO
P = Patiënt/ hulpverlener
- Welke patiëntengroep wil je onderzoeken, wie is je patiënt?
I = Interventie (of diagnostisch instrument, etiologie risicofactor)
- Welke interventie wil je onderzoeken? Nieuwe werkmethoden? Nieuwe middelen?
C = Comparatieven / co-interventies / comparison
- Waar ga je de interventie meer vergelijken? Is er een vergelijking mogelijk? Of ga je
het vergelijken met een huidige werkvorm?
O = Outcome / wat wil je bereiken
- Welke uitkomstmaat kies je? Waar verwacht je resultaat op bij de uitvoering van de
interventie

Voorbeeld casus:
Je werkt op de afdeling traumatologie, waar regelmatig patiënten met een heupfractuur
liggen. Meestal zijn dit kwetsbare ouderen die meer kans hebben op doorliggen, delier,
ondervoeding en zelfs overlijden. Er zijn al projecten gaande rond doorliggen en delier en de
verpleegkundige screen op ondervoeding. Patiënten met een risico op ondervoeding krijgen
(via de diëtist) extra tussendoortjes aangeboden, maar vaak eten ze dat niet op. Je las
ergens dat hulp bij het eten de kans op overlijden kan verminderen en besluit het uit te
zoeken

Vraag: Is er een effect van ondersteuning bij voeding na een heup operatie ten aanzien van
mortaliteit?
P = patiënt met een heupfractuur
I = hulp bij het eten
C = geen hulp bij het eten
O = overlijden (complicaties) voorkomen. Antwoord; ja, er is een effect. Ondersteuning bij
voeding na een heup operatie leidt tot een lagere mortaliteit.