A/F Module 6
Tractus Locomotorius
Variaties in botstructuur
2 typen beenweefsel bij lange pijpbeenderen (macroscopisch)
o Compact beenweefsel (compacta/substantia compacta) vooral in diafyse
o Spongieus beenweefsel (spongiosa/substantia spongiosa) vooral in epifyse
Botbalkjes die georganiseerd zijn in de richting van de krachten die erop
inwerken zijn heel typisch voor spongieus weefsel.
o Buitenste beenvlies/periost (om het bot) en binnenste beenvlies/endost
(bekleed als het ware het spongieus weefsel in de diafyse)
o Bloedvaten door gehele bot en mergholte
De bloedvaten moeten de calcium die nodig is aan of afvoeren.
2 typen beenweefsel bij lange pijpbeenderen (microscopisch)
o Compacta: parallelle osteonen (cilindervormige systemen van Havers) met
centrale kanalen van Havers en verbindingskanalen van Volkmann (met
arteriën, venen). Door alle kanalen lopen arteriën en venen om het calcium in
en uit het bot te krijgen.
o Spongiosa: netwerkvormig
geranggeschikte
botbalkjes/trabeculae
o Rustende
botcellen/osteocyten in
lacunen (met lamellen en
kanaaltjes)
, Beenweefsel (microscopisch)
o Beenweefsel = cellen + vezels + tussenstof
o Cellen
Osteoblasten: botaanmaak
Osteoclasten: botafbraak
Rustende osteoblasten = osteocyten
o Vezels
Bij jonge kinderen vooral elastine –
maar ook collageenvezels
Bij volwassenen vooral collageen –
maar ook elastinevezels
o Tussenstof/matrix: calcium- en fosfaatdepot
Relatie kracht en botstructuur
Buig- en rotatiekrachten
o Belasting uit beperkt aantal richtingen > compacta
met parallelle osteonen die doorbuigen voorkomt bij
loodrechte belasting.
Compressiekrachten
o Geringe belasting of krachten van uiteenlopende
richtingen (in mergholte of bij gewrichten) > spongiosa met trabeculae
gerangschikt in de richting van de kracht(en).
-> Wanneer de belasting vanuit verschillende
richtingen komt, betekent dit dat de balkjes ook
in deze richtingen moeten worden georiënteerd.
Doordat de belasting uit verschillende richtingen
komt, is de epifyse ook gevoeliger aan de
belasting.
Tractus Locomotorius
Variaties in botstructuur
2 typen beenweefsel bij lange pijpbeenderen (macroscopisch)
o Compact beenweefsel (compacta/substantia compacta) vooral in diafyse
o Spongieus beenweefsel (spongiosa/substantia spongiosa) vooral in epifyse
Botbalkjes die georganiseerd zijn in de richting van de krachten die erop
inwerken zijn heel typisch voor spongieus weefsel.
o Buitenste beenvlies/periost (om het bot) en binnenste beenvlies/endost
(bekleed als het ware het spongieus weefsel in de diafyse)
o Bloedvaten door gehele bot en mergholte
De bloedvaten moeten de calcium die nodig is aan of afvoeren.
2 typen beenweefsel bij lange pijpbeenderen (microscopisch)
o Compacta: parallelle osteonen (cilindervormige systemen van Havers) met
centrale kanalen van Havers en verbindingskanalen van Volkmann (met
arteriën, venen). Door alle kanalen lopen arteriën en venen om het calcium in
en uit het bot te krijgen.
o Spongiosa: netwerkvormig
geranggeschikte
botbalkjes/trabeculae
o Rustende
botcellen/osteocyten in
lacunen (met lamellen en
kanaaltjes)
, Beenweefsel (microscopisch)
o Beenweefsel = cellen + vezels + tussenstof
o Cellen
Osteoblasten: botaanmaak
Osteoclasten: botafbraak
Rustende osteoblasten = osteocyten
o Vezels
Bij jonge kinderen vooral elastine –
maar ook collageenvezels
Bij volwassenen vooral collageen –
maar ook elastinevezels
o Tussenstof/matrix: calcium- en fosfaatdepot
Relatie kracht en botstructuur
Buig- en rotatiekrachten
o Belasting uit beperkt aantal richtingen > compacta
met parallelle osteonen die doorbuigen voorkomt bij
loodrechte belasting.
Compressiekrachten
o Geringe belasting of krachten van uiteenlopende
richtingen (in mergholte of bij gewrichten) > spongiosa met trabeculae
gerangschikt in de richting van de kracht(en).
-> Wanneer de belasting vanuit verschillende
richtingen komt, betekent dit dat de balkjes ook
in deze richtingen moeten worden georiënteerd.
Doordat de belasting uit verschillende richtingen
komt, is de epifyse ook gevoeliger aan de
belasting.