Sorsori-motorisch Pre-operationeel (2-7j) Concreet-operationeel (7-12j) Formeel-operationeel
(0-2j) vanaf 12j)
classificeren Via zintuigen en motoriek - Soortnamen leren gebruiken (mét - Vlot overweg met alle vormen Redeneren met abstracte
- Gelijkenissen en begripsfouten!) van ordenen begrippen is mogelijk
verschillen - met hulp sorteren volgens één kenmerk - Classificeren is operationeel, niet
opmerken (grafische collecties maken) langer schijnbaar.
- Dingen vergelijken volgens één (zelfgekozen) kenmerk - nog moeilijkheden met louter
- Kenmerken en sorteren verbaal redeneren (zonder
eigenschappen met hulp sorteren volgens 2 (of materiaal)
vaststellen meer) kenmerken (= doorsorteren)
- Reageren op
- moeite met wisselen tussen kenmerken
verschillen
wisselen van kenmerk
- geen klasse-inclusie
klasse-inclusie nog niet volledig
ontwikkeld (‘Schijnbare
classificatie’)
- complement bepalen is moeilijk
complement bepalen met concreet
materiaal
Seriëren - Rond 18 mnd: eerste - Jongste kleuters: - Stadium van de transitiviteit ( - Geen problemen meer
tekenen van enkele voorwerpen (3 à 4) transitiviteit gaat verder - Kunnen vlot reeksen
rangschikken (nog rangschikken ontwikkelen) maken op mentaal nivea
niet beheerst) met hulp van volwassene - Rangschikken volgens niet- Geen nood meer
- Eerder “inpassen”, Voorkeur objectieve eigenschappen visuele eigenschappen blijft aan concreet
dan echt seriëren zonder persoonlijke mening moeilijk materiaal
omwille van - Verbaal oplossen van problemen - Kunnen verbale seriatie
“hulpmiddelen” - Oudere kleuters: i.v/m/ seriatie blijft ook moeilijk problemen oplossen
In het materiaal zit rangschikken volgens verschillende - Belangrijk= blijven ondersteunen Bv. Als Tim grote
“ingebakken” dat een criteria met materiaal dan Bert en Bert
rangschikking ontstaat Voorwaarde: groter dan Saar,
(bv de potjes passen niet te veel voorwerpen (5 à wie is dan de
perfect op elkaar) het 6) (anders raken ze de draad grootste: Tim of
materiaal zorgt er voor dat kwijt en ontstaan er Saar?
het gebeurt verschillende reeksen die ze
(0-2j) vanaf 12j)
classificeren Via zintuigen en motoriek - Soortnamen leren gebruiken (mét - Vlot overweg met alle vormen Redeneren met abstracte
- Gelijkenissen en begripsfouten!) van ordenen begrippen is mogelijk
verschillen - met hulp sorteren volgens één kenmerk - Classificeren is operationeel, niet
opmerken (grafische collecties maken) langer schijnbaar.
- Dingen vergelijken volgens één (zelfgekozen) kenmerk - nog moeilijkheden met louter
- Kenmerken en sorteren verbaal redeneren (zonder
eigenschappen met hulp sorteren volgens 2 (of materiaal)
vaststellen meer) kenmerken (= doorsorteren)
- Reageren op
- moeite met wisselen tussen kenmerken
verschillen
wisselen van kenmerk
- geen klasse-inclusie
klasse-inclusie nog niet volledig
ontwikkeld (‘Schijnbare
classificatie’)
- complement bepalen is moeilijk
complement bepalen met concreet
materiaal
Seriëren - Rond 18 mnd: eerste - Jongste kleuters: - Stadium van de transitiviteit ( - Geen problemen meer
tekenen van enkele voorwerpen (3 à 4) transitiviteit gaat verder - Kunnen vlot reeksen
rangschikken (nog rangschikken ontwikkelen) maken op mentaal nivea
niet beheerst) met hulp van volwassene - Rangschikken volgens niet- Geen nood meer
- Eerder “inpassen”, Voorkeur objectieve eigenschappen visuele eigenschappen blijft aan concreet
dan echt seriëren zonder persoonlijke mening moeilijk materiaal
omwille van - Verbaal oplossen van problemen - Kunnen verbale seriatie
“hulpmiddelen” - Oudere kleuters: i.v/m/ seriatie blijft ook moeilijk problemen oplossen
In het materiaal zit rangschikken volgens verschillende - Belangrijk= blijven ondersteunen Bv. Als Tim grote
“ingebakken” dat een criteria met materiaal dan Bert en Bert
rangschikking ontstaat Voorwaarde: groter dan Saar,
(bv de potjes passen niet te veel voorwerpen (5 à wie is dan de
perfect op elkaar) het 6) (anders raken ze de draad grootste: Tim of
materiaal zorgt er voor dat kwijt en ontstaan er Saar?
het gebeurt verschillende reeksen die ze