Beleggen
CREM = Managen vastgoedportefeuille als strategisch bedrijfsmiddel, vanuit het perspectief van de
gebruiker
Beleggen = Managen vastgoedportefeuille als vermogensobject, vanuit perspectief belegger
à Beleggen in goud, obligaties, vastgoed, aandelen, etc.
à Continu het risico afwegen tegen het rendement à Hoog risico à Hoge rendementseis à Kans op veel
winst, maar ook kans op veel verlies
Onroerend goed = Alles wat niet verplaatsbaar is; grond en alles wat daarop gebouwd is
à Woningen, winkels, kanoteren en bedrijfsgebouwen (ook infrastructuur)
à Ook wel ‘vastgoed’ genoemd
Investeren in vastgoed = Het vastleggen van vermogen in onroerend goed waarbij het de eigenaar primair
te doen is om de diensten en producten die het vastgoed hem levert
- Beleggen à vermogensobject
- Investeren à productiefactor
Voordelen direct vastgoed:
- Stabiele inkomsten
- Rendement op lange termijn
- Beperkt risico
- Diversificatie
- Inflatiebestendig
- Mogelijkheid tot actief management
- Fiscaliteit
- Geringe correlatie met andere assets (zoals aandelen, obligaties)
- Gebruik maken van marktinefficiëntie
- Heterogeen
Nadelen direct vastgoed:
- Kennis-en management intensief
- Groot vermogensbeslag (maakt spreiding lastig)
- Intransparantie (ethiek etc.)
- Hogetransactiekosten
- Illiquide
Smoothing (afvlakken) en lagging (vertraging) = Indirect rendement op basis van taxaties en niet op basis
van feitelijke gerealiseerde prijzen. Dit komt omdat de taxaties van gister of vorige week gebruikt worden
voor de taxaties van vandaag en dit strookt uiteindelijk niet meer met de markt.
Voordelen indirect vastgoed:
- Geen lokale expertise nodig
- Kleine bedragen
- Geen overdrachtsbelasting
- Liquiditeit kan groter zijn (beursgenoteerd – free float/open-end fund)
- Schaalvoordelen
- Hoger rendement mogelijk
- Hefboomwerking (leverage, gearing)
, - Benchmarken
- Betere spreiding mogelijk
Nadelen indirect vastgoed:
- Geen invloed beleggingsbeleid
- Vreemd vermogen verhoogt het risico
- Beursgenoteerd vastgoed heeft minder diversificatievermogen
- Rendementen zijn volatieler
Risico (volatiliteit) = Standaarddeviatie (de spreiding van rendementen t.o.v. het gemiddelde rendement)
à Hoe hoger de uitkomst van de standaarddeviatie, des te meer spreiding van rendementen t.o.v. het
gemiddelde rendement (= meer risico)
Correlatie = Samenhang tussen rendementen van verschillende soorten beleggingen
Diversificatie = Combinatie van verschillende beleggingen levert gunstig rendement/risicoverhouding die
door afzonderlijke beleggingen niet kan worden bereikt.
Specifieke of uniek risico = Kan door spreiding weg gediversifieerd worden in een grote portefeuille als de
correlatie tussen de verschillende assets laag of negatief is.
Marktrisico = Is risico dat overblijft na volledige spreiding, hoe hoger het marktrisico van een aandeel is
hoe meer rendement beleggers verlangen
Liquiditeit = De liquiditeit van een aandeel geeft aan hoe vlot het aandeel wordt verhandeld. Aandelen die
weinig worden verhandeld worden illiquide genoemd. Zelfs een relatief klein order kan de koers van het
aandeel al beïnvloeden.
Beleggingsstructuren:
CREM = Managen vastgoedportefeuille als strategisch bedrijfsmiddel, vanuit het perspectief van de
gebruiker
Beleggen = Managen vastgoedportefeuille als vermogensobject, vanuit perspectief belegger
à Beleggen in goud, obligaties, vastgoed, aandelen, etc.
à Continu het risico afwegen tegen het rendement à Hoog risico à Hoge rendementseis à Kans op veel
winst, maar ook kans op veel verlies
Onroerend goed = Alles wat niet verplaatsbaar is; grond en alles wat daarop gebouwd is
à Woningen, winkels, kanoteren en bedrijfsgebouwen (ook infrastructuur)
à Ook wel ‘vastgoed’ genoemd
Investeren in vastgoed = Het vastleggen van vermogen in onroerend goed waarbij het de eigenaar primair
te doen is om de diensten en producten die het vastgoed hem levert
- Beleggen à vermogensobject
- Investeren à productiefactor
Voordelen direct vastgoed:
- Stabiele inkomsten
- Rendement op lange termijn
- Beperkt risico
- Diversificatie
- Inflatiebestendig
- Mogelijkheid tot actief management
- Fiscaliteit
- Geringe correlatie met andere assets (zoals aandelen, obligaties)
- Gebruik maken van marktinefficiëntie
- Heterogeen
Nadelen direct vastgoed:
- Kennis-en management intensief
- Groot vermogensbeslag (maakt spreiding lastig)
- Intransparantie (ethiek etc.)
- Hogetransactiekosten
- Illiquide
Smoothing (afvlakken) en lagging (vertraging) = Indirect rendement op basis van taxaties en niet op basis
van feitelijke gerealiseerde prijzen. Dit komt omdat de taxaties van gister of vorige week gebruikt worden
voor de taxaties van vandaag en dit strookt uiteindelijk niet meer met de markt.
Voordelen indirect vastgoed:
- Geen lokale expertise nodig
- Kleine bedragen
- Geen overdrachtsbelasting
- Liquiditeit kan groter zijn (beursgenoteerd – free float/open-end fund)
- Schaalvoordelen
- Hoger rendement mogelijk
- Hefboomwerking (leverage, gearing)
, - Benchmarken
- Betere spreiding mogelijk
Nadelen indirect vastgoed:
- Geen invloed beleggingsbeleid
- Vreemd vermogen verhoogt het risico
- Beursgenoteerd vastgoed heeft minder diversificatievermogen
- Rendementen zijn volatieler
Risico (volatiliteit) = Standaarddeviatie (de spreiding van rendementen t.o.v. het gemiddelde rendement)
à Hoe hoger de uitkomst van de standaarddeviatie, des te meer spreiding van rendementen t.o.v. het
gemiddelde rendement (= meer risico)
Correlatie = Samenhang tussen rendementen van verschillende soorten beleggingen
Diversificatie = Combinatie van verschillende beleggingen levert gunstig rendement/risicoverhouding die
door afzonderlijke beleggingen niet kan worden bereikt.
Specifieke of uniek risico = Kan door spreiding weg gediversifieerd worden in een grote portefeuille als de
correlatie tussen de verschillende assets laag of negatief is.
Marktrisico = Is risico dat overblijft na volledige spreiding, hoe hoger het marktrisico van een aandeel is
hoe meer rendement beleggers verlangen
Liquiditeit = De liquiditeit van een aandeel geeft aan hoe vlot het aandeel wordt verhandeld. Aandelen die
weinig worden verhandeld worden illiquide genoemd. Zelfs een relatief klein order kan de koers van het
aandeel al beïnvloeden.
Beleggingsstructuren: