samenvatting medisch handelen periode 2.4 fysiotherapie kennistoets (KT)

MED-1 biologische factoren en omgevingsfactoren die bijdragen tot pathofysiologie

Biologische factoren die bijdragen tot pathofysiologie en omgevingsfactoren en pathofysiologie




Zorg en perspectief (2015-2017)

- Het aantal mensen met een chronische aandoening neem toe
- Het aantal jongeren tot 25 jaar in NL bedraagt volgens het VBS ongeveer 4,9 miljoen
 Onderzoek vanuit het AMC emma kinderziekenhuis stelt dat 500.000 kinderen (tot
18 jaar) opgroeien met een chronische ziekte
 Het cbs stelt dat van de groep kinderen van 4-12 jaar bij 1 op de 5 kinderen sprake is
van een chronische ziekte : astma, chronische bronchitis, Cara en chronisch eczeem
- Lange termijn gevolgen van medische zorg voor kinderen is weinig bekend
 Nieuwe behandeling die zieke kinderen het leven redden
 Zelden volledige genezing: vaak een milder, maar wel chronisch ziektebeeld
- Het aantal kinderen met een chronische aandoening zal komende decennia naar verwachting
dan ook stijgen
- Ook het aantal volwassenen met een chronische ziekte die wortelt in de kindertijd neemt de
toekomst toe.
- Impact van chronische aandoening is groot
- In 2012 in NL +/- 120.000 kinderen met een beperking  bij 60% hiervan is sprake van een
verstandelijke handicap
- In totaal hebben bijna 2 miljoen nederlanders reuma
- Het aantal jongeren tot 18 jaar met cystic fibrosis bedraagt ongeveer 650
- Jaarlijks wordt bij 550 kinderen (0-18) de diagnose kanker gesteld
- Het diabetes fonds signaleert dat er ongeveer 6000 jongeren tot 18 jaar met diabetes zijn,
waarvan ongeveer 1250 onder de 9 jaar
- In ons land krijgen per jaar 19.000 jongeren (1-25) in een ziekenhuis de diagnose traumatisch
of niet traumatisch hersenletsel
- Er zijn wel meer dan 100 verschillende vormen van spierziekten variërend van zeer ernstig
tot ook onzichtbare spierziekten. De bosk schat dat er in nederland 25.000 gezinnen zijn met
kinderen met een motorische handicap

,Knelpunten in de zorg:

- Nog onvoldoende holistische benadering binnen de gehele keten
- Huisartsen relatief onbekend met jongeren
- Transitie jeugdzorg ggz
- Transitiefase van kinderarts naar volwassenen specialist
- Onder de radar duiken van 18 jarigen
- Ontbreken van bureaucratische of zorgvaardigheden
- Ontbreken van longitudinale studies evenals onderzoeken naar late gevolgen (>25)
- Versnippering van de zorg, eenzijdig en zonder evenwicht
 Kindergerichte ketenzorg ontbreekt nogal eens  soms in niemand beschikbaar voor
een zorgcoördinerende rol
 Bestaande kwaliteitssystemen zijn vaak eenzijdig medisch gericht en onvoldoende op
elkaar afgestemd
 Balans tussen overzorg en onderzorg ontbreekt
- Transitie in meer opzichten: in de transitie naar volwassenheid komen 3 knelpunten bij
elkaar
 Pyschosociaal
 Het nemen van de rol voor eigen verantwoordelijkheid
 Lacunes in de kennis van specifieke aandoeningen bij specialisten



Factoren met betrekking tot immobiliteit

- Ruglig  verlies van zwaartekracht  beïnvloed veel natuurlijke functies
 Darm/ urinewegen
 Ontbreken van stress op botten
 Verminderde bloedcirculatie
- Een lichaamsdeel  gips
- Een deel van het lichaam  paralyse
- Het gehele lichaam  coma/tijdens een acute ziekte

Musculoskeletale systeem effecten

- Immobiliteit 
 Verlies aan spierkracht = met een snelheid van ongeveer 12 % per week  flexoren
minder dan extensoren
 Bindweefsel begint te verkorten binnen 4 tot 6 dagen
 Bot verslechtert
- Langdurige immobiliteit
 Spiercellen  vezelig weefsel
 Bot demineralisatie
 Bot formatie gaat omlaag  osteoporose



Huid systeem effecten:

Signs & symptoms

- Gebied krijgt een rode verkleuring  oppervlakkige huidbeschadiging is duidelijke

, - Ulceratie volgt  gebied kan een paarsrode kleur krijgen  schade is diep
- Eventuele necrose beschadigt dieper gelegen weefsel  groot open gebied ontwikkelt zich
met volledige schade
- Lokale infectie

Predisponerende factoren:

- Slechte algemene circulatie of bloedarmoede
- Oedeem
- Onvoldoende subcutaan weefsel
- Gevoelsverlies
- Langdurige statische positionering
- Mechanische irritatie of frctie
- Overmatig vocht door transpiratie of urine
- Slechte persoonlijke hygiëne
- Onvoldoende voeding of hydratatie beschadiging aan de huid

Virchow’s triad:

- Veneuze stasis
- Hypercoagulability
- Bloedvat schade  verhoogde kans op deep vein thrombosis



Volledig geïmmobiliseerd:

- Aanvankelijk  verhoogde veneuze return
 Verhoogde intracardiale druk
 Verhoogde hartslag en slagvolume
- Aanhoudend
 Orthostatische hypotensie:
 Duizeligheid of flauwvallen
 Bleekheid en zweten
 Verhoogde pols na snel veranderende lichaamspositie
 Stasis  thrombus formatie in aderen

Spijsvertering systeem effecten:

Constipatie:

- Langzamer doorgang van ontlasting  harder. Dit komt door spieractiviteit en een andere
lichaamshouding of positie
- Mensen die ziek zijn hebben een verminderde inname van voedsel, vezels en vloeistoffen
 Verminderde peristaltiek van de darm
 En verhoogde waterabsorptie van fecale massa

Inactiviteit  verminderde eetlust  verminderde inname van voeding

- Negatieve stikstofbalans (eiwit deficiëntie)
 Spierweefsel wordt afgebroken
 Laag hemoglobinegehalte
 Vertraagt herstel